XX GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Verantwoording
van B. en W. wegens de Ontvangsten en Uitgaven over 1866.
de le lijkwagen, hebben op dit artikel eene versterking der toe
gestane som met 310.00 noodzakelijk gemaakt. Tengevolge
laatstbedoelde omstandigheid zijn ook de ontvangen begrafenis-
regteu boven de raming gestegen.
Hoofdst. Ill, Afd. Ill, Art. 1. ƒ3693.95. Kosten van de
stadswaag.
Wegens deze kosten i9 in de rekening verantwoord
a. Bezoldiging van den waagmecster 450.00.
b. Idem van de wegers en weegsters - 445.60.
c. Werkloonen der waag werkers-2798.35.
Zamcn .ƒ3693.95.
Zijnde 348.35 meer dan was toegestaan, tengevolge het meer
der bedrag der aan de waagwerkers uitgekeerde werkloonen, die
mede tot dat hoogcr bedrag onder de ontvangsten zijn opgenomen.
Op dit artikel is intusschen de noodige versterking aangebragt
ten bedrage van ƒ350.00.
Hoofdst. Ill, Afd. III, Art. 2. 207-89'. Onderhoud van het
waaggebouw en de gereedschappen.
Hiervoor was toegestaan ƒ270.00, zoodat dit art. een overschot
oplevert van ƒ62.105.
Hoofdst. Ill, Afd. IV, Art. 1. Verbetering van het Lekkumcrdijkje.
De hier bedoelde verbetering is in 1866 niet tot stand ge
komen, zoodat op deze bij de begrooting voor memorie uitge
trokken post geene uitgaaf heeft plaats gevonden.
Hoofdst. Ill, Afd. IV, Art. 2. ƒ6.675. Demping van de gracht
loopende van de wijde Gasthuissteeg tot de Langepijp.
Hoofdst. Ill, Afd. IV, Art. 3. 1881.38'. Idem, idem, van
de wijde Gasthuissteeg tot de Oldehoofdstcr waterpoort.
Voor de uitvoering der werken bij beide vorenstaande artikelen
omschreven, werd primitief bij de begrooting uitgetrokken
Wegens artikel 2, ƒ26,000,
3- 18,000,
Verschillende redenen hebben het in den loop des jaars 1866
echter wenschelijk doen achten, die uitvoering voorshands uit te
stellen, tengevolge waarvan bij wijziging der begrooting de op
art. 2 aangebragte som werd geroijeerd en de post voor memorie
uitgetrokken, terwijl wegens art. 3 het geraamde bedrag werd
verminderd tot op ƒ2000, teneinde met die'som te bestrijden
de koopsommen van de ten behoeve der bewuste demping over
genomen bleeken, zoomede de kosten van de overdragt daaraan
verbonden.
Intusschen is door af- en overschrijving op art. 2 wederom
ƒ6,67' aangebragt, ter verevening van wegens de demping bij dat
art. bedoeld reeds aangewende kosten. Op art. 3 is van de be
schikbaar gestelde som, voor koopsommen en kosten van over
dragt der bleeken, 118.61' disponibel gebleken.
Hoofdst. III. Afd. IV, Art. 4. f299.72. Naamborden aan
straten en pleinen.
Te dezer zake was toegestaan 300.
Hoofdst. Ill, Afd. IV, Art. 5. 2349.66'. Publieke pompen
op brandputten.
De deswege bij de begrooting geraamde som is met ƒ49.66'
overschreden, doch ter verevening dier meerdere uitgaaf door af-
en overschrijving versterkt met 50.
Hoofdst. Ill, Afd. IV, Art. 6. Aanbouw van publieke secre
ten en waterplaatsen.
De voor dit art. uitgetrokken som is ten bedoelden einde niet
besteed, uithoofde in 1866 zich geene gewenschte gelegenheid
heeft voorgedaan zoodanige inriglingen in het belang der open
bare zindelijkheid daar te stellen.
Het toegestaan .bedrag is ingevolge raadsbesluit van 14 Febr.
1867, op het fonds voor onvoorziene uitgaven overgeschreven.
Hoofdst. Ill, Afd. IV, Art. 7. ƒ8108.07. Vernieuwing van
de Imsumerzijl.
