1
234
GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Zitting van Maandag 23 December 1867.
over de overwinst te beslissen Immers, na het zoo even ge
vallen besluit, blijft die aan de bank, wanneer men besluit daar
aan niets te ontnemen, dan blijft het kapitaal. Daarover nu te
beschikker', hiervan ziet hij volstrekt de noodzakelijkheid niet
in het zou zelfs mogelijk kunnen wezen dat het bij 't in
voeren der nieuwe organisatie stremming zou veroorzaken. Men
wil er ten behoeve van de gemeente niet over beschikken en
toch wil men de destinatie bepalen. Dit is niet noodig, ja zelfs
tegenstrijdig.
De heer V&n Slotsrdyck moet erkennen dat de opmerking
van den heer Wiersma wel aardig is gevonden en toch kan Spr,
ze niet beamen. De heer Wiersma zegt, er is besloten dat de
gemeente over die overwinst niet mag beschikken en toch wer.scht
men de bestemming daarvan aan te wijzen. Spr. moet dien ge-
eerden Spr. opmerken dat die beschikking, waarvan in 't 2e lid
der conelusic sprake is, volgens art. 16 van 't reglement niet
alleen geoorloofd is, maar zelfs imperatief is voorgeschreven.
Wanneer men het 2e lid niet aanneemt, zal aan dat voorschrift
niet voldaan worden door alleen het le lid aan te nemen geeft
men die beschikking niet.
De heer Wiersma geeft te kennen dat hij niet andres kon
doen dan consequent doorredeneren. Hij stelde zich voor een
zedelijk ligchaam, waaraan existentie wordt gegeven; dat zedelijk
ligchaam nu stelt men door het genomen besluit eerst in staat
zelf te kunnen handelen en tot die bevoegdheid tot handelen
behoort dan toch immers ook de beschikking hier bedoeld. Wel
beaamt Spr. voor zich zelf die stelling niet, maar men moet er
toe komen nu het sustinu van de Commissie door de Vergade
ring aangenomen is.
De heer van Sloterdijck erkent dat een zedelijk ligchaam de
bevoegdheid kan hebben om te beschikken, maar die bevoegd
heid vervalt wanneer, zoo als hier, dc exceptie bovendrijft, dat
die beschikking bij wettelijke bepaling aan anderen is opgedragen.
Het voorschreven 2e lid wordt hierop in rondvraag gebragt en
aangenomen met 11 tegen 6 stemmen (die van de heeren Gorter,
Wiersma, Oosterhoff, Brunger, Plnntcnga en de With. Het
3e lid der conclusie, luidende „aan B. en W. op te dragen de
commissie van administratie der bank van leening in kennis te
stellen van vorenstaande punten van besluit zoo tot kennisgeving
als met uitnoodiging ora wat het 2c punt betreft, daaraan het
vereischfe gevolg te geven," is vervolgens buiten beraadslaging
en omvraag eenstemmig aangenomen.
15. Op voorstel van den Voorzitter wordt eenstemmig beslo
ten de punten vermeld sub nos. 14, 15 en 16 van den oproe
pingsbrief, ter oorzake van het bereids ver gevorderde uur, aan
te houden tot eene volgende vergadering.
16. Is ter tafel gebragt en gelezen een voorstel van B. en
W. nopens een adres van den heer F. W. v. d. Meulcr. alhier,
betrekking hebbende tot de levering van geneesmiddelen aan be-
hoefiigen in deze gemeente. Ter visie, om in eene volgende
vergadering in behandeling te worden genomen.
17. Zijn tei tafel gebragt en gelezen: a. een adres van den
heer mr. S. van Wcldercn baron liengers, het verzoek bevattende
om hem, tengevolge van voor hem moverende redenen met den
len Januarij 1868 een eervol ontslag te willen verleenen als cu
rator van liet stedelijk gymnasium te Leeuwarden, b. een adres
van den heer mr. A. v. d. Laan, houdende gelijk verzoek.
