NESTOR VAN WINKELIERS
WEET ER ALLES VAN
HI
CITY
NIEUWS
HALLO
MENEER
FLOTTOW
BIJNA DRIEKWARTEEUW IN PEPERSTRAAT
RDENCITYLEEUWARDENCITYLEEUWARDENCITYLEEUWARDENCITYLEEUWARDENCITYLEEUWARDE
CITYLEEUWARDENCÏTYLEEUWARDENCITYLEEUWARDENCITYLEEUWARDENCITYLEEUWARDENCITYLEEUWARDE
Er is waarschijnlijk geen winkel
straat in Leeuwarden, waarin
het kopend publiek zich zo vaak
vergist bij het aanspreken van
de herendoor wie het geholpen
wordt, als de Peperstraat. Het
klinkt vreemd, maar toch is het
zo: in het derde deel van alle
winkels hier worden de eige
naars door hun klanten zo nu en
dan aangesproken met een ver
keerde naam.
Dat lijkt natuurlijk raadselach
tig, maar de verklaring van dat
verschijnsel ligt voor de hand:
van dertig procent van de win
kels in de Peperstraat correspon
deren de namen niet meer met
de namen van de eigenaars -
vandaar.
„Dag meneer Flottow, nee me
neer Flottow, ja meneer Flot
tow" - dat is het, wat de heren
G. C. J. en J. H. A. Voss in hun
winkel op de hoek van de Peper-
straat en de Wirdumerdijk vaak
te horen krijgen. Maar die me
neer Flottow, eens de naamge
ver van de zaak, is er al tien- en
tientallen jaren niet meer. De
directie van de NV wordt al heel
lang door de broers G. C. J. en J.
H. A. Voss gevoerd. Daarom
verbinden zij in advertenties
aan de naam Flottow ook de
naam Voss: 'Flottow Voss'.
Aspirant kopers, die op de hoek
van de Peperstraat en de Groen
temarkt de juwelierszaak bin
nenstappen, plegen de vriende
lijke meneer achter de toonbank
als 'Copini' aan te spreken - het
is meer regel dan uitzondering,
dat hij zo wordt genoemd.
Dat staat toch ook duidelijk op
de zaak: 'Alex Copini'. Maar de
huidige eigenaar kan maar voor
de helft aanspraak maken op die
naam: het is inderdaad een
Alex, maar een Copini is het
niet. En louter toeval, dat het
ook een Alex is? Nee, dat niet:
de heer Alex Mulder heeft tegen
Alex Copini oom moeten zeggen
de moeder van de heer Mulder
was een zuster van de man, die
deze juwelierszaak heeft opge
richt.
Wie, scheef tegenover de zaak
van Alex Copini, de drogisterij
binnenstapt, zal geneigd zijn de
heer in deze zaak aan te spreken
als 'Meneer De Vries'. Maar ook
deze meneer De Vries is niet
meer in het land der levenden en
het is alweer jaren geleden, dat
de heer J. de Boer de drogisterij
van hem overnam.
Dan zouden wij niet graag op
een en hetzelfde moment de da
mes op de thee willen hebben,
Zou er nog iemand onder ons zijn, die bij wijze van spreken "alles" weet van
de Peperstraat en de Peperstraters van de laatste vijftig, zestig jaar? Die hier
de oude situatie van voor de dertiger jaren nog heeft gekend, die ook nog
herinneringen heeft aan de bewoners van toen? Jazeker, die is er nog wel! Het
is de heer André Rolf Senior: zijn ouders vestigden zich hier met hun juweliers
winkel toen hij precies twee weken oud was en nu, vier en zeventig jaar later,
drijft hij er, samen met zijn zoon, nog steeds de zaak. Al sinds jaar en dag
mogen we hem beschouwen als de nestor van alle middenstanders in de
Peperstraat.
Het was kort na de eeuwwisse
ling, mei 1903, dat de oude heer
Rolf, George Nicolaas Jacobus,
bij de Meelbrug aan de Voor
streek als juwelier begon.
In een miniscuul winkeltje, later
een deel van de zaak van Ver
meulen Bouwmaterialen, ver
kocht hij zijn eerste horloges en
goud- en zilverwaren.
Blijkbaar floreerde de jonge
zaak zo goed, dat George Rolf al
gauw kon gaan uitkijken naar
een nóg beter verkooppunt in
komen en samen zouden de
broers Jan en André langer dan
veertig jaar in de firma G. N. J.
Rolf blijven samenwerken.
Omstreeks '56 kregen de heren
er een tweede zaak bij op de
Nieuwestad naast de Bagijne-
steeg; nog eens 14 jaar later
vond er een bijzondere verhui
zing plaats in de Peperstraat: de
firma verliet toen de winkel aan
de noordzijde om zich te vesti
gen aan de andere kant, de zuid-
de derde generatie Rolf, ook
weer een André.
Geboren is hij er dus net niet,
getogen is hij er wel; de heer
André Rolf heeft er zijn hele
jeugd doorgebracht, hij heeft zijn
hele leven direct met de Peper
straat te maken gehad. Moeite
loos somt hij dan ook de namen
op van de winkeliers, die in de
loop der jaren het gezicht van de
Peperstraat bepaalden. Beken
de, maar ook minder bekende
namen, want niet iedereen zou
het stadscentrum. Het oog viel
op een vrijkomend pand in de
nog smalle Peperstraat, aan de
noordzijde, pal naast de zaak
van Flottow en dus ook vlak bij
de Nieuwestad.
