6
Bombardement van 24 februari 1944 op het vliegveld. Rookwolken, gezien vanuit Sint
Jacobsstraat 13 in de binnenstad
spanning in huis was. Ik zag daar Joseph
op een ongewoon tijdstip in druk overleg
met mijn vader. Zachtjes sloop ik naar
mijn moeder, die in de keuken was en zei:
'ome Duutser is er, hé mamme!', waarop
van alle kanten werd geprobeerd om mij
te doen geloven dat dit mijn oom Wieger
uit Hoogkarspel was. Maar ik wist wel
beter: de man, bij wie ik vaak op schoot
zat, was zeker niet de voorgewende oom,
ondanks het feit dat ze op elkaar leken!
Ik bleef weigerachtig om aan die nieuwe
naam mijn medewerking te verlenen en
dat bleek een factor die het gevaar voor
zowel deserteur Jos als voor ons gezin
alleen maar deed toenemen.'
Inmiddels had Jos een stel kleren van
mijn vader gekregen en zag er al een
stuk minder soldatesk uit. Er volgde druk
beraad in huis, waarvan de conclusie was
dat ons huis en ons gezin geen geschikte
omgeving waren voor de onderduikende
'vijand'. Bovendien wilde Jos Schorr liever
naar het onderduikadres van zijn vrouw
en kind.
Als een spannend jongensboek
Er werd besloten dat Rein Jos zou bege
leiden naar zijn onderduikadres in Hege-
beintum. 'Ik reed voorop en Jos er zo'n
dertig meter achter op zijn Duitse fiets,
wat niet zo verstandig was. Hij had zijn
revolver meegenomen en zou niet hebben
getwijfeld die te gebruiken als hij door
de bezetter werd aangehouden. De route
via Lekkum, Miedum, Burdaard leek het
veiligst te zijn. Onderweg kwamen we een
boerenwagen met een Duitser tegen, die
in en naburig dorp brood had gehaald.
Mijn vader had een extra veiligheid
in willen bouwen en daarom moest ik
in Burdaard naar de bakkerswinkel van
verzetsstrijder Gerrit Wondaal. Dat was
weliswaar zorgzaam, maar bleek achteraf
niet zo verstandig. De bakkersvrouw stond
in de winkel. 'De groeten van Bron en ik
moet vragen of de weg naar Hegebeintum
veilig is', waarop zij naar achteren ging en
na een poos terugkwam met het antwoord
'we weten het niet, waag het er maar op'.
Zij en haar man hadden natuurlijk gezien
dat er een man buiten stond met zo'n
typisch Duitse fiets, hetgeen hen achter
dochtig maakte. Jos wist bij welke boer
derij we moesten zijn. Toen ik me daar
meldde raakte mevrouw Schorr overstuur.
Ze was bang dat door de aanwezigheid
van haar man het gevaar op ontdekking
groot zou worden en de represailles stren
ger. Ik had mijn taak volbracht en keerde
terug naar Leeuwarden.
Op 15 april werd Leeuwarden bevrijd
en nog dezelfde dag kwam Jos Schorr bij
ons thuis langs om de burgerkleren van
mijn vader terug te brengen. Hem was
afgeraden naar de Van Loonstraat terug
te keren, want hij kon wel eens gezocht
worden. Op 17 april kwam vervolgens
Doutsje Schorr aan de deur met de vraag
of Jos bij ons was, want hij was noch in
de Van Loonstraat noch in Hegebeintum.
Het bleek dat hij op weg naar Hegebein
tum bij de brug van Burdaard was aange
houden door bakker en NBS-er Wondaal,
die hem herkende aan de fiets en zijn
postuur. Jos werd drie weken in de school
van Driesum opgesloten en daarna naar
Gaasterland gebracht, waar hij enkele
weken moest werken in een melkfabriek.'
Bakker Wondaal
Iets meer over die bakker uit Burdaard,
die enkele jaren na de oorlog Leeuwar
der werd en een bakkerij had in de Van
Sytzemastraat/hoek Derde Vegelindwars-
straat totdat hij autoverkoper werd bij
Rosier. Gerrit Wondaal was een van de
laatste strijders op de Afsluitdijk op de
stelling Wons en zette zijn werk voort
als verzetsstrijder, die opereerde vanuit
Burdaard, waar hij zijn bakkerij had aan
de Mounewei 2. Zijn opvallendste wapen
feiten bestonden uit een wapentransport
vanaf boer Van der Meer bij Sneek naar
Burdaard en de kraak, samen met een
aantal vrienden, in het gemeentehuis van
Ternaard, waar de loodzware brandkast
vol met voedselbonnen werd meegeno
men. Na de oorlog werd die brandkast
met daarin nog het aanwezige geld en ove
rige papieren, terugbezorgd. Twee van de
vrienden die geholpen hadden, mochten
dit niet meer meemaken; ze waren in het
laatste jaar van de oorlog doodgeschoten.
Ook had Wondaal zijn contacten als het
ging om het onderbrengen van gevluchte
joden en onderduikers. Hij werkte daarbij
LcoVflLr^i4)t»k