46 GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Verantwoording van B. en W. wegens de Ontvangsten en Uitgaven over 1867,
Transport 18120 0
g. de woning in de Yvobrouwerssteeg, lett. E,
no. 166 75.00.
li. diverse woningen gekwoteerd lett. A
no. 23 tot en raet 29 -220.45.
lett. N no. 19£- 88.40.
o. de voormalige Infirmerie in de Kleine
Kerkstraat lett. E no. 88 - 80.00.
u. het huis in 't Nieuwstraatje lett. C
no. 142 (bovenwoning)- 53.40.
517.25.
Van de onder lett. g, ho en u op de
begrooting vermelde woningen, de laatste
zooveel het bovenste gedeelte daarvan be
treft, is de huur per week ingevorderd
en deswege ontvangen de hiervoren aan
geduide som.
Voorts is nog ontvangen in het le half
jaar 1867 van de woningen lett. I no.
198 tot 201 en 227 tot 230, die in dat
jaar zijn geainovcerd 20.30.
makende te zamen de op de bijlagen der
rekening, no. 63, gespecificeerde som van 537.55.
Bij de begrooting werd hiervoor in ont
vang gesteld een bedrag van ƒ444.40.
i. de woning op den hoek van den Grachtswal
en het Vliet, lett. L no. 55, in gebruik bij den
pachter der opkomsten van de Vlietster- en Booms-
bruggen voor ƒ3.00 per week, zijnde van 12 Mei
1867 tot 12 Mei 1870 C de Wit.
Als zoodanig is in de rekening aangebragt het niet
verantwoord gedeelte der huur, verschenen 12 Mei
1867 ad- 59.00,
benevens de huur van 12 Mei 1867 tot 12 Mei
1868 ten bedrage van - 156.00.
k. het huis op de Korenmarkt lett. 1 no. 2, van
12 Mei 1866 tot 12 Mei 1869 verhuurd aan do
wed. C. Bekker, 2e huurjaar- 500.00.
I. Als voren, lett. I no. 3. insgelijks verhuurd
voor 3 jaren, ingegaan 12 Mei 1866. en zulks aan
de wed. Loewenstam; 2e huurjaar - 500.00.
m. Het huis op den Eewal lett. I no. 35.
Aangezien dit pand van 12 Mei tot 12 Nov. 1867
niet verhuurd is geweest wordt deswege in de reke
ning verantwoord de over een halfjaar ontvangen
huursom ten bedrage van- 137.50.
n. Het huis op den hoek van den Eewal, lett. I
no. 36, tot 12 Mei 1868 verhuurd aan P. W. Hagen-
beimer, voor ƒ220.00 'sjaars; 3e huurjaar 200.00.
p. Het lokaal boven de hulpbeurs, tot 12 Mei
1868 verhuurd geweest aan G. H. Hillebrand. Over
het 3e of laatste huurjaar heeft deswege geene ont
vangst plaats gehad uithoofde bij Raadsbesluit van
25 Junij 1868, no. 3, aan den huurder ontheffing
is verleend van de bedongen pachtsom over het tijd
vak van 12 Nov. 1866 tot 12 Mei 1868.
q. Het lokaal van het kantongeregt.
Dit lokaal i9 aan het Rijk verhuurd voor 300.00
per jaar. De over 1867 ontvangen huursom is in
dc rekening verantwoord- 300.00,
De huurtijd is opzegbaar telken jare 6 maanden
voor het einde vao het loopend dienstjaar.
r. De manege in de Groote Kerkstraat, voor
Transportere 4222.05,
Transport 4222.05.
memorie op de begrooting vermeld, is over 1867
niet verhuurd geweest. it
s. De voormalige Israëlitische armenschool, van
1 Jan. 1867 tot uit0 Dec. 1869 verhuurd aan de
Nederl. Israël, godsdienstige schoolcommissie voor
ƒ80.00 per jaar; le huurjaar- 80.00.
t. Het huis „Bellevue", lett. L no. 277, ver
huurd geweest van 12 Mei tot 12 Nov. 1867. De
deswege bedongen huursom is in de rekening ver
antwoord, ten bedrage van- 15 0.00.
u. Het huis in 't Nieuwstraatje lett. C no, 142,
zoo veel de benedenwoning betreft, benevens de in
dit huis aanwezige stalling enz., is van 12 Mei 1867
tot 12 Mei 1870 verhuurd aan J. A. Overdijk, voor
ƒ250.00 'sjaars. In de rekening is aangebragt
de huursom over 'tie huurjaar - 250.00.
v. Den Harlingerstal.
