Op de Nieuweburen in de 'dertiger-jaren'
LiC0Vac^t^i»2
6
Frederika en Johannes Faber Op 11 juli 1932 verhuisden wij van de semi-kelderwoning aan de Groeneweg (hoek
Doelestraat, onder het Hemeltje) naar de riante woning aan de Nieuweburen 120 boven.
Een geweldige verbetering voor onze negen-mans-huishouding. En daar zouden we tot
14 mei 1936 met genoegen wonen.
Jacob (later werd het bakkerij Andela),
woonde rechts onder ons.
Platdak als uitkijktoren
Vanaf ons platdak, aan de achterkant van
onze bovenwoning, hadden we zelfs zicht
op de bakkerij en konden we de bakkers
bezig zien met het ovenklaar maken van
de broodjes, maar ook bijzonder was onze
herinnering aan het beschuit maken,
want dat deden de bakkers toen nog in
eigen beheer. De beschuiten werden eerst
dubbeldik gebakken op beschuitplanken
en daarna horizontaal doorgesneden. En
naast de bakkerswinkel was de uitbouw
(op de foto zichtbaar) van het huis van
mevrouw Dwinger. En even verder aan de
overkant was de toen nog enige 'wolken
krabber' van Leeuwarden met onderin de
ijssalon La Venezia.
Maar om ons even verder te bepalen tot
ons eigen buurtje, dus rechts op de foto:
wij woonden boven het kaaspakhuis van
de firma Winsemius (de donkere deuren).
Een bijzonder contact hebben we toen
gehad met de jongste van die familie,
Bernhard. Hij werd eigenlijk als huis
vriend beschouwd. Bovendien was hij
sergeant bij de Vrijwillige Landstorm en
dus wist hij wat discipline was. En die
deskundigheid heeft hij toen bijvoorbeeld
kunnen gebruiken om de benjamin van
onze huishouding, Johannes, samen met
diens tamboervriendje Willem Donker
(van de rijwielhandel) in het kaaspakhuis
het marcheren bij te brengen. Dat was wel
noodzakelijk voor hun eerste optocht op
Hemelvaartsdag in 1935 met het Jeugd-
muziekkorps Klein Maar Dapper.
Het hierboven genoemde grote platdak
liep tot de tuin van Zalen Schaaf en wij
konden soms even meegenieten van de
Wij woonden daar temidden van slagers
en joodse stadsgenoten. Met de synagoge
in de nabije Sacramentsstraat was dit
laatste natuurlijk niet zo vreemd. Links
en rechts naast het tegenover ons gelegen
gebouw Irene, met de familie Dusselaar,
woonden de joodse families Vellema. De
heer Vellema aan de rechterkant had een
fietsenwinkel en zijn dochter Alie ging bij
ons op school, toen nog in de gelukkige
omstandigheid van een vreedzaam leven.
En voor onze 'huisslager' Hart Zijlstra
hoefden we nauwelijks de deur uit, want
die had zijn winkel links onder ons, op de
hoek met de Breedstraat. Dat wij aan die
slager geweldige herinneringen hebben
overgehouden is trouwens niet helemaal
waar. Want zoals gebruikelijk kregen wij
als boodschapper ook bij deze slager een
plakje leverworst. Maar dat was bij Hart
Zijlstra zo dun, dat je er dwars doorheen
de 'roomsche toren' kon zien, weten wij ons
nog te herinneren. En ook de bakker was
dichtbij, want bakker Lamsma met zoon
Prentbriefkaart van de Nieuweburen uit het begin van de jaren '40, met van rechts naar links
achtereenvolgens het hoekpand Nieuweburen-Breedstraat (slagerij Zijlstra), het kaaspakhuis
van Winsemius met daarboven de door de Fabers bewoonde bovenwoning, bakkerswinkel Lam-
sma (met de ervoor geparkeerde bakkerskar) en het uit de rooilijn springende huis van mevrouw
Dwinger