Een verdwenen halte aan de Harlingerstraatweg
17
Leendert Plaisier Hebt u dat ook wel eens, dat u iets leest of iemand vertelt u iets en dat u dan denkt:
Heden dat hev ik nou noait weten! Zo kwam ik laatst via internet terecht op
een boeiende website over spoor- en tramlijnen in Friesland waarop een foto met
als bijschrift: 'Leeuwarden- halte'. Nu meende ik mijn stad een beetje te ken
nen maar deze foto kon ik dus echt niet plaatsen. Ik heb daarop contact gezocht
met de webmaster van de betreffende website die mij vertelde dat het wel
degelijk een stationshalte in Leeuwarden betrof. En wel aan de oude spoorlijn
Leeuwarden-Stiens, ter hoogte van de Harlingerstraatweg. Kiek, dat hev ik nou
noait weten!
de zegen (en de bijbehorende subsidies) van
de Leeuwarder gemeenteraad krijgt. Nadat
op 29 mei 1899 de koninklijke goedkeuring
op de statuten is afgekomen, wordt op 31
mei de N.V. Noord Friesche Locaal Spoor
wegmaatschappij (NFLS) officieel opge
richt. Bank Theodoor Gillissen in Amster
dam verzorgt de aandelenemissie groot
1.100.000 die volledig wordt volgestort.
Als tenslotte in januari 1900 de Staat
concessie verleent om de lijnen aan te leg
gen, kan de NFLS aan de slag.
Stations en haltes van le tot 3e klasse
De uitvoering van de plannen wordt met
grote voortvarendheid ter hand genomen
en op 22 april 1901 is er al zoveel
gerealiseerd dat voor het eerst over de
lijn Leeuwarden-Stiens-Ferwerd gereden
wordt. En amper een half jaar later is de
lijn al doorgetrokken tot aan Metslawier.
In 1902 wordt de westelijke aftakking
van Stiens naar Tzummarum in gebruik
genomen, later nog gevolgd door twee
lijnen vanuit Tzummarum naar Franeker
en Harlingen.
Langs de spoorlijnen bouwt de NFLS
stations in twee klassen en zogenaamde
haltes in drie klassen. De werkzaamheden
voor het trajectdeel Leeuwarden-Ferwerd
worden gegund aan de aannemers Bakker
en Van der Veen.
De aanneemsom bedraagt 229.773,00.
Een architect is niet bekend. Het enige
station der eerste klasse verrijst in Stiens
dat zo'n beetje als centrum van de
NFLS- lijnen fungeert. Holwerd, Dokkum,
Het stationsgebouwtje bij de Harlingerstraatweg rond 1950. De twee wachtkamers, tweede klasse
en derde klasse, liggen aan de linkerkant Collectie Wytze Wijbenga
De 'grote' spoorwegverbindingen in Fries
land komen in de tweede helft van de 19e
eeuw tot stand: van Leeuwarden naar
Harlingen in 1863, naar Groningen in
1866, naar Heerenveen in 1868 en de
lijn naar Sneek (later nog verlengd naar
Stavoren) is in 1883 gereed. Daarna rijzen
er plannen om meer delen van de provincie
via het spoor te ontsluiten. Niet via grote
lijnen, maar met de kleinere zogenaamde
lokaalspoorlijnen en met trams. Voor het
gebied benoorden Leeuwarden worden
plannen ontwikkeld door een commissie
met als stuwende kracht de Leeuwarder
bankier Reitze Bloembergen. Het idee
is een lokaalspoorweg aan te leggen van
Leeuwarden naar Stiens en voorbij Stiens
een splitsing te maken. Eén lijn globaal
naar het noord-oosten, richting Holwerd,
Ternaard en Dokkum en een andere lijn
naar het westen, naar Tzummarum en
Harlingen. Ook de Nederlandse Tram
weg Maatschappij (NTM) komt met plan
nen voor de aanleg van tramwegen in dat
gebied. Het is tenslotte de lokaalspoorlijn-
commissie die, na lange beraadslagingen,