DIRK BEEKSMA VOLBRACHT ELFSTEDENTOCHT AL ZEVEN MAAL ALS KLEUTER OP 'T NIPPERTJE GERED LAATSTE VERZOEK VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN MET PEN IN DE HEUP SCHAATSEN ALS DE BESTE rDlRK, ~DE DOORZETTER J VEERTIENDE JAARGANG 28-1-1978 NUMMER 306 DANKBETUIGING 'T KLEIHE KRANTS JE Een optimale conditie - tja, dat moet wel vreemd klinken in de oren van hen, die weten, dat Dirk Beeksma een paar jaar geleden nog kampte met de narigheid van een versleten heup en dat hij daar zelfs aan geopereerd is ook. Maar hij heeft zich formidabel van dat euvel hersteld en hij rijdt weer een schaats als in z'n jonge jaren. Twintig jaar was Dirk. toen hij zich voor de eerste maal waagde aan het grote Elfstedenavontuur. Dat was in '33 toen de tocht - voor de eerste en laatste maal - al in de december maand gehouden werd. En die eerste moet ook de merk waardigste in de hele reeks zijn geweest, want op die zaterdag de zestiende was het prachtig windstil lenteweer met op z'n ergst maar een paar graden vorst. WEDSTRIJDRIJDER Zeven jaar duurde het voor Dirk Beeksma opnieuw in de Elfsteden tocht z'n hart kan ophalen, maar toen kwamen er liefst drie tochten achter elkaar en het was in de oor logsperiode, dat hij het aandurfde als wedstrijdrijder van start te gaan. In 1940 kon hij beslag leggen op de 31e plaats, in '42 eindigde hij met een rijtijd van negen uur en een en veertig minuten als acht en vijftigste - winnaar Sietze de Groot deed toen acht uur en vier en veertig minuten over de race. 'Wat 1940 betreft beschouw ik me zelf maar als negen en twintigste', zegt Dirk Beeksma, 'want toen ik achter de Prinsentuin bij de finish arriveerde meende ik tussen het pu bliek mijn vrouw te zien. Ik ging er heen en toen reden me nog twee concurrenten voorbij - en dat terwijl die vrouw mijn vrouw niet ble^k te zijn!' ZWAARSTE TOCHT De eerste naoorlogse Elfsteden tocht, die van 8 februari 1947, vond Beeksma de zwaarste van allemaal, maar ook toen kon hij de voldoening smaken op tijd bij de finish te zijn. Ook de daarna gehouden tochten van '54 en '56 volbracht hij moeite loos en met die laatste prestatie sleepte hij dus z'n zevende zilveren kruisje in de wacht. Het hadden er intussen acht kunnen AI sinds mensenheugenis hebben we geen Elfstedentocht meer gehad en toch is de enige Leeuwarder, die deze- supermarathon niet minder dan zeven maal heeft volbracht, een betrekkelijk jonge man, die nog geregeld op schaatsen staat en die, zodra hij nog een kans krijgt, vast van plan is een greep naar het achtste kruisje te doen. Vijf en zestig wordt hij op de een en twintigste maart, maar dat vindt hij geen leeftijd om zich te beschouwen als een afgedane veteraan: onze abonnee, de heer Dirk Beeksma uit de Paulus Potterstraat is er klaar voor, jjs en weder dienende, opnieuw als Elfstedendwinger in de slag te gaan. En - dat staat zo vast als een huis - bij goed weer en goed ijs zal hjj hem weer uitrijden ook, want de conditie van deze bezeten sportman is optimaal. Dit is hel spectaculaire verhaat van een man met een onvoorstel bare doorzettingskracht: Dirk Beeksma, vijf en zestig jaar op de eerste lentedag, werd een paar jaar geleden aan z'n ver sleten heup geopereerd. Hij kreeg een pen in die heup en vatte binnen de kortste keren zijn oude hartstocht weer op en ging op schaatsen staan. Nu schaatst hij weer als de beste en dat zegt wat, wanneer we weten, dat de ze oudste zoon van de vroegere wethouder van Sociale Zaken van Leeuwarden al zevenmaal de Elfstedentocht volbracht. Om in conditie te blijven besloot hij na zijn heupoperatie elke dag een duik te nemen in het Van Harinxmakanaal. En daar ging hij mee door, ook toen het kou der en kouder werd en zelfs toen het winter werd. Met een ijzeren staaf sloeg deze onver zettelijke doordouwer toen het ijs kapot, voor hij onverschrok- \ken te water ging zijn, wanneer de laatste Elfsteden tocht van 1963 niet zo bar en boos was geweest: nu hoorde Dirk Beeksma niet tot het uiterst kleine groepje van zeven en vijftig vol- brengers van deze tocht; halver wege moest hij de wapens strekken. 'Maar', zegt hij nu, 'dat mocht je toch geen tocht meer noemen - als je het mij vraagt had die nooit mo gen doorgaan' vervolg op pag. 7 Aan allen, die hulp hebben verleend bij de redding van ons Zoontje bren gen wij door dezen onze innigen dank. E. Beeksma D. Beeksma-Andringa Maandagmorgen om negen uur be leefde een gedeelte van ons dorp angstige oogenblikkenMidden in de thans vrij breede vaart, zag men een paar kinderhandjes en klompjes boven het water uitsteken, 't Bleek het tweejarig zoontje van den kaas maker Beeksma te zijn. Werd het onheil eerst alleen door een paar vrouwen opgemerkt, weldra waren er ook eenige mannen aanwezig. De een boomde als de weerga een praam naar de plaats van 't zinkende kind, een tweede pakte den kleinen drenkeling en bracht hem aan wal, waar een derde gereed stond oordeelkundige armbewe gingen toe te passen, die weldra met succes werden bekroond. De inmiddels ontboden geneesheer vond de toestand bevredigend, maar nog niet buiten gevaar. Een woord van hulde aan de buren voor hun snel en vastberaden optreden is hier zeker niet misplaatst. (1915). Een laatste verzoek aan al die abonnees, die hun abonne mentsgeld voor dit jaar 1978 nog niet hebben betaald, dit nu zeer spoedig te doen. ƒ21,- naar giro 98.10.62 t.n.v. 't Kleine Krantsje Leeuwarden. Ook kan op kantoor worden betaald, maar dan uitsluitend van dinsdag tot en met vrijdag, 's morgens tussen negen en twaalf uur

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1978 | | pagina 1