De hun gelaten keus tusschen het laten afstempelen der
lidmaatschapskaartenwaarvan 20 belasting wordt geheven)
of de betaling van 20 der ontreekaarten voor eiken wed
strijd, blijkt geen voldoende compensatie te geven om aan de
gerezen bezwaren tegemoet te komen.
De reeds gedurende enkele jaren hierover gevoerde bespre»-
kingen hebben er tenslotte toe geleid,dat wij U thans voor
stellen te trachten aan de voornaamste bewwaren tegemoet te
komen,door tusschen het bestaande vierde en vijfde lid van
artikel 3 navolgende alinea in te voegen:
In afwijking van het in het voorgaand lid behaalde be
draagt de belasting voor ijswedstrijden ten aanzien var leden
der organiseerende vereeniging 20 van het bedrag,dat van
de leden als contributie geheven wordt.Worden in eonig jaar
geen of minder dan drie^wedstrijden gehouden,dan wordt de
gestortebelasting geheel,respectievelijk voor een evenredig
gedeelte,berekend naar het hoogste per wedstrijd geheven
entreebedrag,gerestitueerd.
ïtint XVI. Ingevolge artikel 1 van de op 1 Januari 1940 in werking ge
treden verordening regelende het beheer van het Grondbedrijf
moeten de aan de gemeente in eigendom toebehoorcnde onroerende
goederen worden aangewezen welke afzonderlijk als grondbe
drijf zullen worden beheerd,terwijl krachtens artikel 6 dier
verordening.bij het besluit tot inbreng,de raad. tevens het
bedrag der schuld moet bepalen,waarmede het bedrijf terzake
van de ingebrachte eigendommen zal worden belast.
In een bij de raadsstukken gevoegd concept-besluit zijn
de kadastrale percêelen opgenomen welke voor inbreng in aanmer
king komen,Waarbij,ter verkrijging van een juisten grondslag
voor de in te richten administratie,rekening is gehouden mei
den op 1 Januari 1940 bestaanden toestandi
De in te brengen perceelen zijn de in 1939 van de heeren
G.W.van der Meer en HiHalbertsma aangekochteuitgezonderd
een voor ambtswoning van den burgemeester bestemd terrein,
het Duivelseiland en het vuilstortingsterrein,welke terreinen
de gemeente zonder vergoeding aan zich houdt Tegenover deze
niet-ingebrachte terreinen staat de inbreng - eveneens zonder
vergoeding- van het aan den Stationsweg tusschen de woningen
van de heeren J.J.Tanja en J.van der Yelde gelegen bouwterrein,
dat der oude faecaliënbergplaats en het z.g. Tuintje.
Het bedrag der schuld waarmede het grondbedtjf terzake van
de in te brengen eigendommen zal worden belast,is door ons
berekend op 52450.-,zijnde dit naar boven afgerond het be
drag der werkelijke kosten.
Eene nadere specificatie dezer berekening is eveneens bij
de raadsstukken gevoegd.
Wij stellen voor,de aanwijzing der in te brongen gronden
en de bepaling der schuld te doen plaats hebben overeenkomstig
het U aangeboden coneept-besluit
GROUW1 0 Juni 1940.
Burgemeester en Wethouders van IDAAKDERADEEL
gemeester.
Secretaris.