DRUKTE BD T DOKKUMEREND VERSKRIKKELIKE RUZIE IN T SKIPKE BD DE RIEKSBRUG WAT LIJKT DIT LANG GELEDEN VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN DERTIENDE JAARGANG v" 9-10-1976 NUMMER 275 'TKLEINE KRAHTSJE rt.v - i- ri W' INDERDAAD JA, HET LIJKT LANG, HEEL LANG GELEDEN, DAT DE SITUATIE AAN HET EIND VAN DE VOORSTREEK NOG WAS, ZOALS WE DAT OP DEZE FOTO KUNNEN ZIEN EN TOCH KUNNEN WE HET ONS ALLEMAAL NOG HEEL BEST HERINNEREN, DAT BIJVOOR BEELD HET OPVALLENDE GEBOUW LINKS ER NOG STOND EN DAT OOK DE GEBOUWEN VAN DE OUDE GASFABRIEK ER NOG WAREN. MAAR ZO GAAT HET ALTIJD: WORDT ER ERGENS WAT WEGGEBROKEN, DAN WENNEN WE OOK AL WEER HEEL GAUW AAN DE TOESTAND, DIE DAN ONTSTAAT. OVERIGENS IS HET WEL LANG GELEDEN, DAT DEZE FOTO WERD GEMAAKT, WANT DIE DATEERT VAN VOOR 1905; HET POSTSTEMPEL OP DE ACHTER KANT VAN DEZE FOTO, DIE ALS PRENTEBRIEFKAART UIT ONZE COLLECTIES KWAM, DRAAGT ALS JAARTAL 1904. ZOALS WE ZIEN BESTOND DE OUDE HOEKSTERBRUG TOEN NOG, HET HOEKHUIS RECHTS, DAT WE NU KENNEN ALS EEN DROGISTERIJ, WAS TOEN NOG EEN CAFE. KOSTELIJK IS DE KLEDING VAN DE DAMES, DIE WE OP HET PLAATJE ZIEN - DE ROKKEN HANGEN NOG OP DE GROND. INTUSSEN: HEBT U DAT OOK, DAT JE JE GAAT AFVRAGEN, WJE DEZE MENSEN ZIJN GEWEEST? NEEM NOU DIE BEIDE HEREN RECHTS - WIE WAREN HET, WAAR ZOUDEN ZE HET OVER HEBBEN GEHAD, TOEN DEZE FOTO WERD GEMAAKT? EN DAN DAT WICHT IN DIE KINDERWAGEN, MIDDEN OP DE PLAAT. WIE KAN DAT ZIJN GEWEEST? NU WELLICHT ALS HOOGBEJAARDE DAME ABONNEE OP 't KLEINE KRANTSJE? WIE WEET ENWIE WEET KOMEN WE ER NOG ACHTER OOK, WANT HET GEBEURDE VAAK, DAT ATTENTE OUDERS DERGELIJKE PRENTBRIEFKAARTEN, WAAR ZE ZELF OF HUN KINDEREN OP STONDEN, AANKOCHTEN EN VOOR LATER BEWAARDEN. ALZO: WIE, O WIE? Bij de Rieksbrug, bij de Gasfebriek, lagen al een hele tied een paar woon- skipkes. Et waren heel armoedige skipkes. Vanne skipkes en vanne meensen die er in woonden konnen je, bij wieze van spreken, de armoede af- leze. Wat de meensen deden was niet goed na te gaan, hoewel bij et ene een verwaarloosde skeresliep ston. Et ene skipke was een ouwe praam. Van planken en kisjehout was er een soortement kajuut op bouwd. Der zatten an weerskanten een paar ven- sterkes in. Et andere skipke was een kleine houten tjalk. Der ston gien mast meer op en de zweer den waren oek niet meer op hun plak. Ajje de skip kes daar zo leggen zaggen dan verwonderde je der over dat ze drieven bleven. De man, van wie de ouwe skeresliep was, woonde met zien vrouw en drie kleine kienders oppet hou- tene skipke. Inne praam woonde een ouwe man. allienig. As de man vanne skeresliep een dag weg weest was. wat niet alle dagen gebeurde, dan kwammie meestal tuus metten stuk inne kraag. Et gevolg was dat et skipke. vaak et toneel was van dronkemans ruzies waarbij de man en de vrouw teugen mekaar stonnen te skreeu- wen en de kienders begon nen te skriemen. Et was oppen zundag. Et was inne nadagen vanne zeumer. De meensen maakten gebruuk van het mooie weer. Ze gongen mette kienders uut kuieren of ze gongen fietsen, of, asse riek waren, lieten ze zich riede innen open landauer. Griet en Gosse waren die zundag, na et middageten, naar Sipke en Martha gaan. Nadat ze daar even zeten hadden, waren ze met zien vieren (vervolg op pag. 9)

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1976 | | pagina 1