IIcl voor deze post toegestaan bedrag1 is overschreden met
y 108.07, veroorzaakt door dat de aannemingssom der verrigtte
verfwerken, ad ƒ328, mede daarop is verantwoord. Na verster
king van het art. uit het fonds voor onvoorziene uitgaven met
ƒ110, bleef echter daarop disponibel ƒ1.93.
Hoofdst. Ill, Afl. IV, Art. 8. ƒ2560.01'. Steencn walmuur
op Cainstraburen.
Van de voor dit werk toegestane som is 439.98' disponibel
gebleven, doordien de aanncmingsom een aanzienlijk bedrag lager
was dan de raming deswege.
Hoofdst. Ill, Afd. IV, Art. 9. Daarstelling van een beursgebouw.
Hoofdst. Ill, Afd. IV, Art. 10. Aanschaffing van een lokaal
voor reddingstoestellen bij brand.
Wegens deze artikelen, bij de begrooting voor memorie uitge
trokken, heeft geene uitgaaf plaats gehad.
Hoofdst. Ill, Afd. IV, Art. 11. 44,624.28. Voortzetting
der stichting van een schoolgebouw voor middelbaar onderwijs.
Even als de drie volgende artikelen overeenkomstig 's raads
besluit van 23 Aug. 1866, op de begrooting aangebragt, werd
voor dit art. toegestaan 57,300, zijnde het geraamde bedrag dat
ten bewustcn einde nog moest worden besteed.
Deze stichting echter niet tijdig genoeg voltooid zijnde, kon
het geheele bedrag der aanneraingssom benevens van de verdere
kosten niet op de dienst 1866 worden verantwoord, zoodat op
het artikel een overschot is gebleven van ƒ12,675.72.
Hoofdst. Ill, Afd. IV, Art. 12. ƒ1814.80'. Vergrooting van
de Tusschenschool le klasse.
Deswege heeft de uitgaaf iets minder bedragen dan de raming,
zoodat het artikel een overschot oplevert van ƒ185.19'.
Hoofdst. Ill, Afd. IV, Art. 13. ƒ7925.04'. Aankoop der
huizinge Bellevue, lett. L no. 277.
Voor dit art. was toegestaan ƒ8000. Uithoofde de laatste
termijn der koopsom terstond op den vervaldag kon worden vol
daan, i9 wegens renten iets minder uitgegeven dan deswege was
geraamd, voor het mogelijk geval dat de stand der gemeentekas
niet toeliet evcnbedoelde voldoening op het gestelde tijdstip te
bewerkstelligen.
Hoofdst. Ill, Afd. IV, Art. 14. ƒ1909.95. Tweede termijn
koopschat wegens aankoop der huizinge lett. C no. 141.
Tengevolge abusieve berekening der te betalen rente was voor
dit art. bij de begrooting f 9.95 te weinig uitgetrokken en is de
toegestane som met ƒ10 versterkt geworden.
Hoofdst. Ill, Afd. V, Art. 1. ƒ586.04'. Kosten van ver
strekte diensten aan de Vischmarkt.
Ten gevolge den minderen aanvoer van visch is van de voor
deze kosten bij de begrooting geraamde som 53.95' disponibel
gebleven. Over 1865 bedroeg |Te uitgaaf deswege ƒ689.84'.
Onder de verantwoordde som is begrepen, aan den vischafslager
Jaarwedde ƒ240.00,
2 pet. der bruto opbrengst - 159.66'.
ƒ399.66'.
Aan den vischopbrenger
Jaarwedde 40.00,
1 pet. der bruto opbrengst - 79.83,
-119.83,
verdere uitgaven - 66.55.
Totaal ƒ586.04'.
Hoofdst. Ill, Afd. V, Art. 2. 46.44. Onderhoud van de
vischmarkt.
Buitengewone herstelling van het dak der vischmarkt, waar
voor alleen wegens loodgieterswerk ƒ40.18 is besteed, heeft op
dit artikel eene uitgaaf van ƒ26.44 boven het toegestaan bedrag
noodzakelijk gemaakt, waarom dat bedrag door af- en overschrij
ving is versterkt geworden met ƒ30.
Hoofdst. Ill, Afd. VI, Art. 1. 19,600.72. Aankoop van
grondstoffen voor de gasfabriek.
