Vak 1/10/1957 30/9/1958 15 Het pand Nieuweburen zuidzijde 128, waarin van 1944-1966 de Leeuwarder Muziek school was gevestigd Foto Leeuwarder Courant school en vond ik samen met mijn ouders dat het na zoveel jaar pianoles tijd werd te stoppen. Zo geschiedde voor de zomer vakantie van 1964. Wel heb ik toen nog op 12 juni voor de einduitvoeringen van de muziekschool een mazurka van Chopin gespeeld. Het programmaboekje vond ik terug bij het HCL en dan is het bijzon der te ervaren hoe een eenvoudig stukje gestencild papier het verleden weer tot leven kan brengen. Artes societas leovardiensis In 1957 en 1958 kon de piano zich nog altijd in een groot aantal liefhebbers ver heugen, zo blijkt uit het verslag van de muziekschool over de muzikale activitei ten gedurende de cursus 1957-1958 met de leerlingenaantallen voor ieder vak. Ook nam het leerlingenaantal geleidelijk toe. De naoorlogse geboortegolf en de bre dere toegankelijkheid zullen ongetwijfeld een rol hebben gespeeld. Piano 122 134 Orgel en harmonium 33 30 Accordeon 36 35 Viool 48 61 Violoncello 5 8 Gitaar 17 27 Clarinet 10 13 Saxophoon 1 1 Fluit (dwarsfluit) 6 8 Blokfluit (privélessen) 11 13 Trombone 1 2 Solo zang 2 10 Ballet 71 41 Ensemble 8 - Alg. Vorm. Muz. Ond. 196 146 Blokfluit (klassikaal) 107 119 Koorklas - 19 Orkestklas - 25 Vakopleiding 8 15 Totaal 682 707 In zijn boekje 50 jaar muziekonderwijs in Leeuwarden, van Muziekschool tot Gemeentelijk Muziekinstituut Leeuwar den vermeldt Tjeerd Nielsen: 'Het aantal leerlingen bedroeg in de beginjaren zestig ongeveer 550. Hiervan was het gedeelte voor piano (162) relatief groot, zoals steeds het geval was geweest. Maar toch kwamen de accordeon en de gitaar óók steeds meer in de belangstelling.' Kortom omstreeks 1960 genoot de piano nog altijd de grote populariteit die deze al in de eerste helft van de 19e eeuw had gekregen. Die opleiding had nog onveran derd een klassiek programma. Dat bete kende voor mij en mijn generatiegenoten dat we bijna helemaal klassiek werden geschoold, muziek die in mijn sociale kringen toch wat als de zwaardere en daarom minder toegankelijke kost werd beschouwd. De toenmalige directeur van de Leeuwarder Muziekschool, parttime 1957-1961, drs. W.Chr.M. Kloppenburg geeft in zijn Nieuwe leergang voor het piano-onderwijs een goed overzicht van wat het hele klassieke ontwikkelingsre pertoire inhield. Een overzicht dat vele herdrukken beleefde. Kloppenburg (1910 2000) was een bekend musicoloog en pia nist en werkte als docent aan de conserva toria van Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Enschede. Vaak werd de klassieke opleiding toen gezien als de enige weg naar de wat meer populaire muziek. Zelf leerde ik evenwel de klassieke muziek steeds meer waar deren gedurende de pianolessen tussen 1957 en 1964. Dat wij thuis een betere piano hadden gekregen van firma Van Aken, klankzuiver en klankrijk, zal hier ongetwijfeld aan hebben bijgedragen. Als Jan Masséus in september 1961 het roer overneemt van Kloppenburg kraakt hij in een rapport uit maart 1962 enige kritische noten over het gebouw, het leerlingenaantal en de teamgeest. Zijn opmerking bij het leerlingenaantal treft ook de mentaliteit van de bestuurders van de stad. Vijftig jaar later is er wat dat betreft nog weinig veranderd. Ik ci teer: 'Het aantal leerlingen, op het ogen blik ongeveer 550, is voor een stad als Leeuwarden eenvoudig belachelijk. Het is allesbehalve vleiend, indien men, vergelij- \dCOVOLv}i^L,U

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2012 | | pagina 17