Stadsontwikkeling Gemeente |eeuwar Blad 4 7361 Indien uit nader bodemonderzoek blijkt dat sprake is van een ernstig geval van bodemverontreiniging, dan zal conform de Wet Bodembescherming verder gehandeld worden. De extra kosten die voortvloeien uit de ernstige verontreinigingen worden gedekt binnen het project. Alle ontgravingen, waarbij verontreinigingen zijn vastgesteld, zullen onder toezicht van een milieukundig begeleider worden uitgevoerd. Na afloop van de werkzaamheden zal een evaluatierapport worden opgesteld. Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Hoogachtend, burgemeester en wethouders van Leeuwarden, natrièns dezen, dra HEBannink Sectorhoofd Oldchoofsterlcerkhof 2 Postbus 20140 8900 HM Leeuwarden Telefoon 058 233 88 33 Verslag van overleg hergebruik grond Busbaan Stiens Westergoweg Datum: 12 mei 1997 AanwezigD. Dijkstra (Provincie - Toezicht milieu) S. Spoelstra (Gemeente - Milieu) J. Algra (Gemeente - Civiele Techniek) W. Kooistra (Gemeente - Civiele Techniek) J. Engels (Gemeente - Milieu) Notulist J. Engels Aanleiding In het kader van de reconstructie Mr. P.J. Troelstraweg (Busbaan Stiens) te Leeuwarden is ter plaatse een bodemonderzoek uitgevoerd. De resultaten van het bodemonderzoek zijn getoetst op milieuhygiënische kwaliteit èn hergebruiksmogelijkheden Uit het bodemonderzoek is gebleken dat onder andere sprake is van licht verontreinigde grond die qua hergebruik beoordeeld kan worden als categorie I grond. De gemeente is voornemens de vrijkomende categorie I grond van de Busbaan Stiens te hergebruiken ter plaatse van de toekomstige Westergoweg. De vraag is of dit beschouwd moet worden als tijdelijke opslag danwel als hergebruik in een werk. In totaal betreft het ca. 7.500 m3 categorie 1 grond. Bevoegdheden De gemeente is bevoegd gezag bij tijdelijke opslag van grond als het gaat om hoeveelheden minder dan 10.000 m3In dat geval is een milieuvergunning noodzakelijk. De provincie is bevoegd gezag voor toepassing van secundaire grondstoffen (waaronder categorie I grond) in werken. Het milieuhygiënisch kader hieromtrent staat beschreven in de provinciale nota 'Werken met secundaire grondstoffen' uit mei 1995 In de nota staat een werk omschreven als "een grondwerk, wegenbouwkundig werk, waterbouwkundig werk of bouwwerk met een civiele functie". Verder wordt in de nota een maat gegeven veer het verschil tussen een stortplaats en eer. werk: "Toepassing van secundaire grondstoffen is alleen dan toegestaan wanneer het werk to.-: zou worden gerealiseerd wanneer geen secundaire bouwstoffen zouden worden toegepast

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Schriftelijke vragen) | 1997 | | pagina 33