16 De suikerwerkfabriek van Van Slooten aan de Emmakade noordzijde, hoek Rembrandtstraat, circa 1945 personeel jaarlijks bijna 2500 kisten. Ook voor de fabriek zelf naderde het einde en werden door Stichting Stadsherstel appartementen gebouwd op de vrijgeko men locatie. Nog enkele namen: optische industrie Copini aan de Zwettestraat zag het in 1965 niet meer zitten als gevolg van te sterke concurrentie, Verkade op Schen kenschans stopte in 1972 met de produc tie van halffabrikaten voor de banketin dustrie, ook in 1972 kwamen de panden van meubelfabriek Hero de Vries aan de Harlingertrekweg in handen van de Rijks gebouwendienst ten behoeve van huisves ting voor de Postcheque Girodienst. Wasserij Rapenburg had er in 1973 schoon genoeg van en voor Scheepstra aan de Zuidergrachtswal sloot het boek in 2000 als gevolg van de automatisering. Van vrij recente datum zijn de zonnepane- lenfabriek APA (Chinese concurrentie) en huizenfabriek Burggraaf (crisis woning markt). Vergeten industrie Talloze bedrijfjes in de stad hebben in de naoorlogse periode hun productie beëin digd. lie locatie, de naam en soms ook het product in vergetelheid achterlatend. Damesconfectiefabrick Dotter is er zo een, vanaf 1954 aan de Bleeklaan en in de jaren zestig verhuisd naar het hoekpand De Ruyterweg/Insulindestraat, met bijna 30 meisjes in dienst. Nog een paar voorbeelden: Philipps Parfumeriefabriek (én cosmetisch labo ratorium) aan de Bleeklaan; Wilfré Per- kamentfabriek in De Grote Bontekoe; Boersma plasticfabriek, in barakken aan de Troelstraweg, producent van tuinslan gen, buizen en zelfs even de hoelahoepel; Draisma van Valkenburg, levertraanfa- briek, in 1974 opgeslokt door de Fryske Akademy; tabaksfabriek L.J. Moll aan de Schrans; HABO-steenfabriek aan de Dok- kumertrekweg, productie van sintelsteen; sigarenfabriek Van Wier in de Wolvesteeg; borstelfabriek De Boer, Westerplantage, later Marshallweg; Grubo, de Noord-Neder landse muziekinstrumentenfabriek aan de Eewal; de Leeuwarder Asphaltindustrie aan de Emmakade; een wit-op-zwart fabriekje in de Grote Kerkstraat; Handico, snoezelfabrikant; de Leeuwarder Confec tiefabriek aan Camstraburen. Agri-nutri-industrie Van oudsher was er een sterke gericht heid van de industriële bedrijvigheid in de stad op de agrarische sector. Onderstaand nog enkele voorbeelden in aanvulling op enkele reeds genoemde bedrijven. In 1959 werd een hypermoderne fabriek geopend voor de Leeuwarder Coöparaticvc Melkinrichting LMI aan de Emmakade, op de plaats van de voormalige melk inrichting aldaar. Dit als gevolg van de samenvoeging van de fabrieken in Jelsum en Leeuwarden. De LMI zou in 1975 gaan fuseren met de Frico. De fabriek van de Frico, gevestigd aan de Snekertrekweg, werd in 1985 gesloopt. De Leeuwarder IJs- en Melkproducten- Fabriek Lijempf telde in de jaren vijftig nog circa 500 personeelsleden. In 1969 werd al gesproken over vertrek uit Leeu warden naar Kampen ('KijempfDe loca tie van de fabriek in Leeuwarden werd door de directie als lastig gezien door het ontbreken van uitbreidingsmogelijkhe den en verkeersproblemen. Bovendien was het perspectief duister als gevolg van gemeentelijke plannen voor nieuwe weginfrastructuur (Oostergoweg) langs of over het terrein. Halverwege de jaren zeventig, na intensief onderhandelen met de gemeente, zou een nieuwe fabriek op Schenkenschans gebouwd worden. Eind jaren tachtig ging het kantoorpersoneel over naar Kampen. Door een fusie met andere coöperaties zou de CAF aan de Snekertrekweg in 1990 de productie van veevoeder beëindigen. De stalinrichters Brouwers en De Boer, beide lange tijd gevestigd aan de Marshall- weg, gingen in 1999 als Wilaard gezamen lijk over naar de Hemrik. Aan de Harlingertrekweg was lange tijd Benninga's Friesche Margarinefa brie ken, bekend van Bebogeen, gevestigd. Na een jarenlange samenwerking met Duyvis, zou het bedrijf later opgaan in de Smilde Holding. Het Gemeentelijk Slachthuis aan de Snekertrekweg werd eind jaren zestig geprivatiseerd en lange tijd in gebruik genomen door Van Ruiten en tot 2003 door Brada. LtCQV(KV^i^.'È

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2015 | | pagina 18