De Vrouwepoort opnieuw verdwenen
18
Anjo Veeman In september werden bij de reconstructie van de Westerplantage de resten van
de in de 19e eeuw gesloopte Onze Lieve Vrouwepoort blootgelegd. Het onderste
gedeelte van het poortgebouw en grote delen van de toegangsbrug bleken nog
aanwezig te zijn en nauwelijks beschadigd. Veel Leeuwarders hoopten zicht te
krijgen op een belangrijk stuk stadshistorie. Hadden we niet altijd geklaagd over
die Leeuwarders die 170 jaar geleden zo dom waren geweest onze prachtige stads
poorten te slopen? Nu hadden we toch wat terug. De gemeente zag een uitgebreide
opgraving echter niet zitten en liet slechts aan de oppervlakte enig meetwerk ver
richten. Gelukkig kon worden voorkomen dat de nieuwe riolering dwars door het
oude poortgebouw gebroken werd, waardoor eventueel aanwezige kelders onher
stelbaar vernield zouden zijn. Uiteindelijk zijn de gevonden resten weer onder een
halve meter zand verdwenen. Wat is er eigenlijk bekend van dit oude poort
gebouw? Oude afbeeldingen en beschrijvingen kunnen ons heel wat wijzer maken.
Tijdens een uitgebreide vernieuwing van
de Leeuwarder stadsverdediging werd de
Onze Lieve Vrouwepoort in 1482 gebouwd
als eerste van drie nieuwe landpoorten:
een rechthoekig gebouw, opgetrokken van
grote bakstenen ('rooswinkels'), zonder
torens met een overwelfde doorgang en
een spits toelopend leien dak. Dertien jaar
later bewees het gebouw zijn waarde toen
een legertje rondzwervende avonturiers
tevergeefs probeerde door de poort de stad
binnen te komen.
In 1498, tijdens een belegering door een
Saksisch leger, diende de Vrouwepoort als
de uitvalsbasis voor een groep van 400
man uit de Friese Wouden, die samen met
de Leeuwarder stadsverdedigers het plat
teland buiten de stad afstroopten omdat
de bewoners het met de vijand hielden. De
dorpen Marssum, Deinum, Boksum en
Huizum werden bij hun acties in brand
gestoken. Na negen weken moest de stad
zich ondanks deze successen wegens voed
selgebrek tenslotte toch overgeven. In 1516
werd Leeuwarden opnieuw belegerd, deze
keer door een Gelders leger onder aan
voerder Arkelens. De stad stond aan de zij
de van keizer Karei V en had daardoor de
woede opgewekt van diens tegenstander
hertog Karei van Gelre. De Gelderse
soldaten sloegen aan de Harlinger Trek
vaart een legerkamp op. Vanuit Groningen
kregen ze twee enorme kanonnen aangele-
De Vrouwepoort in 1837, geschilderd door H.Schaaff Collectie Fries Museum