Het Auck Petershuis in oude glorie hersteld
10
Michiel Maters Aan de Nieuwestad 108 staat tussen de drukte van alle winkels eenzaam een voor
naam herenhuis. Het zes traveeën brede huis met een dubbele natuurstenen trap
herinnert aan een lang vervlogen tijd toen er aan de Nieuwestad vele herenhuizen
stonden. Het huis bezit nog zijn eigen natuurstenen stoep met ijzeren hekwerk.
Dit huis heeft als enige de tijd overleefd en heeft in tegenstelling tot de andere
(heren)huizen aan de Nieuwestad zijn uitstraling van woonhuis behouden. Aan de
achterzijde, aan het Ruiterskwartier, bevindt zich een grote tuin afgesloten door
een fraai antiek ijzeren hek. Het is de enige tuin aan het Zaailand.
Het huis is in 1849 door Rinske Heringa
Cats (1822-1851) door samenvoeging van
twee percelen geheel nieuw in één keer in
Biedermeierstijl gebouwd. Dit is nog steeds
zichtbaar door de knik in de voorgevel.
In 1857 verkocht haar man Sible Speel
man het dubbele herenhuis aan jonkheer
Frans Julius Johan van Eysinga, presi
dent van het gerechtshof in Leeuwarden
en voorzitter van de Eerste Kamer. Op
22 mei 1946 werd het huis door het Old
Burger Weeshuis gekocht van jonkvrouw
Annette A. van Eysinga voor gebruik als
weeshuis. Het huis diende als dagopvang
voor moeilijk opvoedbare kinderen in de
periode 1974-1994 en heette toen Auck
Petershuis. Het huis staat tegenwoordig
bekend als het Old Burger Weeshuis en
is de behuizing van het in 1534 door Auck
Peters gestichte Old Burger Weeshuis.
Het bestuur van de stichting Old Burger
Weeshuis gebruikt de parterre van het
huis voor vergaderingen en andere acti
viteiten.
Restauratie
In 2000 was het huis aan een restauratie
toe. Door de afwezigheid van wezen was
het al lang aan de grote kant. Er werd
daarom besloten om de tweede en derde
etage geschikt te maken voor kantoor
ruimte die verhuurd kon worden. De par
terre bleef beschikbaar voor het Old Bur
ger Weeshuis. Deze etage bezit nog drie
historische kamers.
In december 2000 ontving Monumenten
adviesbureau Maters Begeer te Fra-
neker het verzoek de restauratie en de
inrichting van deze drie historische ruim
tes van het Old Burger Weeshuis - de Van
Haersmazaal, de Van Eysingazaal en de
Auck Peterskamer - te begeleiden. De reno
vatie van het huis was toen reeds in volle
gang. Aan het interieur van de drie zalen
was echter nog weinig gedaan. Alleen het
Het Auck Petershuis aan de Nieuwestad rond
1958. Het is nu de residentie van de stichting
Old Burger Weeshuis
stucplafond van de Van Haersmazaal was
gerestaureerd. De inventaris stond opge
slagen in dozen en in kasten. Kabinetten
en kasten waren met karton ingepakt. De
Auck Peterskamer, de Van Haersma-zaal
en de Van Eysingazaal deden dienst als
opslag van meubelen en bouwmateriaal.
Interieuronderdelen als deuren, lambrize-
ringen en vloeren waren buiten de reno
vatie gebleven. Het installatiewerk voor
deze ruimtes was evenmin opgenomen in
de renovatie.
Bij het maken van een restauratieplan
is het van belang dat het karakter van het
huis en zijn stilistische kenmerken als uit
gangspunt dienen. Het interieur is daarbij
minstens zo belangrijk. Tevens is het van
groot belang dat de (nieuwe) functie van de
afzonderlijke kamers zo gekozen wordt dat
deze past bij het karakter van die kamers.
Het huis is in Biedermeierstijl uitgevoerd.
De Biedermeier is de stijl die volgt op het
Empire (de staatsstijl van Napoleon), is
een burgerlijke, vereenvoudigde variant
van het Empire en duurde van 1815 tot het
midden van de negentiende eeuw. Exteri
eur én interieur vormden toen een stilisti
sche eenheid. Het streven bij de restauratie
was er derhalve op gericht om deze eenheid
zoveel mogelijk terug te halen.
De huidige indeling van de parterre komt
in grote lijnen overeen met die beschreven
in de koopakte van 1857. Zo staat er: Deze
huizinge bestaat uit eene geplafonneerde
gang, gevloerd met wit marmeren steenen;
ter linkerzijde eener geplafonneerde en net
behangen voorkamer met drie ramen aan
de straat en marmeren schoorsteenman-