HERINNERINGEN A AN HET
STEDELDK GYMNASIUM
9
STADSNIEUWS
VAN VROEGER
,'t 5Cleine ^.ranteje leeet iedereen
Vandaag het tweede deel van de
herinneringen van de heer Mr. J.S.
Brouwer te Bussum aan het
Stedelijk Gymnasium van zo'n
vijftig jaar terug.
Muziek was er ook, maar niet als
leervak, De leerling J.S. Sinninghe
Damsté, zoon van dein Uw blad al
eens besproken arts in de Schrans,
later zelf advocaat in Soerabaja en
tenslotte hoofd van de BVD,
richtte in najaar 1919 een
schoolorkestje op, samen met de
leraar Dr D.M. Hoogeveen, dat na
een eerste optreden in 1920
(Mozart's Kleine Nachtmusik)
jarenlang gebloeid heeft, zij het
onvermijdelijk afhankelijk van
het wisselend aantal muzikale
gymnasiasten in de schoolbanken
O ja, die schoolbanken,.... prima
meubels, altijd met genoegen in
gezeten, maar het getij was öm en
vooral de moeders hepen warm
voor wat anders, -trouwens het
lijkt vaak of veranderdrift nooit
ophoudt.
Hier vond het bericht dat een der
eerste lycea, in Amsterdam, tafels
en stoeltjes voor de jongelui had
inplaats van banken, een grote
geestdrift. Hadden die moeders nu
bezwaar gehad tegen gladde
broeken en ellebogen dan ware dat
nog re-eeler dan het gedoe over
"zulke leuke stoelen".
De schoolmuziek uit die dagen
bleek in 1968 geheel vergeten en de
bibliotheek van het orkestje in het
niets opgegaan. Vreemd eigenlijk,
omdat de school in die jaren toch
eerder groter dan kleiner is
geworden en de muzen Friesland
toch niet geheel in de steek zullen
hebben gelaten.
DE LICHTE MUZE
Om even het chapitre muziek af te
werkener was ook contactmetde
lichte Muze, een driepersoons
strijkje, met als iniatiefnemer de
onlangs in Leeuwarden gestorven
Mr. A. Greebe, de tegenwoordige
Leidse hoogleraar Dr Piet Ooster-
hoff als pianist en schrijver dezes
als cellist. Een aantal bazars en
privé feestelijkheden heeft er wat
genoegen aan beleefd.
Om nog even bij de muziek te
blijven, het is schoolgebonden ge
bleven. De RHBS had zoiets, op de
meisjes HBS van de ouderwets
strenge juffrouw Staverman, was
meen ik een koor - dat het evenwel
niet tot den naam als O.C.Girls
ofzo gebracht heeft. Zover waren
we nog niet.
Achteraf betreur je het -(tóen niet)
RANGEERDER GEDOOD
Hedenmorgen om tien minuten
over vier is op het stationsempla
cement een ongeval gebeurd, dat
aan den rangeerder Sj. F.
Dijkstra, wonende Ferdinand
Bolstraat 42, Huizum, het leven
heeft gekost. T~ heer Dijkstra
werd bij hei rangeeren van
goederenwagens zijdelings aan
gereden; hij kwam te vallen, en
geraakte daarbij onder een
voorbijrijdende wagen. De onge
lukkige was vrijwel onmiddellijk
overleden. Het stoffelijk over
schot is naar het Stadsziekenhuis
overgebracht. De heer Dijkstra
laat een vrouw en een kind
achter.
(1942)
dat er geen scholenórkest geboren
is, dat heel wat meer had kunnen
bereiken, wellicht met enkele
eigen blazers. Nü bleef het
allemaal wat klein en gebrekkig en
met een overvloed van pianospe
lende leden voor wie een
uitvoering eigenlijk onbereikbaar
was.
Toneel - ik houd me nog even aan
de artistieke sector - was er
jaarlijks en wel op het LGC-bal,
dat op de tweede zaterdag na
Nieuwjaar de rij van schoolbals
opende, gevolgd door Elo (quen-
tia) van de RHBS, O.C. van de
Meisjes HBS en later door nog
andere, toen het scholenaantal
toenam, allereerst de MTS als ik
het wel heb.
In die ouderwetse tijd was het
goede zede om voor zo'n bal een
meisje uit te nodigen, soms uit de
klas, soms van buiten en dat ging
maar niet zó, - daarvoor moest een
bezoek aan Mama gebracht
worden.
