'TKLEINE KRANTSJEi TOCH MONSTERVIS IN KLEINE WIELEN SLAGERSWINKEL LEEUWARDEN VAN A TOT Z FOTOPRIJSVRAAG GEEN MEERVAL, MAAR VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN pagina 9 Is de T van Troelstra, Pieter Jelies, de in Leeuwarden ge boren en in Den Haag overle den dichter-politicus, die vooral als socialistisch staatsman in ons land grote bekendheid kreeg. Pieter Jelies Troelstra, de zoon van een ambtenaar van de Be lastingen, zag op de twintigste april 1860 het levenslicht op een bovenhuis van een pand aan het Zuidvliet. Dit huisje be staat niet meer, maar een steen in de gevel van het huidi ge gebouw van Tjepkema's Schilderwerken herinnert ons nog aan dat feit. De eerste jaren van z'n leven bracht Pieter Jelies Troelstra ook in Leeuwarden door. Toen hij negen was verhuisde het gezin naar Stiens, waar vader Ontvanger van de Belastingen werd. Als jongeman kreeg Troelstra naam door zijn Friese romanti sche gedichten. Hij schreef lief despoëzie, historische balla den, cantates, vertellingen, volksliedjes en strijd- en tijd zangen. Na een rechtenstudie in Gro ningen vestigde Pieter Jelies Troelstra zich als advocaat in zijn geboorteplaats. Daarnaast deed hij journalistiek werk. In 1890 werd hij lid van de Soci aal Democratische Bond; drie jaar later stichtte hij met elf an dere de Sociaal Democratische Arbeiders Partij, de SDAP Nadat hij landelijk bekend ge worden was door zijn verdedi ging als advocaat van de ge broeders Hoogerhuis werd hij in 1897 lid van de Tweede ka mer en hoofdredacteur van het blad Het Volk. In 1918 kreeg het prestige van Pieter Jelies Troelstra een deuk door een revolutionair initiatief, dat in het land geen weerklank vond. Zeven jaar later werd hij door gezondheidsredenen ge dwongen zijn kamerlidmaat schap op te geven. Na een lang ziekzijn stierf Pie ter Jelies Troelstra op de 12e mei 1930, precies zeventig jaar oud. De nagedachtenis van de veel besproken figuur van Troelstra wordt in Leeuwarden, zijn ge boortestad, nog altijd onteerd door een jammerlijk mislukt monument aan de voet van de Oldehove. Het toont ons niet de vurige strijder, die hij is ge weest, maar een zielig oud mannetje, dat treurig neerkijkt op de plaats, waar in vroeger jaren de auto's en paardenwa- gens van de vrachtrijders ston den. Vandaar dat het beeld door de Leeuwarders wel on eerbiedig als "De ouwe karrie- der" wordt aangeduid. Mijn zuster en ik speelden vroeger vaak in de tuin achter ons huis in de veebuurt van Leeuwarden. Het was vóór in de dertiger jaren. We hadden nogal wat vriendjes en vriendin netjes die vooral in deze nogal kinderrijke buurt ruim voorhan den waren. Op een dag kreeg ik het lumi neuze idee een slagerswinkel tje te openen in onze achter tuin. Een schraag op een paar oude stoelen waarvan het riet zo langzamerhand door de tand des tijds was verdwenen, deed dienst als toonbank. Er werd door ons vlees in de vorm van wormen, slakken en rupsen vergaard en op de toon bank uitgestald om verkocht te worden aan eventuele liefheb bers. Ze vonden het maar een grie zelige bedoening, al dat krui pend spul en menig koopstertje "griesde" er van, maar toch was de afzet redelijk te noe men, vooral onder de mannelij ke kopers, die of zelf visten of inkochten voor hun vaders. Voor een snoepcent konden ze de gelukkige eigenaar worden van dat door de vissen zo ge liefde hapje. Lochem J. M. Terpstra (Vervolg van pagina 3) de heer Vogel. Ik heb hier vroeger veel medicijnen ge haald. Deze hoek van de Nieu- westad was destijds trouwens voor een groot deel op de ge zondheid van de mensen inge steld. Immers, naast dit pand, op nr. 67, waar nu het Vat 69 is gevestigd, woonde de tandarts Reub. Als je daar als kind binnenkwam kreeg je nog meer zenuwen, dan je al had, daar hij altijd tegen de kinderen zei: „Je hebt vorige keer op de stoep gespuwd", zelfs al kwam je er voor