Grafzerken in de Leeuwarder Grote Kerk 14 Martin Engels In 1971, bij het begin van de vijfjaar durende restauratie van de Grote of Jacobij- nerkerk te Leeuwarden, werd de houten vloer verwijderd die er sedert 1842 lag tegen de optrekkende koude. Daardoor kwamen de grafzerken na 130 jaar weer in het zicht. Vrijwilligers onder leiding van meer ervaren 'stenografen' hebben toen een kleine 150 grafzerken beschreven. De stenen, die er soms vreemd bij lagen en bedekt waren met een laagje stofzand, moesten eerst schoongemaakt worden, ook ter wille van de fotograaf, die alles wat de moeite waard was, op foto gezet heeft, meestal ook met hulp van een van de vrijwilligers. De oudste zerken stam men waarschijnlijk al uit de 15de eeuw, al is er geen jaartal beginnend met 14 gevonden. Op verschillende oudere zerken zijn de opschriften helemaal of voor een deel onleesbaar, terwijl enkele oude graf schriften geen jaartal opgeven. Het oud ste nog leesbare jaartal, 1500, staat op de zerk Kammighe Minnema Wynie in regel 7. Volgens de inventarisatie is het laatste grafschrift 'Ferwerda 1764', op een vroeg 17de eeuwse zerk in regel 9 van de zuid- beuk. De jongste steen, Fockens Kinnema in regel 4 van de zuidbeuk, dateert van 1707, maar verreweg de meeste zijn van de 16de en 17de eeuw. Met behulp van grafboeken, andere archivalia en naslagwerken kan nog heel wat materiaal dat onleesbaar geworden of verdwenen is, aangevuld worden. Regelnummering In het Historisch Centrum Leeuwar den wordt een grafregister uit circa 1800 bewaard dat 357 nummers telt. Dat geeft de namen van de begravenen voor zover men die kon lezen van de stenen, alsmede niet ingebeitelde namen van begravenen en de namen van de eigenaars van de gra ven toentertijd. Daarbij is een regelnum mering gebruikt van oost (koor) naar west (ingang): het schip telt 22, de noordbeuk 14 en de zuidbeuk 15 regels. Samen met de beschrijvingen uit de jaren '70 van de vorige eeuw levert dat heel wat gegevens op. W. Dolk heeft indertijd als medewer ker van het HCL (toen nog gemeente archief) aanvullende genealogische aan tekeningen gemaakt uit de archieven. Nu heb ik al het genoemde gecombineerd en op mijn beurt, dankzij verder onder zoek, een en ander kunnen toevoegen. Stenen in soorten Er zijn grote zerken van meer dan 2 bij 3 meter en er zijn kleine zerken; laatst genoemde dekken het graf van kinderen of het zijn zogenaamde hoofdstenen, die goedkoper waren en alleen het hoofdeinde van het graf beslaan. De kleur van de ste nen is doorgaans donkergrijs. De officiële benaming is blauwe steen of arduinsteen. Blauw is hier oneigenlijk gebruikt voor dof grijs, lei of loodkleurig, min of meer tot blauw naderend. Arduin staat voor har de, blauwgrijze kalksteen, gebruikt voor stoepen, hoekstenen, zerken enzovoort en wordt gewoonlijk hardsteen genoemd. De bekendste soort is Bentheimer steen. Enkele zerken zijn echter van witte, crèmekleurige (Italiaanse) steen en weer andere hebben een roodachtige kleur. Bij de laatstgenoemde gaat het niet om hard steen maar om zandsteen. Het materiaal werd betrokken via steenkopers in Dor drecht en Amsterdam, een enkele maal ook in Zwolle. De teksten op de oudste zerken zijn in een gotische letter uit gehakt, de meeste stenen vertonen echter Romeinse kapitalen (hoofdletters). Voor gedichten werd een kleine cursief (lopend of schuin schrift) gebruikt. De zerken hebben niet, zoals in vele andere kerken, geleden van de vandalen die tekeergingen onder het motto van de Franse revolutie, 'liberté, égalité, fraternité'. Men had zich al voldoende uitgeleefd in de stadhou derlijke grafruimte. De teksten, wapens en ander beeldhouwwerk zijn veelal nog 'Sf—-© Plattegrond van de regelnummering in de Grote Kerk

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2006 | | pagina 16