In 1910, alzo veertien dagen na
de gezinsuitbreiding en de ge
boorte van het zoontje André,
vond de verhuizing plaats.
Toen vader Rolf in 1932 over
leed volgde de jonge André de
voetsporen van zijn oudere
broer Jan, die al een paar jaar
eerder bij pa in de zaak was ge-
zijde, weer pal naast een hoek
pand van de Wirdumerdijk.
PAIS EN VREE
In 1973 kwam er, in alle pais en
vree, een eind aan de samenwer
king van de beide broers. De
oudste, Jan, kreeg de zaak op de
Nieuwestad, de jongste, André,
bleef in de Peperstraat.
En daar zit de nestor van de Pe
perstraatwinkeliers dus nu nog
steeds, zij het niet meer alleen -
hij heeft er zijn zoon naast zich,
zich hier tien- en tientallen jaren
handhaven, zoals bijvoorbeeld
de firma Flottow en de firma
Rolf zelf.
"Aan de noordzijde" vertelt de
heer Rolf, "had je in vroeger ja
ren naast ons een sigarenzaak
van Uilke de Boer, die ook een
sigarenfabriek had in de Schrans.
Later werd het De Noorderpost,
een zaak in hygiënische artike
len. Dan kwam de galanterie
zaak van Heintje Overdijk, een
bekende stadgenoot, die nog wel
eens de aandacht trok door zijn
pianospel en zangkunst, terwijl
hij de ramen open had. Lodewijk
Riedhorst, een zaak in hengel
sportartikelen, was zijn buur
man, die er al heel lang zat, dan
was er nog een snoepwinkeltje
met daarnaast de juwelier Alex
Copini, een vrijgezel. En in het
grote huis op de hoek was de
hoedenzaak van de dames Rom-
kes".
VERDWENEN ZAKEN
Ook de namen van de nu al lang
verdwenen zaken aan de zuidzij
de van de nog smalle Peperstraat
zijn bij de heer Rolf in het geheu
gen gegrift.
"Op de hoek van de Wirdumer
dijk zat in de twintiger jaren de
groentezaak van Carel Dames,
waar eerder de boekwinkel van
Eekhoff was. Een Visser had er
een zaak in goud en zilver en erg
bekend was ook de groentezaak
van Hurkuik, die opgevolgd
werd door een Rein de Jong.
Dan was er een schoenenzaak
met op de ramen de namen Ket-
Rousseau - later zat er een
schoenenzaak van Fahner in.
Een erg actieve figuur bij feesten
en versieringen was Piet van der
Goot met zijn zaak in boter, kaas
en eieren. En dan had je er een
zaak van Schuitema in electri-
sche artikelen en waren er na
tuurlijk ook nog de dames Wahle
met hun hoedenzaak. En op de
hoek met de ingang op de Weaze
was een Stienstra, die matten en
lopers verkocht. O, ja, die zou ik
haast vergeten: ook de kroegjes
van Pranger en Van der Noord
waren er nog, daar kwamen ze
nog wel eens even vlug een ach
teroverslaan. Maar die tijd ligt al
een heel eind achter ons".
SPECTACULAIR
De heer Rolf herinnert zich ook
nog goed de elders op deze pagi
na's ook al beschreven visites
van het paard van de gemeente
reiniging aan de groentewinkel
van "Vrouw Hurkuuk", maar
overigens is de Peperstraat ei
genlijk nooit een straat van spec
taculaire zaken geweest. Grote
ongelukken kwamen er gelukkig
nooit voor, sensationele branden
braken er nimmer uit.
Van de trouwens wel degelijk
spectaculaire verbreding van de
Peperstraat weet de heer Rolf te
vertellen, dat het ooit de bedoe
ling was de beide Oosterstraten
even breed te maken.
"Ik meen, dat de gemeente er al
een aantal panden voor had aan
gekocht om een even brede aan
sluiting te kunnen maken, maar
ja, het is er nooit van gekomen".
Als speelplaats voor de jeugd
was de vroegere smalle Peper
straat uiteraard niet ideaal, ook
al niet, omdat er nog allemaal
stoepen waren, die op ongelijke
hoogtes lagen.
Alleen een ronde brievenbus te
gen de lange blinde zijmuur van
Dames' groentewinkel vormde
voor kinderen een geliefd object
om er op te klimmen, maar dan
(Vervolg op pag. 13)
die een pand verder, in het afge
lopen jaar de heer in deze zaak
'Meneer Parkins' hebben ge
noemd. Heel wat vrouwtjes na
melijk maken ook hier het voor
de hand liggende vergissinkje.
Maar de heer Parkins - officieel:
G. L. Taylor Parkins-is al jaren
in ruste en het is zijn schoon
zoon, de heer H. Waagemans,
die er nu de scepter zwaait.
Goed, geen Flottow dus meer,
geen Copini, geen Parkins en
geen De Vries, maar Shakespea
re zei het al: what's in a name -
wat doet het er toe - de heren
Voss en Mulder en Waagemans
en De Boer zijn er al helemaal
aan gewend en daarom laten ze
het ook maarzo.