araffl ;na
fiflUJ
Neergang
YOLK VAN NEDERLAND!
L C 0 Vdr^ Ïa, 1Ü
m txj
Nieuwestad-zuidz'ijde b'ij de Waag. Het grote pand links is het huis van de familie Vegelin van Claer-
bergen. Op deze plek stond voordien de sociëteit De Fraterniteit. Tekening van Johannes van der
Veen, 1847 Collectie Fries Museum
van nog een heikel punt: de benoeming van de
leden van de Leeuwarder magistraat, de zoge
naamde magistraatsbestelling. De Staten had
den tot groot ongenoegen van de stadhouder
verzocht de magistraat te kiezen op de wijze
zoals die was voor de overdracht van die be
voegdheid aan Willem V. Het resultaat van de
bespreking was het tot stand komen van inge
wikkelde reglementen en procedures die de
patriotten buiten de colleges hielden. En daar
mee verdween ook de mogelijkheid om een
einde te maken aan het functioneren van de
premier Willem van Hambroick. Deze niet-
burger van Leeuwarden was regent van IJlst,
een buitenstaander dus, die in 1777, na het
overlijden van burgemeester Arnoldi, de stad
was opgedrongen tegen de reglementen in.
Premiers stonden geheel ten dienste van de
stadhouder en werden door het volk bosdui-
vels' genoemd. Zij adviseerden de stadhouder
bij de benoeming van nieuwe leden. Kleine re
geringspostjes werden door hen vergeven aan
familie en vrienden. Zelfs dochters werden
benoemd tot poortwachter, turfmeester of
commissaris van de trekschuiten in steden
waar ze niet eens woonden.
Hoe gehaat Van Hambroick was, lezen we in
het volgende spotschrift: 'Hij kruipt gelijk een
slang in 't stof, De trap op van 't glibb'rig Hof,
Om na zijn wederkeren Zijn medegezellen in
den Raad Van Vroedschap en van Magistraat
Te mogen overheersen'.
De Friese patriottenbeweging beleefde een iet
wat tragisch einde. De exercitiegenootschappen
werden door de zogenoemde 'bloed- plakkaten'
van de Friese Staten in hun mogelijkheden
sterk beknot en er volgde censuur van de druk
pers. En juist dat laatste was een van de speer
punten van de beweging geweest. Van der
Capellen eindigde er zijn 'Brief mee: 'Als men
niet vry tot zyne medeburgers kan spreken, nog
hen bytyds waarschouwen, dan valt het den
onderdrukkers des volks zeer gemakkelijk
hunne rol te spelen'. De pers probeerde in de
ogen van de Staten 'het zaad van twist en twee-
dragt te zaaijen, en het zoo nodig vertrouwen
tusschen de regenten en de ingesetenen, waare
het mogelijk, alomme weg te nemen'. Het ver
bod trof vooral het in Leeuwarden door Johan
nes Boltjes uitgegeven weekblad De Friesche
Patriot, want de Leeuwarder Courant was braaf
en neutraal. Boltjes' krant, die veel in scheer
winkels werd voorgelezen, kreeg veel reacties
in de vorm van ingezonden brieven van wel
honderdenvijftig verschillende lezers.
Tegenregering in Franeker
In een alles of niets offensief streden de patriot
ten door en keerden zich niet alleen tegen Wil
lem V, maar tegen alles wat riekte naar aristo
cratisch misbruik. Een dramatische escalatie kon
eigenlijk niet uitblijven toen de patriottische sta
tenleden in 1786 onder leiding van Van Beijma
een tegenregering vormden in Franeker in de
hoop zo een volksopstand tegen de regenten te
bewerkstelligen. Franeker, met zijn universiteit,
was door de vele patriottische professoren en
studenten vatbaar voor een politieke omwente
ling. De Franekers brachten de stad in staat van
verdediging en kregen hierbij steun van ruim
vijftienhonderd leden van de vrijkorpsen uit de
hele provincie.
De Wirdumer notabele Doeke Hellema be
zocht de stad en 'zag met ontzetting het aantal
van gewapende manschappen uit alle oorden
van Friesland aldaar verzameld. Men hoorde
niets anders als zwetsen, vloeken en tieren op
Oranje en zijn aanhang, vooral op de Leeuwar
ders, welke de wettige regeering staande hielden'.
•WAARDE -MEDEBURGERS'
Indien Gylicden my, den Sehryvcr'deezes» in myn
pmoon, denkenswyze en particuliere omltandighe-
den kende, zo zoude ik niet fioodig hébben Oïfcdeu
te verzekerendat ik geen Fonui«zoeker ben Jat ik
niet alleen nooit «enigerlei Ampcen liebbe bekleedmaar
dat ik die zelfs «ooit békleeden noeli brgeeren kan; dat
ik derbal ven volkoomen belangeloos eh óveraolks ge
loofwaardig ben wanneer ilt UDeden beiuige, gelyk ik
voor "dan "AlweeienTdeh God doe, dat niets dan veront
waardiging over de godtooze wyzcwaarop Gy-
liedeti verkogt en verraad en wordt gepaard met eens
viiurige begeerte omeer dat het voor altoos te iaat is
nog eene pooging tot U/ietUr, tot onzer aiitf redding
te doen, my dringen om my tot Ulicden te vervoegen»
Ffetïs, itffne Waarde Medeburgers I niet I if der t gille
ren of egrgiftergn dat mén Ulkden bedriegt en ittisltan-
neen! Gylie«terr ivtom «ret van vroeger ivderr
te fpreeken nu lederd by na fttiee eeuwen d^ Ipeel bal
geweeff van allerlei bcerfchzugtige Liedendie. oude?
ïcbyn van voor Ulieder belangen en vryheid te zorgen,
«iets, ja zoo waar alsVreetien God is, aan wie ik We
gens dit Schrift reketifchnp zal motten gecven vof-
firekt niets anders beoogd hebbendan een erÖyk juk'
op Ulieder vrye halzen re drukken.
Vergun my derholven dat ik Olieden uit de gefchie-
dertiflen oiucs Vaderlands, niet zoals die Uliede» door
gebuurde Sclirvvers of onkundigeaf met vooroorctec-
ïen bezette men fclieit maaralle dikwerf worden voor-
gefield maar zoals de zaken waaragiig gebeurd zyn,
met weinige woorden en in ten eebvouwdigen en ver-
ftaanbaaren Ityl moge voordmagenhoe liet Yrcïgelyk
mede geleegen is, en wat inen mee (Meden, met om
tllettmet Neer landt Folk lkcds beeft voorgehad»
Bladzijde uit Brief aan het Volk