32 confijtenfabriek gehouden. Direct na afloop van de voorstelling tracteerde hij ons, achter het doek en nog op het toneel, op gebak. Hoe ging je indertijd als 16-jarige naar zo'n jaarlijkse feestavond, de eerste in mijn leven? Je vroeg aan een klasgenote met knikkende knieën of jij haar op die avond mocht vergezellen en na haar toestemming (jawel: de souffleuse) kocht je op die dag een corsage, bestelde een taxi, maakte kennis met de ouders en bracht haar na afloop weer keurig per taxi terug. Spannende tijden waren dat. René Kuipers, Drachten Herinneringen aan het grensconflict aan de Lekkumerweg Met grote interesse heb ik het artikel over de Lekkumerweg gelezen. Het kwam me bekend voor omdat ook mijn vader Tjeerd Kolk in zijn memoires het conflict beschrijft. De man op de foto die de bekeu ring ontvangt, lijkt sprekend op mijn vader. Tjeerd Kolk schreef: In 1930 kochten wij een bouwterrein aan de Lekkumerweg en lieten plannen maken voor het bouwen van een paar blokken middenstandswoningen. De grond lag in Leeuwarderadeel, doch was begrensd door een sloot langs de Lekkumerweg die in onderhoud was bij de gemeente Leeu warden. De gemeente Leeuwarderadeel keurde ons plan goed en gaf ons de ver- eischte bouwvergunning, maar wij moes ten ons nog bij de gemeente Leeuwarden vervoegen voor vergunning voor het leg gen van bruggetjes over de sloot en voor gasaansluiting. Beide gemeenten hadden een uitbreidingsplan voor dat stadsge deelte in bewerking. Doch daar deze niet parallel liepen eischte Leeuwarden in haar voorwaarden van ons, dat wij op een gedeelte van het bouwterrein op onze kos ten een straat moesten maken die later aan de gemeente overging. Tevens moest de sloot worden gedempt in plaats van bruggetjes aan te brengen zoals wij van plan waren. Het is te begrijpen dat wij voor een overdracht van een gedeelte van het ter rein niet voelden en wij bouwden dan ook maar door zonder ons aan Leeuwar dens eischen te storen. Wel dempten wij de sloot en hielden het gedeelte terrein waar zij de straat wenschten open zoodat wij ten allen tijde nog konden bijdraaien. Daar echter Leeuwarderadeel daar abso luut geen straat wilde hebben en ons te kennen gaf dat zij ons vergunning had gegeven voor het geheele blok, en niet voor een gedeelte, zaten wij als buffer tus- schen die twee publieke lichamen die het niet met elkaar eens waren. Toen een gedeelte der woningen zoover waren dat ze gasaansluiting moesten heb ben werden wij verzocht om eerst de voor waarde van Leeuwarden te accepteren, alvorens de aansluiting van de gasleiding werd toegezegd. Wij verzochten hun ons te bewijzen dat zij recht hadden van ons de straataanleg en de overdracht hiervan te eischen en dat zegden ze ons toe, maar wij moesten na een halfjaar de straat aan leggen. Inmiddels hadden wij al woningen verkocht en waren deze al bewoond. Toen het halljaar om was werden wij door de gemeente gesommeerd met de aanleg van de straat te beginnen, doch wij eischten dat zij ons het bewijs leverden dat zij het recht hadden dit te vragen. Daarop werden wij verwittigd dat zij het ter rein gingen afsluiten of liever de toegang hiertoe, indien wij niet onmiddellijk met de aanleg van de weg begonnen. Daar wij hieraan niet voldeden kwamen er enkele werklieden van de Gemeente en deze maakten een dubbele prikkeldraad versperring op de voormalige straat. En er werd alleen aan de bewoners toegang verleend. Twee politieagenten stonden er bij op wacht en zoodoende was ook ver der bouwen voor ons niet mogelijk. Wij adviseerden de uitvoerder toch door te gaan en de versperring weg te nemen. Hij kreeg een proces verbaal. Daarna ging de architect ook tegen het verbod in op het terrein en kreeg ook een proces verbaal. Wij hebben de zaak toen in kort geding voor de Kantonrechter behandeld en moest de gemeente de versperring direct wegnemen. De Kantonrechter zei als volgt: 'De Lekkumerweg is een publieke weg in onderhoud en beheer bij de Gemeente, maar iedereen mag die weg betreden en de perceelen welke aan die weg liggen hebben recht tot toegang en uitgang. Tevens mag niemand zijn eigen rechter zijn, ook de Gemeente niet en dus moet de afsluiting direct worden verwij derd.' De gemeente Leeuwarden stelde daarna een civiele vordering in tegen ons, doch wij eischten schadevergoeding wegens stopzetting der werkzaamheden. Deze zaak heeft jaren gesleept doordat onze advocaat als adviseur voor de gemeente werd aangesteld. Daardoor bleef deze zaak steeds liggen doch wij bouwden door en de straat is er nooit gekomen. In 1939 toen wij laagste inschrijver bij het werk Wirdumerpoortsbrug waren zijn wij maar in directe onderhandeling met de directeur der Gemeentewerken gegaan en is deze zaak afgedaan door beiden onze eischen in te trekken. Daarmee was die onverkwikkelijke zaak die veel van onze tijd en veel geld gekost had aan kant. P. Kolk, Noordwijk Steekvlammen uit een gashouder Een oom van mij, Jan Zijlstra, zat in die tijd bij de Leeuwarder brandweer. Hij heeft mij meerdere keren verteld over de Duitsers die de brandweerlieden aan maanden tot actie. Om die steekvlammen te doven gebruikte men dotten poetska toen. Wanneer die in de kogelgaten wer den gedrukt, doofden de vlammen. De druk in dergelijke gashouders was ook niet al te hoog, waardoor dit een simpele manier van blussen was. Hans Zijlstra, Tiel In een agenda van mijn vader vond ik dat de gashouders op 9 februari 1945 in brand raakten. D.S. Drijver, Leeuwarden In februari 1945, 's middags om drie uur vlogen er drie of vier Engelse Spitfires over de stad. Zij vuurden veel boordwa- pens af op de gashouders; er ontstonden gaten in de gashouders, die leeg stroom den. Het was een regen van kogels en enkele doorboorden ons huis. Grote gaten kwamen er in de hanenbalken en de muur van de slaapkamer. De kogels kwamen op ons bed terecht. Gelukkig raakte niemand gewond. Maar het huis van onze buurman werd ook getroffen en hij raakte zwaar gewond. Hij werd onder begeleiding van de landwacht op een bakfiets met een zwart zeil er over naar het Stadszieken huis gebracht. Gelukkig liep het goed met hem af. Toen het gebeurde was ik veertien jaar; wij woonden achter de Bleeklaan in de Sontstraat. H. Fazzi-van Bergen, Leeuwarden

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2004 | | pagina 35