Aan de slag bij Landstra en Deibei
28
Jakob Vellenga Ik heb van 1938 tot 1942 bij de LPF gewerkt en die Leeuwarder Papierwaren
Fabriek verlaat Leeuwarden. Vele jaren nadat Landstra en Deibei de fabriek heb
ben opgericht, wordt het laatste bedrijfsgebouw gesloten.
Zoals aan de Snekertrekweg ooit de Frico
en de CAF stonden, bevonden zich aan de
Harlingertrekweg de meelfabriek Fortu-
na (lange tijd mét molen), Benninga's
Margarinefabrieken en de LPF. Dit
gebouwencomplex strekte zich deels langs
de verdwenen Wilhelminabaan noord
waarts uit tot waar nu de Tesselschade-
straat loopt. Vlakbij bevond zich de wie
lerbaan waar de koppels Pijnenburg-Wals
en Kilian-Vopel elkaar bestreden. Deze
houten baan is in het laatste oorlogsjaar
opgestookt.
Ongeschoolden en schoolverlaters
Na drie jaar hbs moest ik geld gaan ver
dienen en meldde mij in november 1938
bij de LPF om te werken op de pas gestar
te eiertrays-afdeling samen met andere
ongeschoolden en schoolverlaters. Er
werkten nog een oud hbs-er, een kweek
school-leerling en jongens die de mulo of
de ambachtschool bezocht hadden. Eind
jaren dertig was je blij dat je werk kon
vinden.
De vakmensen waren te vinden op de
afdelingen van de drukkerijen, gebogen
over grote kleurendruk- en diepdrukma
chines. Aan het drukken en persen ging
het ontwerpen vooraf en een bekende ont
werper was Piet Hein van Asperen, die
ook naam maakte als kunstschilder. Van
de drukkers herinner ik mij Piet de Groot,
die ik jaren later tegenkwam in de
gemeenteraad, waar hij de communisten
vertegenwoordigde. Verder was daar mijn
maatje bij de eiertrays Johan van der
Meulen. Ik was een kop groter maar hij
was sterker. In het voorjaar van 1940
sloeg hij zijn tegenstander in één klap (de
eerste!) tegen de grond en werd Neder
lands bokskampioen in het vedergewicht.
Dat feit werd gevierd op een feestelijke
personeelsavond in de grote zaal van de
kantine, die in 1938 was ingewijd. Er was
meer te vieren op sportgebied. Wij leefden
mee met de goede prestaties van de LPF-
elftallen in de bedrijfsvoetbalcompetitie,
die op zomeravonden veel publiek trok. Zo
zag ik Cas Rem spelen, de bekende goede
halfspeler, eerst bij w Leeuwarden, later
bij Frisia en ook Kaspersma, Beers en
anderen. Op het kantoor werd een functie
geschapen voor Th.P. van der Tol, om hem
als schaakmeester van naam te kunnen
laten uitkomen voor schaakclub Philidor.
Maar ook mevrouw Van der Tol kwam uit
voor Philidor, zodat de club kon bogen op
een uitstekend schakend echtpaar. Er werd
veel over sport en sporters gesproken.
Toen ik naderhand op de inpakafdeling
werkte, ging mij prachtig werk door de
handen. Emballage, verpakking en recla
me. Mijn collega-inpakker was Teunis
Puist en onder 'zijn' merken viel de Fino-
soep. Jaren later, als ik met de trein van of
naar Den Haag langs donker Harderwijk
reisde, zag ik de lichtletters 'Fino Harder
wijk' staan en dan dacht ik soms aan
Puist, die helaas jong is overleden aan
tuberculose.
In de hoofdrol
De Leeuwarder Papierwaren Fabriek is
opgericht door Landstra en Deibel. Toen
ik daar kwam te werken was Deibel er
niet meer en was Landstra de enige direc
teur. Van oudere werknemers hoorde ik
verhalen over Landstra als de vaak onver
wacht verschijnende 'Ouwe Baas'. Een
veel geciteerde uitspraak van hem luidde:
'wat staan jim weer uut jim neus te freten.
De baas sien senten bin' niet fan blik!'
Zijn minder kleurrijke zonen namen later
het roer over. Zij wisten, omringd door
medewerkers als de econoom Doorn en
ingenieur Hollander, de crisis van de
jaren dertig redelijk het hoofd te bieden.
In 1938 verrees de nieuwbouw voor de
De LPF, door Leeuwarders vaak Landstra en Deibel genoemd, eind jaren dertig
Le0Va.V3tA.1t