23 plaats in één van de vertrekken van het Stadhouderlijke Hof in Leeuwarden. Men onderhoudt kennelijk goede contacten met de andere prinsgezinde loges in Den Haag en Amsterdam. Zo refereren meer dere bronnen aan de betrokkenheid van Hendrik Lijnslager als 'Vénérable Maitre' van een vrijmetselaarsloge in Leeuwar den bij de stichting (constitutie) van de oudste Amsterdamse loge 'De la Paix' in 1735. Deze vlaggenkapitein in de vloot van de republiek bevindt zich onder het gevolg van de prins bij diens huwelijk in Londen en hij is in 1759 ook als vice-admi- raal aanwezig bij de begrafenis van prin ses Anna. Aan de stichting van de allereerste Haagse vrijmetselaarsloge in de republiek wordt geen ruchtbaarheid gegeven. Maar bij de oprichting van een tweede werk plaats in oktober 1735, La Véritable Zèle, publiceert de Amsterdamse Courant een verslag. Daaruit blijkt dat het gebeuren wordt opgeluisterd door de aanwezigheid van grootmeester Radermacher 'Tre- sorier-Generael van Zijne Hooght den Prince van Oranje en verdere officieren en aanzienlijke lieden'. De antistadhouderlij ke regenten van de Hollandse Staten onderkennen het gevaar en vaardigen eind 1735 prompt een resolutie uit aan de stedelijke magistraten om samenkomsten van vrijmetselaren te verbieden en te ver hinderen. Maar in 1747 is door de externe dreiging de politieke situatie dusdanig gewijzigd dat de prins als stadhouder Wil lem IV van de republiek wordt benoemd. Hij verhuist met de hofhouding naar Den Haag en de oudste Leeuwarder vrijmetse laarsloge gaat daarmee ter ziele. Constanter Leeuwarden kent blijkens een in 1757 opgemaakt reglement al 'zedert lengte van Jaeren' nog een andere besloten club van twaalf mannen die onder de zin spreuk 'Constanter audi, vide et tace' (Hoor, zie en zwijg volhardend) geregeld bijeen komen. Constanter, zoals dit college kortweg wordt genoemd, komt tijdens de Landdagzitting gedurende drie maanden in het voorjaar, 's avonds tussen 5 en 10 uur, bij toerbeurt samen ten huize van één van de leden die dan tegelijk voorzitter is. De gastheer kan telkens maximaal twee gasten uitnodigen die evenwel oprecht en Constitutiebrief uit 1782, waarin aan de broerders 'volkomen magt (wordt gegeven) om den Trap van Leerling te verleenen aan een eerlijk man, onbesproken in handel en wandel; en der Broeder derwelke voor ver diensten, ijver en vlijtzig zullen waartig maken, tot de Trappen van Metgezel en Meester te verheffen; als mede om zig van de andere Loges te onderscheiden door de Witte Roos met gemengde couleur' Leova.'c^tA.lt

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2007 | | pagina 25