BOARNSTERHIM
gemeente
Nr.
De raad van de gemeente Boarnsterhim;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;
overwegende, dat het gewenst is ter voorziening in de Algemene Middelen gebruik te maken van
de daartoe geboden wettelijke mogelijkheden, met name door het heffen van "Onroerende-
zaakbelastingen";
gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet;
BESLUIT:
vast te stellen de;
verordening tot wijziging van de "Verordening op de heffing en invordering van onroerende-
zaakbelastingen vastgesteld bij raadsbesluit van 13 november 2001, nummer 3.2, laatstelijk
gewijzigd bij besluit van 6 november 2012.
Artikel I
Artikel 5 wordt gelezen als volgt:
Belastingtarieven.
Artikel 5.
Het tarief van de belasting bedraagt een percentage van de heffingsmaatstaf. Het percentage be
draagt voor:
1. a. de gebruikersbelasting 0,196358
b. de eigenarenbelasting:
- voor onroerende zaken die in hoofdzaak tot woning dienen 0,145534
- voor onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen 0,245045
1Het bedrag van de belasting wordt per belastingaanslag naar beneden afgerond op hele eu
ro 's.
2. Belastingaanslagen van minder dan 6,00 worden niet opgelegd. Voor de toepassing van
de vorige zin wordt het totaal van op één aanslagbiljet verenigde aanslagen aangemerkt als
één belastingaanslag.
Artikel II
Artikel 9 wordt gelezen als volgt:
Overgangsregeling, inwerkingtreding en citeertitel
1 De artikelen 5 en 9 van de "Verordening op de heffing en invordering van onroerendezaakbe-
lastingen", zoals deze artikelen luidden op 1 januari 2012, worden ingetrokken met ingang
van de in het derde lid genoemde datum, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op
de belastbare feiten die zich voor hebben gedaan voor 1 januari 2013.
2 Deze verordening is in werking sinds 1 januari 2002. Na publicatie treden de gewijzigde arti
kelen 5 en 9 in werking op 1 januari 2013.
3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2013.
Onroerende zaakbelastingen 2013 1