DIKKE LAMPE: WIE HEEFT HEM NIETGEKEND? pagina 9 die grote gortzak. De koetsier Jongma werd ge beld en voor twaalf stuivers le verde die zijn klant, mooi ge huld in't pakpapier, bij zijn woning af. De heer Lampe verkleedde zich en liet zich toen weer te rugbrengen naar het Oranje Bierhuis, waar het hele stel nog belangstellend zat te wachten op wat er verder gebeuren ging. Welnu, die honderd gul den brandden de held van de avond in de zak en het werd daar een feest van jewelste. Daarbij ontstond kennelijk zo veel lawaai, dat een wat kribbi ge overbuurman van het Heer- enwaltje het nodig vond de politie te waarschuwen: "Jimme mutte noadig es even kieke bij Roukema. Der sitte nog altied een stel skreeuwerds te süpen en 't is nou al ver over't slui tingsuur." EVEN OPLETTE "Komt in orde" zal de dienst doende inspecteur hebben ge zegd, maar omdat hij zelf ook dikwijls in't Oranje Bierhuis kwam en wel kon vermoeden, wie die lawaaimakers waren, beide hij eerst de kastelein Roukema nog maar even op: "Even oplette baas, we komme der an. Toen er een tijdje later door een brigadier en een politiedie naar bij het Oranje Bierhuis op de ruiten werd getikt, zat het hele stel dan ook al zo stil as muzen op biervaatjes in de kel der. Die pliesjes dus onverrichterza- ke naar 't bureau terug, wél met een paar glaasjes bier ach ter de knopen een een beste sigaar op zak. En toen de kust weer veilig was, verliet het hele feestgezelschap de kelder door het luik, dat op het Heerenwal- tje uitkwam. Ze hadden weer een gedenk waardige avond achter de rug. In jonger jaren was de heer Lampe weliswaar niet slank, maar toch nog lang zo dik niet als in een latere tijd en toen kon hij zich nog uitleven in een bijzondere liefhebberij: het kunstrijden op het ijs van de ijs- club aan de Bleekerstraat. Daarbij ging hij altijd passend gekleed in het oude schaatsrij- derspak: in een duffelse jekker, bontmuts op het hoofd en een fluwelen kniebroek met blauwe kousen. Tegen het vallen van de avond moest er noodgedwongen een eind komen aan de capriolen van de halve cirkels draaiende schaatser, wanneer de baan gesloten werd. De heer Lampe begaf zich dan, ..en dat was al tijd raak, naar zijn stamkroeg, het Oranje Bierhuis aan het Raadhuisplein. POMMERANTEN Dat was indertijd nog in een zogenaamde Eerste en Twee de Kamer verdeeld; in de Eer ste Kamer zaten de pommeran- ten, de vaste gasten, waartoe natuurlijk ook onze lapkekoop man behoorde en in de Twee de Kamer zaten alle anderen, toevallige binnenkomers en klanten, die niet waardig wer den gekeurd tot de elitegasten te behoren. "Jou hore niet an diskant, jou hore aan die kant" De imposante Eduard Lampe met zijn karakteristieke gleuf- hoed, hier in actie als bestuurs lid van de Nieuwe Leeuwarder IJsclub "achterde tuun", werd er gezegd, wanneer ie mand zich de brutaliteit veroor loofde om toch in de Eerste Kamer aan te schuiven. Op een goede dag kwam Edu ard Lampe weer van de ijsbaan en betrad hij in volle glorie het Bierhuis, dus met die kolossale bontmuts op en die nogal ver makelijke kuitbroek aan. Hij nam in de Eerste Kamer plaats en daar had een bekende aan nemer al gauw het grootste woord. "Ik geef honderd gulden voor die broek!" pochte hij terwijl hij in één teug z'n bier naar bin nen goot. "Dan bist koper!" antwoordde Lampe meteen. "Morgen krijst die broek tuusbezorgd. Die honderd gulden geefst mie later mar es. Ik sien die der wel vor an, dast daar goed voor bist." "Niks morgen" reageerde toen de timmerbaas. "Dalijks uut die broek en meteen levere, ik sal die dalijks betale oek!" Er ontstond toen enig tumult in de Eerste Kamer, waar de meeste aanwezigen eveneens aandrongen op onmiddellijk za- Dronrijp: Huis Secretaris Johannes Casparis Schik ledereen in het oude Leeuwarden kende de 'lapkekoopman' Eduard Lampe, een buitengewoon omvangrijke figuur, die men alleen al door zijn postuur niet over het hoofd kon zien. Daarbij viel hij in zijn doen en laten ook nogal op - in verschillende anekdotes, die de loop der tijden hebben overleefd, treedt de heer Lampe naar voren als een zeer aparte persoonlijkheid. kendoen - zelfs vanuit de Tweede Kamer kwamen er stemmen, die de heer Lampe aanmoedigden: "Ja, meteen uut die broek!" Nu bevond zich toevallig ook een vertegenwoordiger van de firma Swildens en Kuipers in het ploegje lachers en diens kantoortje stond aan het Heer- enwaltje, vlak om de hoek. Voor zes glaasjes bier bood hij Eduard Lampe een grote lege gortzak aan. En zie: zo'n zak was zo gehaald en onder het oog van alle aanwezigen op maat geknipt - voor de benen ging er een flinke hoek uit. En toen ontdeed Eduard Lam pe zich onder groot gejuich van zijn kuitbroek, en stapte hij in de plaatsvervangende broek,

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1991 | | pagina 9