Op de primitieve begrooting aangebragt tot 15,000, werd,
ten gevolge de- vermeerderde gascon3unitic dit artikel bij raadsbe
GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Verantwoording van
B. en W. wegens de Ontvangsten en Uitgaven over 1866. XXI
sluit van 23 Aug. 1866 verhoogd met ƒ1200 en alzoo gebragt
op ƒ16,200.
Die som bleek evenwel nog op op verre na niet
voldoende te ziju ter verevening der vereischte uitga
ven, waarom door af- er. overschrijving daaraan is
toegevoegd een bedrag van- 3700.
Makende te zamen ƒ19,900,
waarvan slechts 299.28 disponibel is gebleven.
Hoofdst. Ill, Afd. VI, Art. 2. ƒ10,758.60. Bezoldiging van
het personeel.
Bij vorenaangehaalde wijziging der begrooting de uitgaaf we
gens bezoldigingen geraamd zijnde op ƒ11,000, is van dat be
drag overgeschoten ƒ241,40.
Hoofdst. Ill, Afd. VI, Art. 3. ƒ1499.43. Onderhoud van
gebouwen, kosten van brandverzekering en lasten.
Van de deswege toegestane som ad ƒ2000, is 500 overge
schreven op het fonds voor onvoorziene uitgaven, als zijnde het
daarna disponibel blijvende voldoende ter bestrijding der ver
eischte uitgaven.
Hoofdst. Ill, Afd. VI, Art. 4. 14,974.58. Aankoop en on
derhoud van werktuigen.
Even als wegens art. 1 dezer Afd., werd, niettegenstaande
verhoogde raming bij de gewijzigde begTooting, ook voor dit art
eene versterking door af- en overschrijving vcreischt tot een be
drag van ƒ1300.
Deze meerdere uitgaaf is veroorzaakt zoowel door het daar-
stellen van 2 nieuwe retortbedden in de fabriek als het aan
schaffen van gasmeters voor nieuwe gasverbruikers.
Hoofdst. Ill, Afd. VI, Art. 5. 1187.69'. Diverse andere
uitgaven. -— Hiervoor was geraamd ƒ1200.
Hoofdst. Ill, Afd. VI, Art. 6. ƒ4134.55'. Uitbreiding der
gasfabriek.
Uithoofde blijkens de gehouden aanbestedingen, voor de in
1866 uit te voeren werken ter uitbreiding van de gasfabriek, de
op dit art. bij de begrooting in uitgaaf aangebragte som van
ƒ20,000 niet benoodigd was, is daarvan afgeschreven op het
fonds voor onvoorziene uitgaven ƒ4500.
Van het beschikbaar gelaten bedrag, dat ten bestemden einde
benoodigd zou zijn geweest, is een belangrijk gedeelte als over
schot in de rekening aangebragt, door dien de aanbesteedde
werken niet tijdig genoeg waren opgeleverd om de uitgaaf des
wege op de dienst 1866 te verantwoorden.
Hoofdst. Ill, Afd. VI, Art. 7. ƒ300. Kosten van de vaste
Raads-commissie voor de gemeentelijke gasfabriek.
Conform de begrooting uitgetaald.
Hoofdst. IV, Art. 1. ƒ36S3.50. Kosten van brandweer.
Hiervoor werd toegestaan ƒ5596, waaronder evenwel begrepen
was ƒ100 voor nieuwe onderscheidingsteekenen voor de brand
meesters en 200 voor verandering der perspomp aan de spuit no. 3.
Er werd ten behoeve van de brandweer over 1866 uitgege
ven ƒ3398.00.
Voor bovenbedoelde onderscheidingsteekenen - 90.75.
Voor verandering der perspomp aan de spuit no. 3 - 194.75.
Totaal J 3683.50,
zoodat dit artikel een overschot oplevert van J 1912.50, tenge
volge de mindere uitgaaf wegens gevallen van brar.d dan deswege
was geraamd.
Hoofdst. V, Art. 1. ƒ2414.57'. Voor vertiramcring en on
derhoud van huizen werd op de begrooting uitgetrokken ƒ3240.
Het aanzienlijk overschot op dit artikel is ontstaan door dat de
huizen bij lett. A en vermeld, zeer weinige onderhoudskosten
hebben gevorderd cn, met het oog op de uitbreiding der gasfa
briek, aan de gebouwen sub lett. d cn e bedoeld, niet dan (Je
hoogst noodzakelijke herstellingen zijn aangebragt.