De Voorzitter stelt voor om deze adressen dadelijk af te doen,
aangezien het te vermoeden is dat in dit jaar geene raadsverga
dering meer zal worden gehouden. Hiertoe besloten zijnde, stelt
de Voorzitter namens het Collegie van dagelijksch bestuur voor
om het door de heeren Itengers en v. d. Laan verzochie eervol
ontslag te verleenen onder dankbetuiging voor (le vele en lang
durige diensten in bovengemelde hunne betrekking aan de ge
meente bewezen. Uit te voeren vóór de resumtie.
18. Is ter tafel gebragt eene missive van heeren commissa
rissen over de opgeheven stads Teekensehool, houdende inzending
van de rekeningen betreffende die instelling over dc jaren 1866
en 1867. Op voorstel van den Voorzitter wordt eenstemmig
besloten, die stukken ten fine van onderzoek en rapport te stel
len in handen ecner Commissie uit den Raad waariu de Voor
zitter benoemt dc heeren Plantenga, Attema en van Sloterdijck.
19. Is ter tafel gebragt en gelezen een adres van de le afd.
der Friesche maatschappij van landbouw en veeteelt gevestigd in
het kanton Leeuwarden houdende om daarvoor bijgebragte re
denen het verzoek, dat de Raad moge besluiten voorloopig zoo
wel des Donderdags als des Vrijdags iedere week van 's morgens
9 uur af te Leeuwarden veemarkt to doen houden, althans van
vette runderen en schapen. - Op voorstel van den Voorzitter
wordt besloten dit stuk ter behandeling in eene volgende verga
dering aan te houden.
20. Is ter tafel gebragt, gelezen en ten fine van bcrigt en
raad in handen van B. en VV. gesteld een verzoekschrift van
A. Hebbes, wed, P. Vrinken, in leven gepensioneerd torenwachter
alhier, waarbij zij verzoekt om met eene gratificatie te worden
begiftigd.
21. Is ter tafel gebragt en gelezen een voorstel var, B. en
Wora aan den heer H. Creraer, hoofdonderwijzer der burger
school voor jongens te Leeuwarden, met den 1 Jan. 1868 als
zoodanig een eervol ontslag te verleenen en hem voorloopig tot
1 Jan. 1869, een wachtgeld toe te kennen van/1200. Ter visie
22. De Voorzitter doet mededeeling van de ontvangst van
de volgende voor den Raad ingekomen stukken, als
a. eene resolutie van hh. Ged. Staten, houdende goedkeuring
tot gemeenschappelijke regeling der zaak betrekkelijk de wijziging
in het reglement op de beurt,veren tusschen Leeuwarden en de
dorpen en buurten in de gemeente Tietjerkstcradeel b. eene
resolutie van gezegd Collegie, houdende goedkeuring van het
le suppletoir kohier der directe belasting op het inkomen, dienst
1867, en c. een schrijven van den heer Mr. T. van Ilettinga
Tromp, houdende kennisgeving dat hij de hem opgedragen be
trekking van voogd der stads armeukamer alhier aanneemt.
Zijnde deze mededeeling aangenomen voor uotificcatie.
23. Zijn gelezen en voor kennisgeving aangenomen a. een
schrijven van J. G. Kuipers en Co., houdende kennisgeving dat
op aanstaanden Dingsd&g 24 Dcc., de fabriek van stroo-carton,
door stoom gedreven, voor goed in werking zal worden gesteld
en dat zij het zich, uit aanmerking vun de gewigtige diensten
van wege de gemeente bewezen, ten pligt achten den Raad uit
te noodigen daarbij tegenwoordig te zijnb. een schrijven van
Dr. S. S. Coronel houdende kennisgeving dat hij het voornemen
heeft om op Maandag den 30 Dcc. in den schouwburg eene
voorlezing te houden over psedagogische onderwerpen, en uit
noodiging aan de leden van den Raad om daarbij tegenwoordig
te zijn.
24. Op voorstel van den Voorzitter wordt eenstemmig be
sloten op Donderdag den 26 Dcc. a. st. de (lau invallende bij
liet reglement voorgeschreven gewone Raadsvergadering, uithoofde
van het Kerstfeest, niet te houden.
De Voorzitter sluit hierop de vergadering.
