DOKKUM HEETTE VROEGER DOCKINGA Friesland Bank 4 Uw eigen bank dójou&et mg ftaqe.... 3il eine Z^-ranteje leeót iedereen Lezere klommen in de pen F Men kent er de Frlese verhoudingen en is bereid plaatseliike en provinciale belangen te dienen. OLDEGALILEEN Dat het Oldegalileën in vroeger jaren een volkrijke buurt was, is aan deze foto wel te zien: Er kwam toen wel eens een foto graaf langs de straat, die dan een groepsfoto maakte en zodoende een paar kwartjes verdiende. Iets anders dan tegenwoordig niet waar? De foto is gemaakt voor het kruidenierswinkeltje, annex kroegje van Pee v.d. Akker bij de Steenhouwerij, zoals er in de stad zovele waren. Gemakkelijk win keltje waar jevaak op de pof kon halen en later betalen (met rente?) De namen voor zover bekend zijn vanaf de bovenste rij van links naar rechts: 1. half Lammert v.d. Woude; 2. onbekend; 3. Pieter v.d. Kooij; 4. opa Jacob Bakker; 5. Berber v. Houten; 6. Boukje Bakker; 7. Aaltje Comello; 8. Jouke v. Dijk?9. Tjitske v.d. Veen; 10. Aaltje v. Houten; 11. mevr. v.Houten; 12. mevr. Nijp; 13. Anna Comello. Middenrij: 1. meisje v.d. Kooi; 2. Edze Posthuma; 3. Lolle v. Houten; 4. Jacobus Bakker; 5. Stiens v.d. Woude; 6. Lolkje Bakker; 7. Aaltje Posthuma; 8 Rinske Wiersma. Rij 3: 1. Alex v.d. Kooij; 2. zusje v.d. Kooi; 3. Jan v.d. Veen; 4. Piet Bakker; 5. Bram v.d. Woude; 6. Tije Walstra; 7. Germ v. Houten; 8. Sjouke Huizinga; 9. onbekend; 10 Sientje Huizinga; 11. meisje Beiker, in de steeg Opoe Nijp. Voorste rij: 1. Geertje Bakker; 2. Sikke Heerema; 3. Janke Comel lo; 4. Akke Bakker; 5. Jacob Bakker; 6. Berend v. Houten; 7. onbekend; 8. onbekend; 9. Dirk Huizinga; 10. Akke v.d. Veen. Drachten Jac. Bakker. KERSTFEEST Een groot gedeelte van mijn leven heb ik in Leeuwarden gewoond en heb daardoor heel veel herinneringen daaraan,maar het duidelijkst herinner ik me de tijd in de Grote Kerkstraat. Zo weet ik nog dat er een tijd was, dat er Belgische vluchtelin gen woonden op het hoekje van de Bonte Papesteeg en de Grote Kerkstraat. Het waren gezellige mensen en zoals de meesten van hen waren ze katholiek. Toen ze weer naar Antwerpen terug gingen kreeg ik van hen een stapel boekjes, waarin verhalen stonden over de Heilige Theresia. Die verhalen vond ik prachtig en ik was er helemaal van onder de indruk. Nu woonden wij tussen al die kerken in en 's zondags beierden dan ook de klokken aan alle kanten. De nonnetjes van de overkant liepen geruisloos door de Bonte Papesteeg, om naar hun kerk te gaan. Ik denk dat het door de Heilige Theresia, die naar de Hemel ging en door de vriendelijke nonnetjes kwam, dat ik toen liever op zondagmorgen maar met mijn vriendinnetje naar de Roomse kerk wou gaan. Maar mijn vader zei: 'Jou gane sundagmorgen maar naar de kienderkerk'. En dat gebeurde dan. Die kienderkerk was in het Waalse Kerkje in de Grote Kerkstraat. Daar vertelde me neer Hulstra prachtige verhalen waar alle kinderen stil naar luisterden. En zo gingen we dus zondagsmorgens naar de kinder- kerk. Toen ik ouder werd kwam de tijd van zondagsschool en van het kerstfeest, ook in de Waalse Kerk. Mooi was dat. Het werd ook wel eens ergens anders gevierd, maar in dat kerkje was het zo echt. Ds. ten Bruggencate las het oude Kerstverhaal en Juf Gramsma leerde ons de liedjes zingen en dan een Kerstvertel ling. In de hoek stond een grote kerstboom. Laater trouwden we in de Waalse Kerk. En nu, bijna 60 jaar later, vier ik het kerstfeest met mijn kleindochters in een mooi oud dorpskerkje ook hier het kerstverhaal en de kinderen, die Stille Nacht, Heilige Nacht zingen. Dan zullen mijn gedach ten even terug gaan naar ons Waalse Kerkje in Leeuwarden. DOMINEE TEN BRUGGENCATE Emmeloord Mevr. M. Kuiper •Kroes. Dokkum, op één na de oudste stad van Friesland, zou volgens de oude kronieken gesticht zijn door Hertog Ubbo van Friesland, die van 240 tot 299 het Land regeerde. Hij liet in het