de eerste keer. Na dat je geholpen was, kreeg je een pepermuntje. Verderop woonde naast het politiebureau dokter Römer, de oogarts en op de hoek van de Kleine Kerk straat de zenuwarts Scheltema, als ik me niet vergis. Dan op het hoekje, waar nu de BB Cor ner van Bronger zit, was nog de apotheek van Uffelie. Zo te zien zou men zeggen, dat er nu geen zieke mensen meer zijn, daar ook de apotheek Cath aan de drukke kant van de Nieuwestad verdwenen is. Maar door enkele uitbreidingen van de bestaande en de komst van een paar nieuwe apothe ken zullen we toch niet van de nodige medicijnen verstoken blijven." "Deze Chinees" aldus de heer Rinze van der Heide te Leeu warden, "heeft het al wat ver der gebracht dan die hier eerst waren in ons land, de pinda mannetjes en dan niet te ver geten die van de markt, waar ik een vorige keer over schreef. De Chinees van de Nieuwestad leeft trouwens niet meer. Ik kwam elke dag bij hem aan de deur, want hij woonde in de Bisschopstraat en daar heb ik als broodbezorger jaren terug mijn laatste wijk opgebouwd. Het waren heel goede mensen. De naam was, als ik het goed schrijf Chang Hsien Chun". Dan vissen we nu de oplossing van mevrouw. S. Veninga- Beers uit Leeuwarden uit de stapel. Zij schreef ons het vol gende: "Ik ben abonnee van 't Krantsje en ik schrijf nooit op de zoekplaatjes. Wij gissen er wel eens naar, mijn man en ik, maar de meeste keren zijn we mis, hoewel ik toch nog wel veel weet van Leeuwarden. Veel mensen, die ik wel eens spreek weten er lang zoveel niet van, maar de stad veran dert wel erg de laatste tijd. Nu denk ik dat dit zoekplaatje in de Korfmakersstraat is, het ge bouw naast de meubelzaak waar vroeger Boontje in geves tigd was en volgens mij is het nu een Chinees eethuisje". Zo zat mevrouw Veninga met AANMELDING NIEUWE ABONNEES: TELEFONISCH NUMMER 987560 OF SCHRIF TELIJK: POSTBUS 858, 8901 BR LEEUWARDEN de meubelzaak en de Chinees dus toch aardig in de buurt, maar de Korfmakersstraat was het niet. Een troost is het voor haar, dat ook de heer Chr. Doorenbos te Leeuwarden aan vankelijk aan de Korfmakers straat heeft gedacht. "Maar" berichtte hij ons, "er staat duidelijk Chinees Restau rant Hong Kong en dat is Nieu westad 69. Met daarnaast de bloemenzaak van Iris. Voor Iris was er een meubelzaak en daarvoor een kledingzaak. De chef daar was een meneer Wa- lewijn, die er ook boven en achter woonde. Het was onge veer zo'n zaak als Ibelings op het hoekje van de Prins Hen drikstraat en de Willemskade, waar nu een bruin café in ge vestigd is. Zaken van stan ding". Mooi, de prijswinnaar nu. Het werd de familie P. Wagenveld, Wekingeslag 26 III te Emmen. Zij krijgt het uitgeloofde foto boekje "Leeuwarden, ach ja, zo was het..." toegestuurd. Het is een goed bewaard geheim gebleven: uit het water van de Kleine Wielen is de vorige zomer een kolossale vis te voorschijn gekomen, die - het kan haast niet anders - dezelfde moet zijn geweest, waarvan in de zestiger jaren sportvissers uit Leeuwarden vermoedden, dat het een meerval was. Het verhaal van die "meerval" heeft indertijd heel wat tongen in beweging gebracht. Velen hebben er geen geloof aan gehecht, maar nu is dan toch gebleken, dat de hengelaars indertijd met een monster van een vis te maken hebben gehad. De vangers van de vis, die op dit moment nog niet in de publiciteit willen treden, hebben het dier, om het te zijner tijd tegen betaling tentoon te stellen, laten prepareren. Gedurende één dag zullen wij deze monstervis evenwel gratis kunnen bewonderen en wel op vrijdag 25 maart. De zeldzame vangst wordt dan van 's morgens tien tot 's middags vijf uur tentoon gesteld op de Konings- of Vismarktpijp, een historische plaats, want in vroeger jaren zijn hier visbanken geweest, waar de Leeuwarder vrouwen hun vis konden kopen.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1988 | | pagina 9