LiC0Vac^t^i»2
21
werd geboren op 9 januari 1819 in Leeu
warden en overleed op 20 juni 1886 in
Amsterdam. Hij was in 1840 gehuwd met
Clara Maria Achthoven (ook: Agthoven).
Het echtpaar kreeg zeven kinderen, van
wie drie volwassen werden (Gjalt, Geertuy
en Johannes Jacobus) en vier al op jonge
leeftijd overleden. Voor de geschiedenis van
het bedrijf was Johannes Jacobus (1845
1904) van belang, omdat hij de fabriek van
zijn vader zou overnemen. Hij trouwde in
1868 met Popkje Backer.
De Jonge Moor
Johannes was aanvankelijk banketbak
ker, maar op 28 december 1868 liet J.G.
Kuipers, zoals in een advertentie van 18
december 1868 is vermeld, 'ten gevolge
van verandering van affaire' door notaris
Haagsma finaal veilen het 'Koopmans-
en Woonhuis met onder andere een zeer
beklante Banketwinkel, letter C no. 11
'de Jonge Moor' genaamd (nu Over de
Kelders 18), staande op één der beste en
drukst bezochte standen aan de Voor
streek 'tegenover de Kelders' te Leeu
warden, evenals een ruim en hecht Bak
kerijgebouw met Oven en Stoof naast het
vorige en een Pakhuis letter C no. 9 naast
het vorige perceel, aan de Cijprianus-
steeg'. Kennelijk is de hiervoor genoemde
'verandering van affaire' van banketbak
ker Johannes Gjalts Kuipers het initia
tief om een stoom-strokartonfabriek te
stichten die, zoals hierna vermeld, hij
samen met zijn schoonzoon Engele Mie-
dema aanvankelijk dreef onder de naam
firma Kuipers en Miedema.
Voor de bouw van deze fabriek werd
vergunning verleend op een terrein tegen
over het 'Aschland' in de binnenhoek van
de eerste meander in oostelijke richting
van de Potmarge op een stuk 'greidland'
ten zuiden van de spoorbaan van Leeu
warden naar Groningen. De fabriek werd
gebouwd door de firma Jansma en Hos-
bach uit Leeuwarden onder architectuur
van de Leeuwarder architecten Frederik
August en Herman Rudolf Stoett. Bij de
sluiting van de strokartonfabriek in 1912
werden de gebouwen en grond gekocht
door de Leeuwarder IJs- en Melkpro
ducten Fabriek, De Lijempf, die in 1978
de productie verplaatste naar het wes
telijke industrieterrein en de kantoor
ruimte naar de Sixmastraat. Het terrein
werd door de gemeente aangekocht, de
gebouwen gesloopt en nadat het terrein
een aantal jaren had braakgelegen, ging
in 1983 de Friese Pers (Leeuwarder Cou
rant) er bouwen.
De fabriek
Op 31 mei 1868 werd door J.G. Kuipers
octrooi aangevraagd voor 'toestellen tot
vervaardiging van karton of bordpapier,
uit diverse soorten stro'. Na de stichting
van de fabriek in 1867 werd deze achter
eenvolgens gedreven door de firma Kui
pers Miedema, door de firma J.G. Kui
pers Co. en vanaf 1882 door de N.V.
Leeuwarder Stoomcartonfabriek v/h
J.G. Kuipers Co. Tot directeur werd
benoemd de zoon van Johannes Gjalts,
Johannes Jacobus Kuipers.
Bij de opening was de fabriek inge
richt met twee ketels van 'hooge druk
king', elk lang ongeveer 10 meter en
in diameter ongeveer 1 meter, die twee
machines aandreven, een van 30 en een
van 6 paardenkracht. De hoogte van de
schoorsteen was ongeveer 33 meter. In
1872 waren er al drie en in 1878 vier
stoomketels geplaatst. In 1879 kocht de
fabriek een elektrische installatie, zo
valt te lezen in K. Jansma Anderhalve
eeuw energie in Friesland 1840-1990. De
fabriek was met 120 werknemers de eni
ge grote fabriek in Leeuwarden en was
kort daarvoor uitgebreid. Het was een
van de eerste fabrieken in Nederland die
elektrisch werd verlicht, waarvoor men
booglampen gebruikte, zogenaamde dif
ferentiaallampen, met een sterkte van
400 tot 1200 normaalkaars (eenheid van
lichtsterkte uit de gasverlichtingstech
niek, waarbij een paraffinekaars van 2
cm doorsnede bij een gemiddelde vlam-
hoogte van 50 mm als standaard werd
aangenomen, RK).
Op 7 november 1884 werd een vergun
ning bij de gemeente aangevraagd en
in augustus 1885 verleend voor het ver
plaatsen van een stoommachine en het
plaatsen van een nieuwe stoommachine,
het bouwen van een tweede schoorsteen
en het vergroten van het fabrieksgebouw
op het perceel aan de Potmarge nummer
3. In 1891 was de fabriek voorzien van vijf
stoomketels, totaal 400 paardenkracht.
d'
Ir J
Zuivelfabriek De Lijempf, vlak voor de afbraak in 1978