Een goede Duitser met heimwee
29
Machiel Jurjen de Boer
De familieonderneming, toen De Boer's
Borstelfabriek geheten en gevestigd
Westerplantage, thans Koninklijke
De Boer Stalinrichtingen BV, kreeg
omstreeks 1942 net als alle andere onder
nemingen in Nederland opdracht een
aantal personeelsleden te leveren voor de
Arbeitseinsatz in Duitsland. Vanzelfspre
kend werd alles ondernomen om onder die
opdracht uit te komen. Ik was toen 21 jaar
en sedert 1939 werkzaam in de onderne
ming die door mijn vader, G. de Boer werd
geleid. Mijn vader ging derhalve naar het
arbeidsbureau en werd te woord gestaan
door zekere Prikken. Het was in die tijd
gebruikelijk om eerst wederzijds voor
zichtig af te tasten of de nog onbekende
counterpart goed of fout was. Toen bleek
dat Prikken de broer was van een goede
zakenrelatie in Noord-Holland, was het
ijs snel gebroken. Vrijstelling van de
Arbeitseinsatz kon voorlopig worden ver
kregen omdat De Boer als fabrikant van
speciale borstels voor de zuivelindustrie
en tuigwerk e.d. voor de landbouw en
voor de toen in ontginning zijnde Noord-
Oostpolder van belang was voor de voed
selvoorziening.
Een eenzaam pension
De relatie met Prikken werd snel ver
trouwelijk en deze adviseerde om ook
eens kennis te maken met de Duitse
toezichthouder van het arbeidsbureau,
Hendriock, omdat deze wel goed was.
Hendriock (verder H. te noemen), naar
ik schat toen ongeveer vijftig jaar, was
als ambtenaar van het arbeidsbureau
op het eiland Rügen in 1940 voor 'een
paar weken' naar Nederland gezonden
om 'even orde op zaken te stellen'. En nu
zit ik hier nog, klaagde hij want hij had
In Leovardia nummer 11 verscheen een verhaal van Jakob Vellenga getiteld
De overval op het arbeidsbureau. Ik vatte toen het plan op het nu volgende verhaal
te schrijven.
'Heimweh' naar de witte krijtrotsen van
Rügen en naar zijn gezin.
Ingekwartierd in de Pelikaanstraat
bracht hij zijn avonden eenzaam door,
omdat hij geen lust had deel te nemen aan
de talrijke uitbundige feesten met veel
'Weib, Wein und Gesang' van de vliegba
sis waar in die tijd veel overwinningen op
de geallieerde bommmenwerpers werden
gevierd en waar ook Duitse burgerambte
naren aan deelnamen.
Reeds spoedig was het zo dat hij niet
alleen probleemloos voor vrijstellingen
van de medewerkers zorgde maar ook
voor relaties van ons. Als mijn vader dan
weer eens met een mooi verhaal kwam om
een vrijstelling te bepleiten lachte H. en
zei: 'Schon Gut, Herr De Boer' en stem
pelde direct een vrijstelling af. Als tegen
prestatie kwam hij af en toe wel eens
een avond bij ons op bezoek. Genoot van
verblijf in een normaal burgerlijk gezin,
een gewoon gesprek, de echte koffie en
een prima borrel. Om dan dankbaar met
een fles naar zijn eenzaam pension terug
te keren.
Blanco vrijstellingen
Toen mijn vader weer eens om een vrij
stelling kwam, zei H. liet is toch tel
kens een heleboel moeite voor ons beide.
Hier, hebt u vijftien blanco vrijstellin
gen. Doet u daar maar mee wat u goed
dunkt.' Ik kan de lezers verzekeren dat
Interieur van de bezemmakerij in de Molensteeg, 1929. Van links naar rechts G. de Boer jr.,
A. Hiltjes, H. Veenstra, A. Peters, onbekend, K. Venema, F. Koenes