ORPHEUS
Dit toneelgebeuren was net als de
muziek ook heel afhankelijk van
de beschikbaarheid van goede
krachten. Een extra bij velen in het
geheugen gebleven uitvoering was
"Orpheus" (van oudleraar Dr
M.A. Schwarz, later rector in
Assen en voor kort overleden) Dat
was dan in 1920. Later is deze
schepping nog eens in herziene
opzet herhaald, maar in 1920
gingen heuse schimmen door een
donkere onderwereld, met als
hoofdrollen Mien Prins en Ids
Heeringa. Van de anderen weet ik
nog enkele namen, maar waarom
de een wel en de ander niet?
Een speciale herinnering is m.i.
wel nodig voor de uit Den Haag
stammende Freddy Furnée, ac
teurvan formaat, later als Mr. A.
Furnée consul generaal en in dat
beroep in New Orleans overleden.
Hij creërde o.m. de hoofdrol in
Van Suchtelen's spotternij „Het
daghet in het Westen".
Hoogtijdagen voor het gymnasiaal
toneel zijn de jaren geweest waarin
de regie bij Mejuffrouw Douma
(Tante RensXheeft berust.
Het wordt tijd om eens aan de
DOOR
MR. JJS. BROUWER
revue der leraren te beginnen, die
ondanks de kleine omvang van de
school of misschien juist daar
door, op veler leven toch veel
invloed hebben gehad. En dan is
het logisch het zo zwaar belaste
vak der oude talen maar eerst ter
hand te nemen.
De leerling die het gymnasium
voor 't eerst binnenging, had
natuurlijk van broer zus of
vriendje al de eerste tekst in
hetlatijn geleerd, die traditioneel
luidde „piscis nat" de vis
zwemt..)
Dan begon in de eerste klas het
Latijn en op Grieks moest je tot de
tweede klas wachten. En in die tijd
waarvan we nu praten, was dat
beginnerslatijn toevertrouwd aan
de bekwame lessen van juffrouw
Hovens Greve.die evenwel in haar
hele leraressenleven vanwege haar
neus-structuur nooit anders ge
noemd is dan Naso. Het verhaal
ging dat een Leeuwarder dame
haar op een visite (jour heette dat
toen) aansprak als juffrouw Naso
en zo een bepaald slechts beurt
maakte. De naam zal ik niet
verklappen.
Zij was voor dit vak geboren en
legde een hechte etymologische
basis voor de verdere studie van
latijn, doorvlochten met boeiende
vertelsels uit de voor ons nieuwe
wereld der oude mythen, inclusief
alle streken en ondeugendheden
van de rakkers die als goden de
Olympus bevolkten en aan wie
naar het inzicht der gelovige
Grieken niets menselijks vreemd
was.
Zij is spoedig daarna vertrokken, -
waarheen is me ontgaan, - maar de
hele groep classici was in die tijd
onstabiel. De leraar Dr. M.A.
Schwarz, befaamd om genoemde
Orpheus en om zijn voetballeider
schap, en bij eigen leerlingen als
docent, vertrok naar Assen, - voor
hem kwam er een Amsterdamse
jongeman Drs Itallie, zeer in de
gunst bij de rector en het
omgekeerde bij de leerlingen.
Deze watervlugge felle ras-amster-
dammer kwam zowat meteen in de
clinch met de friese leerlingen die
hij niet begreep en omgekeerd. De
agressieve spreekwijze was daar
aan niet vreemdmaar deze leraar
is wel als de hazen naar prettiger
oorden verdwenen.Naast hem was
er de leraar D.M. Hoogeveen,
(tussen haakjes de zoon van de
bekende schepper van de lees-
plank van Hoogeveen en Scheep
stra, Aap Noot Mies), privatim en
beduidend pianist en kunstschil
der, en oprichter van het
schoolorkestje. Helaas bleef ook
hij kort. Haarlem benoemde hem
tot gymnasiumleraar waar hij met
een zoveel groter leerlingental zijn
orkest Linios jarenlang in bloei
aanvoerde.
Later gehuwd met een Friezin
woonthij,meenik,inBilthoven. In
de herinnering aan klassieke talen
doemt ook de naam Bloemen op,
een juist afgestudeerde en nog
speelse lerares, maar ook zij was zo
geen ééndags-, toch wel een een-
jéérsvlieg.
Veel belangrijker werd de relatie
tot Dr. B.A. van Groningen, later
ook conrector en tenslotte hoogle
raar in Leiden, met speciale
voorkeur voor papyrologie.
