Eregalerij: Lucas Pieters Roodbaard, 1782-1851
15
Rita Mulder-Radetzky In deze rubriek stellen auteurs in korte geschreven portretten bekende en minder
bekende Leeuwarders uit het verleden aan u voor. Mannen en vrouwen die mede
de stad hebben gemaakt tot wat zij nu is. Uit de teksten zal blijken waarom deze
vroegere inwoners een plaatsje in deze eregalerij hebben verdiend.
Het vijfde portret is gewijd aan Lucas Pieters Roodbaard, ontwerper van stads
parken en buitenplaatsen.
Gezicht over de vijver van de Prinsentuin naar het Zomerhuis; een aquarel die Eelke Jelles Eel-
kema kort voor de algehele vernieuwing van het gebouw in 1842 vervaardigd heeft
In 1824 werd Lucas Pieters Roodbaard
als 'architect van buitenplaatsen' in Leeu
warden ingeschreven. Na enkele succes
volle projekten zoals het plan voor de
herinrichting voor de Prinsentuin in 1820
heeft hij zich hier gevestigd. Zijn ideeën
vielen zo in de smaak dat hij vervolgens
ook de opdracht voor de aanleg van de
'groene wandeling' langs de noordweste
lijke stadsrand ontving.
Lucas Pieters Roodbaard werd op 20
januari 1782 in Rolde bij Assen gedoopt
als zoon van Pieter Harms, van beroep
hovenier. Lucas moet bij zijn opleiding tot
hovenier veel van zijn vaders kennis en
ervaring hebben geprofiteerd, mede door
dat de vakopleiding van een hovenier toen
hoofdzakelijk in de praktijk plaatsvond.
De theoretische kennis vergaarde men uit
voorbeeldboeken waarin plattegronden van
tuinen werden afgebeeld met de noodza
kelijke toelichting. De bekendste tuinlite-
ratuur uit die tijd bestaat uit de boeken
van G. van Laar, Magazijn van Tuinsie
raden en van J.C. Krauss, Verzameling
van boomen en heesters ter versiering van
Engelsche bosschen en tuinen. Verdere bij
zonderheden over Roodbaards opleiding
zijn helaas niet voorhanden.
Bij zijn huwelijk in 1813 woonde hij te
Groningen. Naast zijn beroep van hove
nier was hij in 1814 als tapper (herber
gier) en van 1814 tot 1823 als portret
schilder werkzaam. Roodbaard vervaar
digde behalve portretten ook pastels met
zinnebeeldige en bijbelse taferelen. In
1844 stelde hij pastels ten toon op een
expositie te Leeuwarden. Over zijn oplei
ding tot schilder is geen nadere informatie
beschikbaar. Wat zijn portretten betreft,
zijn er werken van hem zowel in de ste
delijke verzameling van Leeuwarden als
in particuliere collecties bekend. Hier
noemen wij het portret van Jan Bieruma
Oosting uit 1822, uitgevoerd in pastel, in
particulier bezit. Ook enkele portretten
van de godsdienstleraar Jilles E. Collard
zijn bewaard gebleven in het Gemeente
archief van Leeuwarden. Lucas Pieters
paste meer technieken toe dan alleen het
pasteltekenen. Hij schilderde en lithogra
feerde eveneens.
Een welgesteld burger
Bij zijn komst in Leeuwarden betrok het
gezin eerst een huis aan de Eewal. In
1832 kocht Roodbaard een herenhuis aan
de westkant van de huidige Bagijnesteeg,
op de hoek van de Bagijnestraat, dat hij in
1838 weer van de hand deed. Bij de aan
koop moet Roodbaard door de 'zeer nette
tuin en bleek met prieel' gecharmeerd zijn
geweest. Als tuinarchitect liet hij waar
schijnlijk speciaal hierop zijn oog vallen.
Vervolgens kocht hij een ruim huis aan de
LA» it