Aanhangsel nr. 6
Antwoorden op schriftelijke vragen als bedoeld in artikel 47 van het Reglement
van Orde voor de vergaderingen van de Raad der gemeente Leeuwarden, ingediend
door het raadslid mevrouw J. de Jong inzake het museum "Het Princessehof
Het gemeentelijk museum "Het Princessehof" is uitgegroeid tot een museum met
een keramische collectie van internationale befaamdheid. Het onder haar beheer
hebben van een museum van een dergelijke vermaardheid is voor een gemeente van
ca. 85.000 inwoners een zware financiële belasting.
Dat de gemeente Leeuwarden grote waarde hecht aan dit museum als rentmeester
van een collectie van (inter)nationaal belang blijkt uit de omvang van het jaar
lijks door de gemeente verstrekte subsidie.
Vraag Antwoord
1. De concept-museumnota is in- 1. Ja.
middels aan de Tweede Kamer
gepresenteerd
Is het college met mij van
mening, dat gelet op het
voorgaande, het gemeente
lijk museum "Het Princes
sehof" voor een nationale
status, als bedoeld in voor
noemde nota in aanmerking
zou moeten komen?
2. Zo ja: kan het college ver
klaren hoe het mogelijk is
dat het museum "Het Princes
sehof" in de museumnota zelfs
niet is genoemd?
3. Er van uitgaande dat het college
alle moeite heeft gedaan om deze
status voor "Het Princessehof"
tijdig bij de verantwoordelijke
minister te bepleiten, verneem
ik graag van het college welke
stappen zijn ondernomen om het
gewenste doel te bereiken en
zijn er toezeggingen van Haagse
zijde gedaan en/of verwachtin
gen gewekt?
2. Hiervoor is gelet op het onder 1 ge
stelde geen andere verklaring te ge
ven dan dat de Minister van Welzijn,
Volksgezondheid en Cultuur blijkbaar
een andere mening is toegedaan.
3. Bij brieven van 2 juli en 17 septem
ber 1984 aan de Minister van Welzijn,
Volksgezondheid en Cultuur (i.a.a.
ondermeer de leden van de vaste Ka
mercommissie van Welzijn en Cultuur
en de Rijkscommissie voor de Musea)
en in een bespreking met een aantal
medewerkers van het Ministerie van
W.V.C., waarbij ook de provinciaal
museumconsulent in de gemeentelijke
delegatie was opgenomen, hebben wij
uitvoerig beargumenteerd waarom wij
van mening zijn dat het museum "Het
Princessehof" een museum van natio
naal belang is en derhalve onder
rijksverantwoordelijkheid dient te
vallen.
Naar aanleiding van de onlangs ver
schenen concept-nota Museumbeleid
hebben wij ons bij brief van 4 juni
1985 wederom tot de minister gewend;
deze brief is wederom in afschrift
aan de vaste kamercommissie gestuurd.
Ook het provinciaal bestuur heeft
bij brieven van 25 september 1984 en
van 26 juni 1985 adhesie betuigd aan
ons standpunt.
Ten aanzien van de inhoud van genoem
de reacties verwijzen wij U kortheids
halve naar de ter inzage gelegde stuk
ken