13 Het Noordvliet in juli 1967, met onder andere de gebouwen van Koopmans Meelfabrieken vanger van minister-president Zijlstra opende minister van Landbouw Biesheu vel het nieuwe pand: 'Jelle zal wel zien en Barend zal het wel doen'. Bokma zou later overgenomen worden door Heineken en de productie zou overgaan naar Zoetermeer. De carrosseriefabriek van de gebroeders Visser, de grootste bouwer van ambulan ces, vertrok in 1967 vanuit de Tramstraat en Pier Panderstraat naar het industrie terrein Van Harinxmakanaal. Nog een paar: broodfabriek Vonk ging in 1965 van de Singelstraat naar de Lorentzkade. Vriesco in 1967 van het Raadhuisplein naar de Troelstraweg. Machinefabriek Jongia in 1971 van de Harlingertrekweg naar de James Watt straat. De fabriek voor wegbebakenings- materiaal K. de Jong en Zn, in 1959 geves tigd aan de Toutenburgstraat, verhuisde in 1973 naar de Lorentzkade. De NV Nederlandse Onttinningsfabriek in 1984 van de Woudmansstraat naar een nieuwe fabriek bij de Zwettestraat. Pasma Biljartfabriek (lang gevestigd in de Bagijnestraat, red.) vertrok in 1993 van de Willemskade naar de Ouddeelstraat. Machinefabriek Van der Ploeg, sinds 1956 aan de Regenboogstraat verhuisde naar De Hemrik. Stoomketelfabriek Van Duuren vertrok in 1999 van het Zuidvliet, driejaar- later machinefabriek Douna van Achter de Hoven, beide eveneens naar De Hemrik. Ook Assembla (neon naamplaten en rote rende reclameborden) vertrok vanuit de Kleine Hoogstraat naar de Hemrik. Grote vissen De NV Herenkledingfabriek, voorheen gebroeders Levie, besloot in 1957 zich te vestigen in Leeuwarden (Santega-ate- liers). Belangrijk vestigingsargument was dat er relatief weinig meisjes in de stad werkzaam waren en daarmee een naar verhouding grote doelgroep voor het per soneelsbestand beschikbaar was. Het bedrijf werd eerst gevestigd in een tijde lijk gebouw ten noorden van De Kleine Bontekoe, met in eerste instantie 40 meisjes, werkzaam aan een soort lopende band. 'De meisjes zijn zeer serieus in hun werk', vond de bedrijfsleider. In 1965 volgde nieuwbouw ter plaatse, met ruimte voor circa 200 vrouwelijke werknemers. In de jaren zeventig zouden de resulta ten minder worden, leidend tot sluiting in 1979. Optische industrie De Oude Delft uit Delft nam in 1960 het besluit tot oprich ting van een nevenvestiging in Leeuwar den, een besluit met een bijzondere voor geschiedenis. Het bedrijf adverteerde landelijk met de vraag naar fijn-bankwer kers. Een groep leerlingen van de Leeu warder LTS solliciteerde en kreeg onmid dellijk een positieve reactie vanwege de grote tekorten in deze branche. De groep zou dan wel in (de omgeving van) Delft gehuisvest moeten worden. Docent Van der Veen keerde het om, zocht contact met de gemeente Leeuwarden, waarna een aanbod werd gedaan voor een indu strieterrein, een daarop te bouwen hal én dus beschikbaar personeel. De Oude Delft werd het eerste bedrijf op het nieuwe industrieterrein, en met trots geopend door burgemeester Van der Meulen: 'Het Leeuwarder bedrijfsleven is lange tijd in hoofdzaak gericht geweest op een agrari sche grondslag, maar sinds de aanwijzing van Leeuwarden als kerngemeente komt hierin gelukkig een verandering". Buitengewoon intrigerend waren in 1960 de berichten, dat de N.V. Van der Heem Electronische Industrie (na Philips de grootste) naast Den Haag ook een ves tiging buiten de Randstad ambieerde, 'met Leeuwarden op de lijst'. In oktober 1960 werd de knoop doorgehakt. De Ver enigde Stofzuigerfabrieken NV (VSF), opgericht door Van der Heem én Philips, zou gevestigd worden in Leeuwarden'. Gezamenlijk om onderlinge concurrentie te vermijden en om sterker te staan op de Europese markt. De keuze op Leeuwarden werd mede ingegeven door 'het flinke aanbod van werkkrachten'. Tegenover het perspectief van 900 arbeidsplaatsen bij het volledig in bedrijf zijn, stond de vraag naar de beschikbaarstelling van 350 woningen voor personeel (dat ten laste zou moeten komen van het beperkte jaarcontingent) en een optie op 5 hectare bedrijfsterrein. In 1961 werd op het nieuwe industrie terrein in een industriehal gestart. Een tijdelijke situatie, voorafgaand aan de bouw van een definitieve fabriek en voor eerst alleen gericht op montage van de stofzuigermotor.

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2015 | | pagina 15