De Willemskade als martelaarsgracht
23
Kees Cath In 1921 ben ik in Leeuwarden aan de Willemskade 27 geboren. Ik ging er naar
school en in 1939 ging ik studeren in Leiden. Tot het overlijden van mijn moeder
in 1956 kwam ik nog geregeld in Leeuwarden.
Mijn vader dr Inne Geert Cath werd geboren in Joure waar zijn familie al vele
generaties woonde. Na het gymnasium in Sneek ging hij studeren in Leiden, waar
hij in 1911 cum laude promoveerde. Hij vestigde zich na zijn promotie in Leeuwar
den als oog-oor-neus- en keelarts. Alles boven het boordje zei men toen. Mijn vader
was de derde specialist op zijn vakgebied in Friesland.
personeel. De tram richting Stiens reed
toen nog door de Sophialaan. Wie zijn was
buiten hing, kon een mooie laag roet ver
wachten, maar daar klaagde je niet over.
Na de strenge winter van 1929 hebben
mijn ouders de godin-kolenkachels vervan
gen door centrale verwarming. Het was uit
met de spreuk 'Je brüle tout l'hiver sans
m'éteindre'. In die strenge winter schaats
ten wij op de Willemskade.
Tijdens veemarkt een volle wachtkamer
In de Sophialaan woonde naast ons jonk
heer Arent van Sminia, getrouwd met
baronesse Van Weideren Rengers. Een
aardige, statige dame die prachtig Luw-
adders praatte. Dat spraken toen meer
Leeuwarder notabelen. Hun zoon Hec
tor, die ongetrouwd is gebleven, kwam
na een verblijf in Nederlands-Indië daar
ook wonen. Hij nam rij-examens af en was
populair in allerlei besturen. Hij reed in
een gele twositter met kattenbak. Ver
der op de Sophialaan bevond zich hotel
De Kroon met de bekende Regnery; dan
notaris Poelstra, advocaat Heymeyer en
kinderarts Oeberius Kaptein. In de straat
tussen Van Sminia en De Kroon was de
zilvertax, die je voor een kwartje reed. De
Citax bij het station kostte maar twintig
cent. Vervolgens kwam het Oranjehotel,
waarvan Mensonides directeur was. Dan
verderop een showroom voor melkmachi
nes, advocaat Jan Vis en op de andere
hoek van de Baljeestraat de sigarenwin
kel van Nauta. Mijn vader kocht daar zijn
sigaren, merk Graaf Otto. Aan de over
kant van de Sophialaan lag een parkje
De Willemskade in februari 1929. Links het huis van Dr. Nierstrasz en de tuin van de RHBS
(Collectie Mr. K.J. Cath!
Zoals toen gebruikelijk was, hield hij prak
tijk aan huis. Eerst aan het Ruiterskwar-
tier, nummer 137; in 1920 kocht hij het
huis Willemskade 27, hoek Sophialaan,
van Twijnstra, oliefabrikant te Akkrum.
Het huis was heel geschikt voor een prak
tijk. Achter de hoofdingang lag een vesti
bule met rechts de wachtkamer en links
een donkere kamer voor oogonderzoek en
kleine operaties, zoals onverdoofd aman
delknippen. De kinderen die dat ondergin
gen, werden op schoot genomen door het
bellenmeisje Thea Barkman. Geen mooier
moment dan wanneer Thea werd aan
gesproken met 'zuster'. In de toenmalige
hiërarchie een hogere sociale functie dan
bellenmeisje. Verder was er een ruime
spreekkamer. Achter de klapdeuren begon
het woongedeelte met elf kamers.
Het huis is omstreeks 1875 gebouwd
voor een jonkheer Speelman. Het trappen
huis was zo ingericht, dat aan de wanden
zijn familieportretten konden hangen. In
de tuin zijn toen twee beuken geplant die
er nog staan. Op de zolder was een kamer
met twee bedsteden voor het inwonend