Lc ovarii*»
24
van goede naam moeten zijn. Aan het
hoofd van het gezelschap staat een older-
man (deze titel stamt uit het vroegere gil-
dewezen) die voor het leven wordt ge
kozen. Lid worden kan alleen op aangeven
van de olderman en bij unanieme stem
ming van de leden. Het motief en de doel
stelling van het gezelschap is 'in alle
bescheiden vriendelijkheid, met welle
vendheid gepaard, de aangename en
gezellige samenleving weer tenminste
onder een klein aantal mannen te doen
herleven en door vrije en ongedwongen
gesprekken onderling aan eikaars lering
en verbetering en ten algemenen nutte
werkzaam te zijn'.
Constanter lijkt qua beslotenheid van
de bijeenkomsten, de voorgeschreven
absolute zwijgzaamheid van het bespro
kene en de prinsgezindheid van de leden
sterk op een vrijmetselaarsloge. Dit colle
ge van voorname heren blijft bestaan tot
ongeveer 1795 en verdwijnt in de roerige
tijd van patriottische perikelen.
Het ontstaan van De Friesche Trouw
Een ambulante militaire vrijmetselaars
loge 'L'Esprit du Corps' is nauw verbon
den met het cavalerieregiment Van Rech-
teren, dat op 1 april 1781 in Leeuwarden
is gelegerd. Ook enkele Friese broeders
treden toe en zo ontstaat er een gemengd
gezelschap van militairen, adellijke perso
nen en burgers dat op de laatste woens
dag van de maand bijeen komt 'ten huize
van Sieur Johannes IJsenbeek, castelijn
in 't Hooghuis binnen Leeuwarden'. Na
bijna een jaar vertrekt het regiment Van
Rechteren naar Nijmegen en in Leeuwar
den zijn de geesten intussen voldoende
gerijpt om een eigen vrijmetselaarsloge in
het leven te roepen. Op 10 mei 1782 wordt
de Loge 'De Friesche Trouw' door twee
leden van de ambulante Loge geïnstal
leerd, maar de constitutiebrief dateert
van 9 maart 1782 en vanaf die datum
kunnen er activiteiten worden ontplooid.
Men vergadert in een pand aan de
Vleesmarkt (nu Nieuwestad 103) dat aan
meestertimmerman Johannes Schaap
toebehoort. Hij is lid van de loge en fun
geert als 'castelein'. Bekende Leeuwarder
notabelen als Willem Baron thoe Schwart-
zenberg Hohenlansberg, Epeus Wielinga
Huber, Arent Johan van Glinstra, Ernest
Louis Baron van Eberstein en Tjalling
Logezaal in het pand Bij de Put 15
Camstra Baron thoe Schwartzenberg
Hohenlansberg zijn van de partij. Als eer
ste voorzitter fungeert mr. Johannes Cas-
parus Bergsma, die in de jaren tachtig
promotie maakt van maire van Metsla-
wier tot grietman van Oostdongeradeel en
uiteindelijk opklimt tot voorzitter van de
Friese Staten. Aanvankelijk steunt hij de
patriotten van Van Beyma in hun aversie
tegen de stadhouder, maar tijdig onder
kent Bergsma als gematigd politicus de
gevaren van deze revolte, die gelijkheid
predikt maar slechts tot chaos leidt. In
september 1787 winnen de oranjegezin-
den de strijd en een uittocht van 6000
republikeinse opposanten, waaronder ook
Friese patriotten, is het gevolg.
Een moeilijke periode
In 1791 koopt de loge een huis aan het
Zaailand 98 dat geheel wordt herbouwd
en op 3 april 1793 plechtig ingewijd. Het
gebouw fungeert ook als een toevluchts
oord voor reizigers, want enkele apparte
menten doen dienst als hotel. De leden
van De Friesche Trouw zijn prinsgezind
en in deze tijd voor het merendeel afkom
stig uit garderegimenten en andere deta
chementen die in Leeuwarden in garni
zoen liggen. In 1795 wijzigen de politieke
verhoudingen zich en met de inval van
het Franse leger keren ook de gevluchte
Friese patriotten terug. De Friesche
Trouw past zich tactisch aan en stelt haar
lokaliteit open voor de loge 'Les Vrais
Bataves' uit Duinkerken met daarin
teruggekeerde patriotten.
Het ledental loopt in die jaren steeds
verder terug en in 1814 wordt het besluit
genomen om 'de zaken van de loge finaal
te liquideren', het gebouw en de bezittin
gen te verkopen en de werkzaamheden te
staken. Weliswaar wordt in 1817 de arbeid
nog enkele jaren hervat, maar in 1821
sluit men de loge voor onbepaalde tijd.
In 1836 leiden initiatieven van vroegere
leden tot heropening van de werkplaats in
het logement De Phoenix in de Sint
Jacobsstraat, waarna men al spoedig
terugkeert naar het oude pand aan het
Zaailand. Doctor Seerp Brouwer, een voor
malige hoogleraar wis- en natuurkunde in
Groningen, wordt de eerste voorzittend
Meester.
De tijden veranderen en het aandeel
van adel en militairen loopt terug ten
faveure van gegoede burgers en hoge
ambtenaren. In 1847 bloeit de loge weer
en in dat jaar wordt het lokaal van de
stadsschouwburg (tegenwoordig De Frie
sche Club aan het Ruiterskwartier 57)
openlijk geveild. De vrijmetselaars vor
men een eigen genootschap, Archimedes
genaamd, met als doel dit gebouw voor de
loge De Friesche Trouw te kopen en te
exploiteren. Die keuze loont, want het
kost jarenlang geen moeite de zalen te
verhuren voor toneeluitvoeringen.