/3« /«je /&>6p
GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Bijlage tot het verslag der zitting van 25 Jutij 18C7.
REKENING
wegens de
ONTVANGSTEN EN UITGAVEN
van de Gemeente LEEUWARDEN, voor de dienst van 1866.
ONTVANGSTEN.
Hoofdst. I. Ontvangsten wegens vroegere diensten.
Art 1. Batig slot der door den Gemeenteraad geslote tie reke
ning over het dienstjaar 1864, zoover de Gemeenteraad daaraan
niet reeds eene bepaalde bestemming heeft gegeven, geraamd
T 31.692.765, ontvangst31,692.765.
Hoofdst. II. Opbrengst van plaatselijke belastingen.
Afd. I. Opcenten op de hoofdsom der grondbelasting.
Art. 1. 40 opcenten op de hoofdsom der belasting op de
gebouwde eigendommen ƒ19,735.00 en 10 opc. op die der ongeb.
eigend. 955.00, te zam. gev. 20,690.00, ontv. 20,807.84.
Afd. II. Gedeeltelijke uitkeeiing der opbrengst van en opc.
op (le hoofdsom der personele belasting.
Art. 1. 4/5 van de opbrengst der rijks personele belasting
geraamd 43,274.38, ontvangenƒ44,006,77.
Art. 2. 50 opc. op de hoofdsom der pers. bel.
geraamd 22,538.74, ontvangen- 22,920.19.
Totaal der lie Afd. ƒ66,926.96.
Afd. III. Opc. op de hoofdsom van de in het 4e lid van
art. 240 der Gemeentewet bedoelde daarvoor vatbare rijks belast,
direct naar het vermogen of inkomen geheven, met uitzondering
van het patentregt, nihil.
Afd. IV. Hoofdei, omslagen of andere plaatsel. dir. belast.
Art. 1. Plaatselijke directe belasting ƒ78,000.00.
Af voor oninbare posten- 1,560.00.
raming ƒ76,440.00.
Er is ontvangen ƒ76,808.15.
als oninbaar afgeschreven - 2,088.94.
nog te verhalen gebleven - 183.86.
Afd. V. Belasting op voorwerpen van verbruik.
Art. 1. Belasting op binnen- en buitenl. gedistil. en likeuren
a. 60 en 40 opc. op den rijks-accijns van 1 Januarij tot uit.
April 11,200; b. eigen belasting bij invoer/ 700, te zaraen
geraamd 12,500, ontvangenƒ12,497.005.
Art. 2. Uitkcering van het Rijk tot vergoeding
van eigen belasting op den wijn, van 1 Jan. tot uit.
April, ger. ^2600, ontvangen - 3,141.81.
Art. 3. Belasting op het geslagt, a. opcenten
op den rijks-accijns van 1 Jan. tot uit. April ƒ3400,
b. eigen belasting bij invoer van rund-en kalfvleesch
100, zamen geraamd 3500, ontvangen - 3,534.845.
Art. 4. Belasting op den turf van 1 Jan. tot
uit. April, geraamd 1400, ontvangen - 897.545.
Art. 5. Idem op de steenkolen als boven,
geraamd ƒ100, ontvaDgen- 565.165.
Totaal der 5e Afd. ƒ20,636.37.
Afd. VI. Belasting op de honden. Art. 1. Belasting op de
honden, geraamd 1000, ontvangen 965.25, als oninbaar af
geschreven ƒ114.75 en nog te verhalen ƒ4.50.
Afd. VII. Belasting op tooneelvcrtooningen cn andere open
bare vermakelijkheden. Art. 1. Opbrengst van die belasting,
geraamd 600, ontvangen nihil.
Afd. VIII. Regten en loonen en andere gelden, bedoeld in
Bijvoegsel tot de Provinciale Friesche Courant.
artt. 104 en 238 der Gemeentewet. Art. 1. Opbrengst van leges
ter Secretarie geheven en van de restitutiën van verschotene zegel
gelden, gedrukte stukken, enz. ger. J 640, ontv. 642.95.