jaar 248 het Slot Dockenburg bouwen, dat het begin van de stad Dokkum was. Dockenburg zou betekenen "Haven-slot" of Slot aan de Haven. In het jaar 739 zou Dokkum door koning Condobal- dus, die van 737 tot 749 over Friesland regeerde tot stad zijn verheven met toekenning van de in die tijd geldende bepalingen omtrent de stadsrechten. In de 9e eeuw komt de stad voor onder de naam "Dockinga" en in de 12e eeuw als Dockum of Docke- Hiem. DE MUNT Reeds in de elfde eeuw had Dockum het recht van de Munt en werden er zilveren denariën geslagen. Als gezagshebbers van de stad fungeerden vele jaren de jonkers van Heemstra, die de titel "Heer van Dockum" voerden. Bijzonder groot was de macht en Door de vele vrije dagen van het bedrijfsleven rond de jaarwisse ling is het voor ons technisch niet mogelijk reeds op 1 januari een nieuwe krant te brengen. Het eerstvolgende nummer van t Kleine Krantsje zal daarom op vrijdag 7 januari verschijnen. invloed van Jonker Feije Heem stra, die als de stamvader van het geslacht van Heemstra wordt beschouwd en die in het laatst van de 14e eeuw op de sterke Heemstra-stins te Dockum woon de. Als één der voormannen van de Vetkoperspartij had Heer Feije van Dockum zoals hij meestal genoemd werd, grote macht en in 1389 koos hij open lijk partij voor de Hollandse Graaf Albrecht van Beijeren, die van 1389 tot 1404 aan het hoofd stond van het Hollands-Beijerse Gravenhuis. Hij werd daarvoor door Albrecht rijk begiftigd met aardse goederen, hetgeen hem echter wel de haat van het overgrote deel der Friese edelen op de hals haalde, zo zelfs dat op een kwade dag een grote bende krijgsknechten onder aanvoering van enkele Schieringer edelen naar de Heemstra-stins te Dok kum optrokken en de stins insloten. Na een kort beleg gaf de bezetting zich over, maar de slotheer, tijdig gewaarschuwd had zich met zijn gezin in veiligheid weten te stellen. De stins werd geplunderd en met de grond gelijk gemaakt. De stins- heer had de wijk naar Groningen genomen, vanwaar hij na enkele jaren in Dockum terugkeerde en de stins liet herbouwen. Het stadhuis van Dokkum dateert van omstreeks 1600 en de Oude Waag van 1752. In de jaren 1597-1645 was er de Admiraliteit gevestigd en voorts was er een Latijnse school, welke veel geleer de mannen heeft voortgebracht. Binnen de stad bevindt zich de z.g. Fetse-Fontein, terwijl de overbekende Bonifatius-Fontein de herinnering bewaart aan de befaamde prediker Winfried Bonifatius, die in juni van het jaar 754 door een bende heidense Woudfriezen, afkomstig uit de Dokkumerwouden nabij Dok kum werd vermoord. Volgens de overlevering zou de streek waar uit de moordenaars afkomstig waren-later de naam MoarmwSld (Murmerwoude) hebben gekre gen. MoarmwSld zou betekenen Moordenaarswoud. De moorde naars en hun nageslacht zouden ten eeuwigen dage getekend zijn door een grijze lok in hun haardos, onverschillig of die blond, zwart of rood zou zijn. Of er momenteel nog mensen in MoarmwSld zijn met een grijze haarlok is mij niet bekend. Het zegel van de stad voert een kerk met toren, waarboven zon, maan en sterren zijn afgebeeld met de woorden "Sigillum Majus Civita- tis Doccumensis", hetgeen bete kent "Groot-Zegel van de stad Dokkum". Het stadswapen heeft een schild met een veld van blauw waarop drie zespuntige sterren van goud met daarboven een zilveren kwartier-maan. Het zou herinne ren aan de strijd tegen de Saracenen tijdens de Kruistoch ten. (Wordt vervolgd) R. Visser. HET KANTOOR VAN t KLEINE KRANTSJE, VREDEMAN DE VRIESSTRAAT 1, ZAL GESLOTEN ZIJN VAN MAANDAG 27 DECEMBER TOT EN MET MAANDAG 3 JANUARI. ABONNEES, DIE HET OP PRUS STELLEN HET NIEUWE JAAR MET EEN SCHONE LEI TE BEGINNEN EN DIE VAN PLAN ZDN HUN ABONNEMENTSGELD OP ONS KANTOOR TE BETALEN, VRAGEN WD VRIENDELIJK DIT VOOR DE 25e DECEMBER, DE EERSTE KERSTDAG, TE DOEN.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1976 | | pagina 4