Van Haniasteeg naar Abbingahiem 26 Roelof Kerst de Jong De eerste keer dat ik iets hoorde over wat eenmaal Abbingahiem zou worden, was in 1969. Ik was toen als dominee op bezoek bij een tuindersgezin, dat woonde in een vrij nieuw huis, ongeveer gelegen op de plaats waar nu het verzorgingshuis staat. De tuinderij strekte zich uit van de Hui- zumerlaan tot aan de Borniastraat. De tuinder vertelde mij bij die gelegenheid, dat de gemeente Leeuwarden zijn huis en tuin had gekocht met het doel op die loca tie een groot stadsverzorgingshuis te bou wen. Inderdaad werd een jaar later het huis afgebroken en veranderde het gehele terrein in één grote bouwput. Schoenen uit of kaartje kopen? In februari 1974 kwam het indrukwek kende gebouw klaar en al spoedig bracht ik daar mijn eerste bezoek. Het tehuis heette toen overigens nog niet Abbinga hiem, maar maakte deel uit van het enke lejaren eerder gereedgekomen ziekenhuis en verpleeghuis. Dat drietal werd toen, niet onaardig, Trihotel (later Triotel) genoemd. Pas veel later kreeg het zieken huis de naam MCLZ nu zonder Z), het verpleeghuis werd Borniaherne en het verzorgingshuis mocht zich tooien met de naam Abbingahiem. Die naam is ontleend aan het kasteel Abbingastate, dat aan de zuidkant van het huidige Drachtsterplein heeft gele gen. In een oorkonde uit het jaar 1463 wordt deze state voor het eerst genoemd: It Abbemahus, dêr't doedetiids Hessel wen- ne. Een volgende aantekening, nu uit 1498, vermeldt dat Abbemastate omver geworpen werd door die van Leeuwarden. In het kader van de burgeroorlog tussen Schieringers en Vetkopers was de burcht door de Leeuwarders verwoest. In 1596 was het oude slot Abbinga geheel opnieuw In het voorjaar van 1974 verhuisden de bewoners van het stadsverzorgingshuis aan de Haniasteeg naar de Jansoniusstraat. Hetzelfde gold voor de bejaarden, die ondergebracht waren in de beide rusthuizen in Huzum. Het in 1974 ontruimde voormalige Stadsverzorgingstehuis aan de Haniasteeg in 1986 opgebouwd en ingericht. De daarbij beho rende bedrijfsgebouwen, moes- en fruit- tuinen lagen ten noorden van de state, die geheel was omgeven door een gracht en een aarden wal, beplant met bomen. In 1822 bestond het slot nog in zijn volle omvang, maar het geld voor het hoognodi ge onderhoud ontbrak. In 1832 zijn de laatste bewoners, de juffers Van Sloter- dijck, vertrokken, waarna de state in 1833 werd verkocht voor afbraak, volgend in 1837. Het ging dus over mijn eerste bezoek. Ik stapte enigszins aarzelend op de ingang af, toen die vanzelf openging. Die techniek was toen nog iets nieuws en ik zei beduusd: 'dank u wel'. Ik trad binnen en stond daar ineens in een luisterrijke ruimte, die niet onderdeed voor de ont vangsthal van een luxueus Hiltonhotel. Mijn verwarring steeg: moet ik hier mijn schoenen uitdoen of een kaartje kopen? Gelukkig kwam er een vriendelijke dame op mij toe, die vroeg wat ik wenste. In de afgelopen eenendertig jaren is er veel ver anderd in Abbingahiem, maar de vriende lijkheid is constant gebleven. Ik vertelde haar dat ik die en die wilde opzoeken en zij verwees mij naar de lift en zei, dat ik op de derde verdieping moest zijn. Ook daar viel mij de ruime hal op en niet te vergeten de 'ijucht en sljuchte' gangen. Die zijn heel geschikt voor mensen, die zich niet goed kunnen oriënteren en voor slechtzienden of blinden. Alle appartementen zijn even groot en zulks bevordert in hoge mate de democra tiseringsgedachte. Het is eveneens een vondst, dat het gehele gebouw noord-zuid staat, waardoor alle bewoners evenveel zon hebben. De oosterlingen kunnen 's morgens genieten van 'it haedljocht oer de stjerren' en de westerlingen hebben 's middags de 'freugde fan de wrald'. Le0Va.V3tA.1t

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2006 | | pagina 28