LtovaiïïU. 17 Spoorweghalte Achter de Hoven (voor de klompentrein) bij de overweg Pieter Stuyvesantweg in 1963. Rechts achter de Willem Lodewijkstraat, met de Leeuwarder Melkinrichting LMI Foto: Sj. Andringa Buitenlandse industrie Leeuwarden is nooit echt populair geweest voor buitenlandse ondernemingen. Op een ranglijst van meest gewilde vestigings plaatsen uit 1992, bungelde Leeuwarden met een score van nul onderaan. Over wegingen van bedrijven tot vestiging zijn zeer divers, maar ongetwijfeld zullen de premies gekoppeld aan de kernstatus en latere subsidieregelingen zeker een rol gespeeld hebben. In 1960 besloot Saunders Valve Com pany uit Wales tot stichting van een nevenvestiging in Leeuwarden. Dit bedrijf voor assemblage van afsluiters voor vlieg tuigen, vestigde zich in 1961 in een indu striehal aan de Zwcttestraat en telde maximaal 100 werknemers. In 1963 leidde een voorstel van het college van b&w over verhuur van een bungalow in het Nijlan voor een bedrijfsleider van Saunders, tot de nodige discussie in de raad: 'discrimi natie en precedentwerking'. Burgemees ter Van der Meulen stelde echter dat vestiging anders wellicht niet was doorge gaan en dat het tevens ging om de eerste vestiging van een filiaal van een buiten landse maatschappij. 'Bovendien gaat het om een woning uit de vrije sector'. In 1981 zou .Saunders de productie in Leeuwar den beëindigen vanwege 'een gebrek aan winstgevendheid'. Penn Controls, een fabriek voor ver vaardiging van regelapparatuur, startte in 1963 de productie in de oude Phoenix- fabrick aan dc Zuidergrachtswal. De ves tiging was mede gebaseerd op positieve berichten van een medewerker van de Amsterdamse vestiging, een oud-Leeuwar der. Vergroting van de producticmogelijk- heid was sowieso een belangrijk vestigings argument voor Penn. In 1965 vestigde de onderneming zich op het industrieterrein Van Harinxmakanaal (Edisonstraat). Penn werd in 1978 Johnson, verhuisde in 1989 naar de James Wattstraat, telde in de toptijd 250 werknemers, maar sloot uit eindelijk in 2005 de poort. In de jaren negentig volgden enkele nieuwe vestigingen: Nielsen Massey Vanillas uit de Verenigde Staten, een productiebedrijf van vanille-extract, ging in 1995 naar de Hemrik. Samen met De Boer Stalinrichting startte Norwell Dairy Systems uit Canada een fabriek voor 'pas ture mats' (matrassen voor koeien) op dc Hemrik. Nog enkele recente vestigers: Dr. Oetker (gelieerd aan Koopmans), Salve- sen (transport), Voith (treinonderhoud) en Fibre-Line (synthetische vezels en garens). Werkgemeenschap Een bijzonder bedrijf vestigde zich in 1948 in het barakkenkamp Ericadorp aan de mr. P.J. Troelstraweg, het voormalige interneringskamp. De werkplaatsen van de Stichting Leeuwarder Werkgemeen schap werden hier ondergebracht, met plaatsing van ongeveer 40 minder- en invalide werknemers. Mattenvlechten, rietvlechten en timmeren waren enkele van de dagelijkse werkzaamheden. Het aantal plaatsingen groeide geleidelijk uit tot ruim 200. Dat gegeven en de deplora bele staat van de barakken noopten tot nieuwbouw, die in 1968 aan de James Wattstraat werd opgeleverd. Houtbe werking, verpakkingswerk en dergelijke werden door diverse grote bedrijven uit besteed aan de werkplaats. Person ee I sza ken Het ETIF gaf in een rapport uit 1948 aan over welke eigenschappen een industrie arbeider zou moeten beschikken om daar voor geschikt te zijn: 'voldoende intelli gentie, goede handvaardigheid, voldoende snelheid van reageren, gevoel voor werk en aanpassingsvermogen, standvastig heid en verantwoordelijkheidsgevoel'. In werkelijkheid bleek dat Leeuwarden een surplus aan ongeschoolde arbeiders kende. Eind jaren veertig werd, via de Rijks werkplaats aan de De Ruyterweg, aan grote groepen ongeschoolden, gedemobi- liseerden en terugkerende oorlogsvrijwil ligers een vakopleiding gegeven. Op die wijze werd getracht tegemoet te komen aan de toenemende vraag naar geschoolde krachten. In 1960 werd de nieuwe vak-

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2015 | | pagina 19