Nicolaas Arnoldi, burgemeester en Oranjeaanhanger
La» it
15
Beam Bilker Burgemeester Nicolaas Arnoldi (1696-1777) van Leeuwarden had als thesaurier van
Zijne Doorluchtige Hoogheid Willem IV Prins van Oranje een belangrijke functie.
Niet alleen was hij zes keer gekozen als burgemeester van de stad Leeuwarden, maar
hij was tevens zaakwaarnemer van de Friese Nassaus, die in 1747 van Leeuwarden
naar Den Haag waren vertrokken. De Friese stadhouder Willem Carel Hendrik Friso
werd toen algemeen erfstadhouder van de Republiek der Verenigde Nederlanden en
vertrok met zijn gemalin, Anna van Hannover en hun dochtertje Carolina, naar Den
Haag. Het jaar daarop werd een zoontje geboren, de latere stadhouder Willem V. De
enige die in Leeuwarden achterbleef, was de moeder van Willem IV, Maria Louise
van Hessen-Kassei, weduwe van stadhouder Johan Willem Friso, Marijke Meu. Zij
woonde in haar 'Witwensitz' (weduwenverblijf) het Princessehof, aan de Grote Kerk
straat.
Er ging menig brief van Arnoldi naar Den
Haag, om de stadhouder op de hoogte te
stellen van wat er zoal gaande was in
Leeuwarden. Talloze briefes zijn officiële
plichtplegingen bij verjaardagen, geboor
ten en andere familiegebeurtenissen.
Maar politieke gebeurtenissen in Leeu
warden, of in Friesland, werden ook keurig
verwoord in brieven. Op 3 augustus 1748
beschreef Arnoldi aan Willem IV en aan
Anna van Hannover de moeilijke situatie
in Friesland, de strijd tussen de patriotten
en Oranjegezinden. Deze belangrijke brief,
de kwalificatie is van de brievenschrijver
zelf, is geheel in het Frans opgesteld en
beschrijft de intriges die er dan in Fries
land spelen. Toen Willem IV in 1751 stierf
en Anna van Hannover gouvernante was
geworden, werd de correspondentie voort
gezet, zelfs in hogere frequentie, want
Arnoldi, zo blijkt uit de brieven, was een
vertrouweling van Anna.
Zelfs 'alledaagse zaken' zoals een opge
loste moord, werden door de Leeuwarder
burgemeester aan de gouvernante door
gegeven. Inmiddels schreef Arnoldi ook
brieven aan de dochter van gouvernante
Anna, prinses Carolina. Elk jaar werd een
gelukwens gestuurd naar aanleiding van
Carolina's verjaardag; zij was geboren in
Leeuwarden op 26 februari 1743. Arnoldi
schreef ook aan Carolina dat zijn jongste
dochter in het huwelijk zou gaan treden
met dominee Knock, predikant in deze
stad 'biddende dat het Hare Hoogheid
Nicolaas Arnoldi
niet onaangenaam moge zijn, en dat het
mij gepermitteerd zij....'
Goedkeuring voor Carolina's huwelijk
Arnoldi voelde zich genoodzaakt prinses
Carolina een brief te schijven bij het over
lijden van haar moeder, Anna van Hanno
ver, op 12 januari 1759. Hij betuigde haar
zijn diep leedwezen. Een lange brief volgde
over het voorgenomen huwelijk van prin
ses Carolina. Nog net op haar sterfbed had
moeder Anna een brief aan alle Staten in
de Nederlanden verzonden, met het ver
zoek of Hunne Hoogmogende Heren het
huwelijk van Carolina met Carl Christian,
Vorst van Nassau-Weilburg zouden willen
goedkeuren. Arnoldi haastte zich om zijn
diensten aan te bieden en hij verheugde
zich op het huwelijk. Uit alles blijkt dat hij
zeer gelukkig was met dit huwelijk en dat
ook steunde. Daar had Arnoldi beslist een
bedoeling mee. Er gingen stemmen op, nu
Carolina's broertje nog minderjarig was,
het Huis Oranje maar weer aan de kant te
zetten. Het was immers de begintijd van
de strijd tussen patriotten en Oranjegezin
den. Het huwelijk van Carolina was dan
ook van grote betekenis om het aanzien
van de Oranjes te versterken en Arnoldi,
vurig Oranje-klant, zal ongetwijfeld binnen
Friesland zijn contacten hebben gebruikt
om het huwelijk goedgekeurd te krijgen.
Ondanks de fraaie en hoffelijke volzinnen
is de spanning van die periode uit de brie
ven af te lezen: 'Ik verneem so aanstonds