Hij volgde Dr W.H.C. van Esveld
op, tevoren conrector en als
zodanig overgegaan naar het Ken-
nemer Lyceum. Een spits en vaak
sarcastisch man maar de herin
nering, (begin-grieks in klas 2) is te
vaag om iets te schrijven
EEN GEDEGEN MAN
Dr. van Groningen gaf in
hoofdzaak Grieks, een gedegen
mandie evenwel aan zijn dubbele
taak van docent en schrijver van
een belangrijke dissertatie enige
malen ten offer viel door
overwerktheid. Dan viel terstond
Ds de Buck in, een geleerd
predikant die ook Hebreeuws gaf
voor a.s. theologen. Hij bleek dan
een hartelijk man, maar vaak
verstrooid zoals bij hem paste,
zodat niet alle leerlingen een
zuiver geweten hebben als onrust
verwekkers. Ook de kalme Friese
jongelui kunnen lastig wezen.
Het is dan ook door allen erg
betreurd dat Dominé de Buck
tijdens een van die waarnemings
perioden (maar niet tengevolge
daarvan) kwam te overlijden.
Op de toen nog griezelige kale
nieuwe begraafplaats aan het
Schapendijkje woonden vrijwel
alle leerlingen tesamen met de
Hervormde Gemeente de uitvaart
bij, teksten werden rondgedeeld
metdePsalm:Gelijkhetgras
Dr. van Groningen, gedegen ook
als pianist, volgde de 'heer
Hoogeveen op als dirigent van het
Vervolgvanpagina8
KM
WEDERRECHTELIJK EEN
WONING BINNENGEDRON
GEN
Tj. S., 60 jaar te Leeuwarden,
werd door den politierechter
wegens vernieling en het weder
rechtelijk binnendringen van een
woning veroordeeld tot veertien
dagen gevangenisstraf.
Op 1 November kwam verdachte
bij de woning van zijn zoon aan
de Achter Landbuurt, in welke
woning ook verdachte's vrouw
toen woonde. Hij vond de deur
gesloten en aan zijn eisch om
deze te openen, werd geen gevolg
gegeven. Verdachte's vrouw zat
binnen met een zoon en diens
schoonzuster. Verdachte zag hoe
deze het hoofd schudden, toen hij
vroeg binnen te mogen komen.
Van S. ging naar de ramen en
drukte met zijn schouders een
ruit in, waarbij hij opmerkte:
"Zie zoo, nou kan ik er in". En de
daad bij het woord voegend,
stapte hij door het raam de
kamer in.
Verdachte beweert, dat het ruit
bij ongeluk is gebroken. Hij
uitgegleden zijn en tegen de ruit
gevallen, die daarop brak. Hij
zou met vreedzame bedoelingen
zijn gekomen om eenig huisraad,
dat zijn eigendom was, op te
halen.
Een zoon van verdachte ver
klaart, dat van S, met zijn vrouw
in onmin leefde. Hij was van huis
weggelopen, waarop de moeder
bij haar zoon was gaan inwonen.
Verdachte had later berouw
getoond en was teruggekeerd,
maar spoedig hadden de echte
lieden weer herhaaldelijk ruzie.
Van S. bedreigde zijn vrouw,
waarop de zoon hem door de
politie uit de woning had laten
verwijderen. Een bewijs, dat
verdachte steeds veel last veroor
zaakte.
De procureur-generaal houdt
hiermep rekening en ziet geen
reden om verzachting der straf te
vragen. Eisch bevestiging.
(1941)
Dit is een foto uit 1926: de leraren van het Gymnasium in de leraarskamer. Onze abonnee, mevrouw AA.
Moulijn-Carsjens te Oostvoorne was zo vriendelijk ons deze foto toe te sturen. Helaas herinnerde zij zich de
naam van één van de leraren niet.
Zittend vJjiJ-. Mej. Dr. val. Meulen, biologie (Tante Ré), Dr. v. Groningen, oude talen en conrector, Dr. PJ.
Enk, rector en oude talen, Mej.Maaltuisengels, Dr. K. Poll, nederlands. Staande: Dr. Wartena (de latere
rector) oude talen, De heer Brederode, frans, De leraar hebreeuws, zijn naam Ik meen Leviet, maar ben
niet zeker van. Mej. R. Douma, geschiedenis (Tante Rens), Dr. Dijkstra, duits, De heer D.v.d. Craats,
wiskunde, De heer val. Berg, natuur- en scheikunde.