12 het personeel. 'Eene vrijheid, zoals tegen woordig wel bij het openbaar onderwijs wordt genoten, kunnen de onderwijzers onzer vereeniging niet verwachten. Eene vrijheid bijvoorbeeld om zich te bewegen in optochten langs 's Heeren straten op tijdstippen waarop zij voor de klasse moe ten staan (de 1 meioptocht, P.B.), zal hun door ons niet worden verleend.' Ook voor De Boer had hij nog iets in petto: 'Het ingezonden stuk van den heer K. de Boer blijft verre beneden het peil van ontwik keling, waarop ik tot dusverre gemeend heb dit raadslid te moeten plaatsen. De Boer blijkt zijne eigene taal niet meester te zijn...' Enige weken later vroeg De Boer en met hem ook de Bond van Nederlandse Onderwijzers aan burgemeester en wet houders om aan Stheeman het voorzitter schap van de Commissie van Toezicht op het Lager Onderwijs te ontnemen, omdat hij in die commissie zat namens de ouders van de openbare scholen. Een gênante raadsvergadering In december 1922 kwam in de gemeen teraad het verzoek van de Leeuwarder School Vereniging om geld voor de bouw Klaas de Boer (Oldetrijne 1883-Den Haag 1945). Directeur van Coöperatie Excelsior. Lid Leeuwarder gemeenteraad van 1919- 1927 van twee neutraal bijzondere scholen, of om tijdelijke hulp, in afwachting van later in te dienen plannen, aan de orde. De aan vraag moest ondersteund zijn met een lijst van ouders, die verklaren dat hun kind is ingeschreven voor de aanvragende school. Omdat deze lijst niet bij de stukken zat, greep raadslid De Boer de kans aan om het verzoek van de hand te wijzen. For meel had hij gelijk, maar moest de raad zover gaan? Burgemeester Van Beijma deelde mee, dat de stukken zoek waren: 'Het gehele dossier met bijlagen is ver dwenen en nergens te vinden. Wethouder Dijkstra heeft ze voor een ogenblik ter inzage gehad en sedertdien zijn ze al of niet terugbezorgd; in elk geval zijn ze weg. Niettemin is het College overtuigd dat de zaak formeel in orde was, anders waren ze wel met het voorstel gekomen om op het verzoek afwijzend te beschikken. Burgemeester en wethouders achten de verklaring zoals zij overlegd was, in orde. Wat de weggeraakte stukken betreft, de wethouder kan ook niet positief verkla ren, dat hij ze aan een bepaald persoon ter hand gesteld heeft. Er is nog naar gezocht, maar ze waren niet te vinden. Zeker een onaangenaam geval en B&W zouden er liever over gezwegen hebben, maar nu er in de raad al iets van uitge lekt is, vinden wij het beter, maar precies bekend te maken wat er gebeurd is, hoe wel het College het ten zeerste betreurt, dat het zoo gelopen is.' De discussie werd gesloten en het voorstel van De Boer om het verzoek af te wijzen wordt met 10 tegen 9 stemmen verworpen. Enkele maanden later kwam in de gemeenteraad een definitief voorstel aan de orde dat inhield: een verhoging van het aantal leerlingen per klas, alsmede om in beginsel te besluiten tot het afstaan van schoolruimte aan de Leeuwarder School vereniging: de gehele school 3 (8 lokalen) in de Sint Anthonystraat en 4 lokalen van school 2 aan het Raadhuisplein. Daar kwam nog bij het afstaan van gemeente school 1 aan de Druifstreek aan de Neder lands Hervormde Schoolvereniging. Opnieuw bond raadslid De Boer de strijd aan in een poging het gehele besluit uit te stellen tot 1925, maar tevergeefs; tot uitvoering van de voorstellen werd uit eindelijk besloten in april 1923. Overig verzet De beslissing in de raad was genomen zonder rekening te houden met de ver schillende bezwaren en daarom werd er een actie georganiseerd, waarbij voor standers van het openbaar onderwijs hun adhesie met het verzet van de Vereniging Volksonderwijs konden betuigen door hun handtekening te plaatsen bij Coöperatie Excelsior aan het Oldegalileën. De avond voorafgaande aan het raadsbesluit was Zalen Schaaf volgelopen met tegenstan ders en werd door diverse sprekers het woord gevoerd. Het was natuurlijk ook niet niks: de klassengrootte ging van 32 naar 36, met een maximum van 38, maar vooral de kaalslag voor het openbaar onderwijs in de binnenstad was groot: van de 24 lokalen werden er maar liefst 20 afgestaan aan het bijzonder onderwijs, 12 aan de Leeuwarder School Vereniging en 8 aan de Hervormde Schoolvereniging. Voorstanders van het openbaar onderwijs werden genoodzaakt hun kinderen buiten de stadsgrachten naar school te brengen en de werkloosheid onder de onderwijzers nam schrikbarend toe als gevolg van de combinatie van beide besluiten. Ondanks bezwaar van zowel particu lieren als van de Centrale Ouderraad, de Bond van Nederlandse Onderwijzers, het Nederlands Onderwijsgenootschap en de Bond van Nederlandse Schoolhoof den besloten Gedeputeerde Staten in mei 1923 tot goedkeuring van het besluit van de gemeente Leeuwarden. Door dezelfde organisaties werd vervolgens in juli bij de Kroon vernietiging gevraagd van het door de gemeenteraad genomen besluit. Alles zonder resultaat. Uiteindelijk kon op 31 augustus 1923 voorzitter Stheeman zijn school officieel openen. Hij bepleitte dat de school voor een ieder toegankelijk is, 'vogels van diverse pluimage zijn bij ons welkom, slechts een enkele eis wensen wij te stellen, namelijk een bevredigend peil van beschaving van het milieu, waaruit de kinderen voortko men en waarin ze opgroeien. Wat wij niet in onze school samenbrengen? De sek sen. Een samen opgroeien der seksen is volmaakt onnodig voor een later samen werken en -leven van man en vrouw'. Een visie die in 1936 uit financiële overweging moest worden verlaten. LiCOV<3LP^t4)t,k

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2010 | | pagina 14