Grouw, 9 juli 1974.
De Commissie voor Administratief Beroep heeft heden de heer A. van der
Zweep, Leeuwarderweg 18 te Warga, in de gelegenheid gesteld, zijn beroepschrift
d.d. 21 mei j.l. tegen de besluiten van burgemeester en wethouders d.d. 1 april
en 15 mei j.l. tot weigering van een vergunning c.q. tot het verlenen van een
voorwaardelijke vergunning voor de verbouw van zijn woning, staande op het per
ceel, kadastraal bekend gemeente Warrega, sektie A, nrs. 3561 en 2959, toe te
lichten.
De heer van der Zweep, die geassisteerd werd door zijn buurman, de heer W.
Ypma, verklaarde in hoofdzaak, dat de door hem voorgenomen verbouw noodzakelijk
is voor een betere lichtschepping in zijn woning en voor het wegnemen van geho
righeid en benzinedamp. De eerste suggestie van de provinciale Friese Schoon
heidscommissie om de verbouw met een dakschild te beëindigen met als gevolg een
verlenging van de woning kon appellant niet accepteren, omdat daaruit voor hem
te hoge kosten zouden voortvloeien. Ook de tweede suggestie van genoemde commis
sie d.d. 5 maart j.l., om de hoofdvorm van het huis onveranderd te laten en in
de plaats van de huidige pui, garagedeuren te plaatsen - onder welke voorwaarde
de vergunning is verleend - was voor appellant met het oog op de kosten en als
niet beantwoordend aan zijn voornemen, niet aanvaardbaar.
Na kennisneming van de gegeven toelichting en van de op deze zaak betrekking
hebbende stukken is de commissie van oordeel, dat een abrupte beëindiging van de
bouwmassa aan één zijde met een topgevel uit welstandsoverwegingen niet verant
woord is. Zij meent voorts, dat, wanneer de hoofdvorm van de woning onveranderd
wordt gelaten en garagedeuren worden aangebracht, de verbouw uit een oogpunt van
welstand kan worden geaccepteerd.
De commissie is derhalve tot de conclusie gekomen, dat het oorspronkelijk
door appellant ingediende plan niet voor uitvoering vatbaar is en dat burgemees
ter en wethouders terecht tot het verlenen van de voorwaardelijke vergunning
hebben besloten.
Zij geeft mitsdien in overweging, de gewraakte besluiten van burgemeester en
wethouders te handhaven en het beroepschrift ongegrond te verklaren.
Aan de raad. De commissie voornoemd,
Aan burgemeester en wethouders.
w.g. P. van der Hem.
w.g. Sj. de Boer.
w.g. J. Meester.