Bijvoegsel tot de Provinciale Friesche Courant.
Hoofdst. V, Art. 2. f 2535.28. Grondlasten enz. wegens de
aan de gemeente behoorende eigendommen.
Ter voldoening van de grondbelasting wegens de in 1865 voor
de gemeente aangekochte eigendommen, zoomede tengevolge
der meerdere opcenten welke op die belasting worden geheven,
is voor dit art. over 1866 eene hoogere som in uitgaaf gesteld
dan over voorgaande jaren. Het is gebleken, dat de geraamde
som ad 2600 ten besteraden einde voldoende was, zijnde daar
van 64.72 disponibel gebleven.
Hoofdst. V, Art. 3. ƒ100. Huur van een stuk grond tot
berging van de haardasch en vuilnis.
Deze aan het St. Anthonij-Gasthuis alhier verschuldigde som
is couform de begrooting uitbetaald.
Hoofdst. V, Art. 4. ƒ351.12. Kosten wegens brandver
zekering.
In verband met het bij de vaststelling der gemeente-begrooting
geopperd denkbeeld, om al de aan de gemeente behoorende ge
bouwen tegen brandschade te verzekeren, werd ter bestrijding der
daaruit voortvloeijendc uitgaven, op dit artikel uitgetrokken eene
som van ƒ1110.
Bij raadsbesluit van 8 Maart 1866, no. 4/J0|, werden evenwel
de tegen brandschade te verzekeren gebouwen nader aangewezen.
Aan dat besluit is uitvoering gegeven en de deswege gemaakte
kosten zijn in de rekening verantwoord, met gevolg, dat op dit
art. een bedrag van ƒ758.88 disponibel is gebleven.
Hoofd. V, Art. 5. Dijk- en polderlasten.
Dit art. wordt op de begrooting en in de rekening slechts
voor memorie aangebragt.
Hoofdst. V, Art. 6. ƒ81.11'. Kosten vallende op verpachtingen.
Doordien in 1866 sommige der gehouden verpachtingen ongun
stige resultaten opleverden en dientengevolge her-verpachtingen
moesten plaats vinden, is do voor dit art, bij de begrooting toe
gestane som met ƒ31.11' overschreden, doch uit het fonds voor
onvoorziene uitgaven versterkt met ƒ32.
Hoofdst. V, Art. 7. 40.10. Kosten vallende op de ontvangst
van renten.
In verband met den in 1865 plaats gehad hebbenden verkoop
van een deel der inschrijvingen op het Grootboek der Nederl.
Werk. Schuld ten name der gemeente, werd voor deze kosten
een lager cijfer geraamd, dan in voorgaande jaren. Ilet is intus
schen gebleken dat de geraamde som ad 40, iets te laag was
gesteld en uit dien hoofde versterking behoefde.
Hoofdst. VI, Afd. I, Art. l. ƒ298.22'. Toelage aan de
Kamer van Koophandel en Fabrijken
Ilet in de rekening verantwoord bedrag dezer toelage is door
de Kamer van Koophandel en Fabrieken over 1866 benoodigd
geweest, om hare uitgaven te kunnen bestrijden. Bij de begroo
ting was toegestaan ƒ300.
Hoofdst. VI, Afd. II, Art. 1. 500. Jaarwedde van de keur
meesters van het vleesch er. de visch.
Hoofdst. VI. Afd. II, Art. 2. ƒ100. Kosten ten behoeve
van het bureau van inenting en herenting.
Deze uitgaven zijn conform de begrooting in de rekening ver
antwoord.
Hoofdst. VI, Afd. II, Art. 3. 1137.39'. Diverse uitgaven.
Ter bestrijding der uitgaven welke wegens te nemen voorzorgs
maatregelen ter zake het heerschcn der cholera zouden dienen te
worden besteed, werd het voor dit art. toegestaan bedrag ad
ƒ20.00, bij raadsbesluit van 7 Julij 1866 no. 3/12*> verstrekt
uit het fonds voor onvoorziene uitgaven met ƒ1000.00. Bij het
einde des dienstjaars bleek echter dat dit bedrag ontoereikend
was om de gedane uitgaven te dekken, tengevolge waarvan voor
melde som nader is versterkt geworden met 125.00.
Hoofdst. VI, Afd. Ill, Art. I. 12,736.34'. Kosten van
politie.
Bijlage.