ff: 26 TELEFOON 4385 ROSTREK. 10709 M EVROUW n DEN HEER G 0,0 I MEJUFFROUW W A S S A LEEUWARDEN, &9 Btteembsr 1944 NIËUWCSTAD ve Geachte familie da Srasf, Tlj&ans deze oorlogsjaren hadden wij het genoegen U een en ander uit onze zaak ha leveren.iïjj hopen ook in de toekomst ff weer van het nodige te kunnen voorzien .wanneer in hetere tijden onze zaak weer fce- vuld zal zjjn met degelijke en mooie artikelen.laat ons hopen dat zilks niet heel lang meer hehoeft te duren. ?eenïiik fitten*, we hier mat te kleine rantsoenen le- a! n ?us buitenom wat a-n te vullen,ook al om dooi loT»nl^ r waarschijnlijk nog krapper zal worden,heen te komen. T wa gaarne san onze zuster en zwager in Amsterdam geregeld iets sturen,omdat ze zonder hulp van buiten daar niet zouden jciuman oiijY^n JLSYÖII. Ban en ander geeft ons aanleiding ff te vragen ons voor de in wendige mens wat te verkopen,hetzij wat van een koe of varken,hetsii tar we,gort,erwten of boaan.J begrijpt dat eigenlijk alles van onze gading ftaane hierop ffw antwoord wachtend met vriendelijke groeten Hoogachtend Verzoek van Goffe Miedema, in de hongerwinter gedaan aan C. de Graaf in Warga, om voedsel voor eigen gebruik en voor familie in Amsterdam te mogen kopen Op de site van oorlogsschriften is er zelfs een aparte ingang op gemaakt. Ter afwis seling van het zware thema hiervoor een prachtige anekdote: 12 augustus 1943: Iemand die drie jaar met geheugenverlies in een gesticht was geweest kreeg plotse ling z'n verstand terug en werd de maat schappij ingestuurd maar wist van de oorlog niets af. De man kreeg honger en dorst en stapte het eerste het beste goede hotel binnen en bestelde een borrel, dat leek hem na die drie jaar onthouding een goed begin. De hotelhouder keek echter zeer bedenkelijk en fluisterde: dat kan wel meneer, maar alleen een zwarte. Wat zei de klant een zwarte borrel, is dat wel een goed drankje? Ja meneer prima, prima. Nu ja dacht de klant in die drie jaar is er wellicht wat veranderd in de naam van de verschillende dranken. De borrel kwam en was lekker, alleen de kleur was vreemd genoeg toch niet zwart, er werd een tweede en een derde besteld die even goed smaakten waarna een diner opge geven werd. De ober vertelde dan krijg ik van U zoveel vlees- en zoveel vetbonnen. Bonnen? Nooit van gehoord en de ober haastte zich om te vertellen dat het ook wel zwart kon. De zwarte borrels waren goed geweest dan zou het zwarte diner ook wel smakelijk opgediend kunnen worden en inderdaad het was piekfijn in orde. Een zwarte sigaar completeerde het festijn. De rekening werd gepresenteerd en was 45,- Wie is hier nu gek, ben ik het of zijn jul lie hier met elkaar niet goed snik om een dermate hoog bedrag te noemen. De klant kon hoog springen of kon laag springen, de nota bleef f 45,-. Het spijt me wel maar ik heb maar 15,- bij me zei de klant en haalde een gouden tientje en twee zilveren rijksdaalders te voorschijn. Oh mijnheer dat is al lang goed en de ober holde met het tientje naar de kassa om het even te wisselen voor 150,- zodat de klant nog een handvol briefjes terug kreeg met de opdruk: De Nederlandse Bank betaalt aan toonder enz. Hoofdschuddend en zeer wan trouwend verliet onze herstelde patiënt het hotel. Hij was pas uit een gesticht ont slagen doch bedacht dat de mensheid in z'n geheel ook wel een poosje opgeborgen mocht worden en de hotelier in het bij zonder. Alles zwart en dan 45,- vragen voor een diner, en voor een gouden tientje 150,-geven! Er lopen meer gekken buiten rond dan er opgeborgen zitten. Ten slotte Het is buitengewoon verleidelijk om te blijven citeren. De toegemeten ruimte staat dat helaas niet toe en bovendien het is allemaal te lezen op de site. Na de oorlog heeft menigeen z'n houding tijdens de bezettingstijd flink opgepoetst. Het leek soms of, behalve een handjevol verraders en de vervolgde joden, Neder land uitsluitend bevolkt was met onver schrokken verzetsstrijders. Goffe Miedema is niet een van die oppoetsers. Zijn dagboek houdt hem dicht bij de werkelijkheid. Op 9 mei 1945 schrijft hij: Om als zakenman op alles Nee' te moeten zeggen was niet goed mogelijk. In elk geval dat is nakaarten en ik heb meestal 'Ja' gezegd, en met mij de meeste anderen. ik heb zoet voor de Duitsers gewerkt, heb een radio ingeleverd. Een troost is er, alleen stond ik niet\ Miedema's dagboek is een diamant van een hoog karaat. Alleen, het is een ruwe diamant, nog niet gekloofd en ongeslepen, de werkelijke waarde is nu absoluut niet zichtbaar. Zoals in het hoofdstukje over de bezorging al is aangeroerd: de wijze waarop deze diamant nu in de www- etalage ligt, is voor verbetering vatbaar. Miedema's kleine oorlog is, anders dan de titel suggereert van groot, heel groot belang. www.historischcentrumleeuwarden.nl wwwoorlogs schriftennl

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2006 | | pagina 28