9
land met het Koepoksteegje, de Weerd
met de Gloppe waar altijd losse handkar
ren stonden. Op de grote stoep voor het
stadhuis konden we tollen, onderhands
en bovenhands totdat de bode er genoeg
van had en ons wegjoeg. Het deurtje in
het hek om de Oranjeboom gebruikten
we als 'verlos' bij "Van Beieren' of andere
verlos-spelletjes.
Bier in een draagkistje
Aan het Oranje Bierhuis heb ik minder
prettige herinneringen. Toen we wat gro
ter waren, moesten we daar wel eens een
enkele keer heen om bier te halen wan
neer we gasten hadden die bier wilden
drinken. Dan stond je als jongen voor een
tapkast in een lokaal vol rook en alle
maal hard pratende mannen. Je kreeg
dan vier of zes glazen bier in een draag
kistje met beugel. Ik heb het idee dat het
op het Heerenwaltsje altijd glad, sneeuw,
regen of storm was. Kwam je thuis was de
schuimkraag er inmiddels af en liep een
gedeelte van het bier onder uit het kistje
langs je broek en kousen.
Naast het Oranje Bierhuis was het kan
toor van Brada, commissionair in effec
ten, waar men zich voor een paar dub
beltjes kon verzekeren tegen het nadeel
bij het uitloten van obligaties. Voorbij het
Maria Annastraatje was de achteruitgang
van hotel De Phoenix. Naast Posthuma
-in het Heerenwaltsje- was naar mijn
mening een stoffeerderij van Joustra
een achteruitgang van Hilarius, boekhan
del in de Weerd; verder de tuiningang van
Instituut Poutsma, later P.F.J. Westra.
Even verder een bierhandel, waar tijdens
strenge winters wel eens per kar of slede
gezaagd natuurijs werd gebracht voor de
bierkelders.
En dan het carillon van het stadhuis,
dat we op zomerse dagen met open ramen
thuis konden horen. Vaak speelde het
dezelfde liedjes die we op Koninginnedag
31 augustus op het Hof voor de 'Gouver
neur' moesten zingen.
MÉHÉÉI
Het Raadhuisplein, circa 1910 (Foto: B. Feenstra)