Friescbe Biood- en Meelfabriek
„(ff Mëoop99
Lc0VdLC^t^l»li
20
te LEEÜWAItDEl'.
AIr lliouitiTN rijn n g estel d
D. SUIT (in de Schrans) en
E. J. HOEFMAN (Hodutcrênd.)
P rije n van het lïItOOD atjn
Gebuild
100
Loods
19
ld,
50
H
Vs
Oogcbuild
100
O
14
ld.
50
ff
7
Roggebrood
350
H
20
ld.
125
ff
10
Krtntrhrosd Tan E, 5 h 10 en 15 ct.
O- pireiteur
H. van REIGERSBERG YERSLEIJS.
Advertentie uit de Leeuwarder Courant van
1 juni 1866
rekening en risico zullen voortzetten
onder de firma Beintema en Van Val
kenburg. In 1876 wordt door de heren
Beintema en Van Valkenburg overeen
gekomen dat de tussen hen bestaande
vennootschap wordt ontbonden op 30
juni 1876. Voorts, dat na deze ontbin
ding A. Beintema voor eigen rekening
de zaak zal voortzetten onder de naam
van de Friesche Brood- en Meelfabriek
De Hoop.
Westerpark (Vossepark)
In de gemeenteraadsvergadering van 9
november 1872 wordt besloten om voor
de aanleg van een tweede 'verschwater-
vijver' een perceel land aan te kopen van
de heer F. Ypey aan de 'buitencingel'
nabij de Friesche brood- en meelfabriek,
groot 28.660 centiare, voor een som van
17.200 gulden. Volgens een rapport van
burgemeester en wethouders uit maart
1871 zou deze vijver met een oppervlak
van 4.000 centiare op het daarvoor aan
gewezen land bij de Vrouwepoortsbrug
jaarlijks aan beschikbaar drinkwater
263.600 emmers opleveren om in de
behoefte aan drinkwater te voorzien.
De in 1826 aangelegde eerste verswa-
tervijver bij de Oostersingel (een res
tant hiervan is nog aanwezig, genaamd
het Oostervijverpark) kon met name in
warme en droge zomers niet meer vol
doen aan de behoefte aan vers water.
Het Westerpark, in 1872 naar ontwerp
van tuinarchitekt Gerrit Lambertus
Vlaskamp (1834-1906) aangelegd, stond
ook later in de volksmond bekend als
Vossepark, vernoemd naar de molenaar
Hermanus Albertus Vosman (1862
1922) van de molen Het Lam, aan de
latere Molenstraat.
In 1875 werd het park voor waterha-
lers opengesteld, maar het bleek dat
er dat jaar weinig water werd gehaald,
omdat de vijver te ver weg lag. Om de
bereikbaarheid te vergroten werden er
pompen voorzien van kiezelfilters aan
gelegd, zoals bij de broodfabriek en aan
de overzijde door middel van een buis
leiding door de singel in het bastion, de
Westerplantage. Op 13 april 1876 staat
de gemeenteraad het verzoek van de
firma Beintema en Van Valkenburg toe
om haar broodfabriek door een water
leiding in verbinding te brengen met de
nieuwe verswatervijver.
Vanaf de officiële opening op 22
december 1888 van de Leeuwarder
Waterleiding Maatschappij werd de
stad geleidelijk van een drinkwaterlei
dingnet voorzien en nam de behoefte
aan water uit de vijvers steeds meer af.
Een verzoek van de hierna te noemen
firma Dalenoord Co., om water uit de
vijver te verkrijgen voor de broodfabriek,
tegen een maandelijkse vergoeding van
2,50 gulden, door middel van een pijp
gelegd in de put bij de vijver, werd in
de raadsvergadering van 28 augustus
1894 van de hand gewezen met als reden
een schrijven van de direkteur van de
Waterleiding Maatschappij, die de leve
ring van water door zijn maatschappij
aan de firma op redelijke voorwaarden
had aangeboden.
In 1901 werd, als aansluiting op de
eerder aangelegde tramlijnen van sta
tion Vrouwepoort naar Het Bildt en Fra-
neker, vanaf de Vrouwepoort de tramlijn
door de stad aangelegd via de Pier Pan
derstraat, voorlangs de verswatervijver
in het Westerpark en vlak achter het
terrein van de broodfabriek, over de in
1964 gesloopte (oude) Verlaatsbrug, die
als draaibrug circa 50 meter noordelij
ker was gelegen dan de tegenwoordige
basculebrug, en vervolgens via de Wil
lemskade ZZ. en de Sophialaan naar
de Zuidersingel.
W. Sprenger en Dalenoord Co
Op 11 mei 1881 neemt de eerder in
dit artikel besproken Willem Spren-
ger, eigenaar van Kassiers en Effec
tenfirma P. Koumans Smeding, de
fabriek over van Alle Beintema voor
een koopsom van ƒ25.000,-. Genoemde
firma verzoekt op 2 november 1881
vergunning voor het plaatsen van een
heetwateroven in het pand Wester
singel letter H no. 5, sectie D, no. 324.
Op bijgaande foto uit 1882 zien we voor
de broodfabriek de zesjarige Margaretha
Zelle (1876-1917), later de roemruchte
Mata Hari, in haar bokkenwagen waar
mee zij en haar broertjes dikwijls door de
stad reden. Achter haar staat haar vader
Adam Zelle met bolhoed. De tweede en
derde persoon rechts van hem zijn res
pectievelijk de direkteur van de broodfa
briek, de heer Gerard Winkelman (1830
1910), en magazijnmeester Johannes
Douma (1857-1938).
De firma Koumans Smeding ver
koopt de brood- en meelfabriek op 1
maart 1894 voor ƒ20.000,- aan Engel-
bert Dalenoord (1840-1910), koopman
en bakker te Enschede. Aan het geachte
publiek wordt in een advertentie op 2
april 1894 in de Leeuwarder Courant,
meegedeeld dat de Broodfabriek De
Hoop aan de Westersingel te Leeuwar
den, vroeger eigendom van de heer W.
Sprenger, vanaf 1 maart jongstleden
met medewerking van de directeur de
Sluitzegel beschuit
Collectie: Dirk Swierstra