Art. 2. Opbrengst van den tol op den weg
van Leeuwarden naar Ilijum bij verpachting
geraamd 781.50, ontvangen - 781.50.
Art. 3. Opbrengst van bruggen: a. Vlietster-
en Boomsbrug verp. ƒ220; b. ijzeren brug op
't Vliet, id. ƒ145c. Poppebrug, id. ƒ5d. Blaauwe
brug, id./ 57e. ijzeren brug bij de Potmarge, id.
709 id. over de Harl. vaart bij verp. en gaard.
740; ff. id. bij de voorm. Vrouwenp.id. 180 h. id.
bij Camstraburen id. ƒ270; ger. 2326, ontvang. - 2,671.06.
Art. 4. Opbrengst van veergelden a. van dc
pont tot overvaart van de gracht tusschen de Oos
terkade en den Grachtswal bij verp. ƒ218;
b, alsvoren bij het Ziekenhuis, id. ƒ305, ger.
523, ontvangen- 523.00.
Art. 5. Opbrengst van de Stadswaag: a. weeg
loon, bij gaard, ƒ2400; b. werkloon der waag-
werkers 2400, zamen geraamd 4850, ontv. - 5537865.
Art. 6. Opbrengst van de marktgelden a.
wegens staanplaatsen voor het uitstallen enz. van
waren, zoomede ten dienste van openbare verma
kelijkheden, bij verp. 3000 b. van de veemark
ten, id. 1500, zamen geraamd ƒ4500. ontv. - 3,476.75.
Afschrijving verleend wegens de marktgelden sub a.
f 650.00, en nog te verhalen van die sub b. f 297.25.
Art. oa. Opbrengst van de Vischmarkt, bij
gaard, geraamd ƒ660, ontvangen- 574.135.
Art. 7. Opbrengst der kaai- en walgelden,
geraamd 2650, ontvangen- 3,000.02.
Art. 8. Opbrengst der begraafplaats: a. ver
koop, verhuur en onderhoud van graven ƒ900b.
begrafenis- en grafgelden 3700, ger. ƒ4600, ontv. - 5,642.90.
Art. 9. Opbrengst van schoolgelden, alsa.
Stedel. Gijmnasium, 850; b. Fransche kostschool
voor jongens, ƒ4108; c. id. voor meisjes, ƒ3952
d. Burgerschool voor jongens, 2270; e. id. voor
meisjes, ƒ2260; Tusscher.school le kl., ƒ2060;
ff. 1® idem 2e kl., ƒ1350; h. 2° idem 2® kl.,490
i. 3® idem 2® kl., 535 k. Bewaarschool voor
minvermogenden 550; ger. 18,425, ontv. - 19,613.65.
Art. 10. Opbrengst van gedane werken voor
particulieren: a. Werken aan de straten en riolen
enz. ƒ110; b. id. van verschillenden aard ƒ60,
geraamd ƒ170, ontvangen- 247.875.
Art. 11. Opbrengsten van (le gasregten1 a.
Geleverd gas aan particulieren 34,700b. idem
wegens gastoestellen 3000 2. vergoeding der
Gemeente voor de openb. straatverlichting 8000
3. Diverse ontvangsten 5300ger. 51,000, ontv. - 53,210.87.
Totaal der 8ste Afdƒ95,922.573.
Totaal van hot He Hoofdstuk 282,067.14s.
Hoofdst. III. Baten en opkomsten, spruitende uit voor
werpen aan de Gemeente in eigendom toebehoorende. Art 1.
Huur of pacht van land en landgoederen, alsa. Zalhe en landen
genaamd „de magere weide" in gebruik bij F. G. üorhout 2451
b. dito achter Cambuur in gebruik bij S. IJ. de Boer, 1706 c. dito
in gebruik bij R. G. Wartena^ 2107 d. dito op Wilaardsterburen in
gebruik bij B. M. Stienstra,/ 2000 e. twee stukken weidland onder
Lekkum, 229; een dito aldaar, ƒ83; ff. een moestuin bij het
tolhuis onder Lekkum, ƒ15 h. een stuk weidland aldaar, ƒ203 ;i.5/é
Bijlage.