Dit pand werd aan onderscheidene handelaren
ieder voor een gedeelte, in huur afgestaan als berg
plaats voor petroleum. Overeenkomstig de daar
van opgemaakte contracten werd tot 12 November
1867 ontvangen van
Jentje Wijbrandi 24.80.
Jan Wijbrandi - 14.26.
J. S v. d. Goot - 24.80.
J. Reerink - 164.38.
H. Adriani - 43.83.
Zamen bedragende - 272.07.
Voorts werd nog ontvangen als huur van de wo
ning boven de tusschenschool le klasse, in gebruik
afgestaan aan den onderwijzer dier school, van 12 Mei
1866 tot 12 Mei 1867, do som van- 175.00,
terwijl eindelijk nog in de rekening is vorantwoord
de tot uit. December 1867 ingevorderde huur van
de voor de gemeente aangekochte huizinge in de
Zuiderwalsteeg en daarachter aanwezige woningen lett.
E nos. 253 en 253a, zooverre ten bate der ge
meente komende, ter som vau- 70.55.
Totaal
Bij de begrooting was geraamd-
Verschil in racerder f
Dit verschil i3 een gevolg van de meerdere ont
vangst wegens de huizen vermeld op de begrooting
5219.67
4942,40.
277.27.
lett. g( h, o en
u bovendien nog
93.15,
- 250.00,
- 59.00.
- 32.07,
en de ontvangen huur der niet op de
begrooting voorkomende
woning boven de tusschenschool le kl. 175.00,
huizinge en woningen in de Zuiderwal-
Btecg- 70.55.
Zamen J 679.77,
Na aftrek van hetgeen beneden de ra
ming is ontvangen wegens de wonin
gen
lett.
op de begrooting aangoduid onder
•nƒ137.50,
p- 240.00.
t- 25.00.
rest het verschil boven vermeld
Hoofdst. III, Art. 3. 1050.00.
prinsentuin.
- 402.50,
Huur van den
277.27.
stads- of
GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Verantwoording van B. en W. wegens de Ontvangsten en Uitgaven over 1867. 47
Deze huur, versch. 12 Mei 1867 is in overeenstemming met
het betrekkelijk contract, loopende van 12 Mei 1865 tot 12 Mei
1870, en conform de bcgrooting ontvangen en in de rekeuin:
verantwoord.
Hoofdst. III. Art. 4. 420.75. Pacfit van grasgewas der
plantsoenen, van den stads- of prinsentuin en der begraafplaats.
Op dit artikel werd bij de begrooting in ontvang gesteld een
bedrag van ƒ450.00, welk bedrag min ƒ1.00 zou zijn ontvan
gen wanneer de bedongen pachtsommen alle waren voldaan ge
worden. Wegens het overlijden van eer. der pachters, op wiens
nalatenschap niets was te verhalen, is echter als oninbaar moeten
worden afgeschrevenf 14.12®.
Voorts is aan een anderen pachter bij raadsbesluit
van 9 Januarij 1868 remissie verleend, ten bedrage van - 4.25,
terwijl een derde, die nalatig is gebleven in de vol
doening van het verschuldigde ad9.875,
te dier zake wordt vervolgd, van welk bedrag derhalve
nader verantwoording moet plaats hebben.
Bedrag der niet ontvangen pachtsommen 28.25.
Hoofdst III. Art. 5. ƒ409.5 0. Opbrengst van den houthak.
Wegens verkochte boomen en kaphout is in 1867 door den
stads hovenier ontvangen de in de rekening verantwoordde
som die het bij de begrootiug geraamd bedrag met 309.50
overtreft.
Hoofdst. III. Art. 6. ƒ43.00. Opbrengst van visscherij.
Het regt van visschen in de gemeente wateren is verpacht van
1 Mei 1866 tot 1 Mei 1869 voor /"45.50 'sjaars. De pacht
som over het 2e contractjaar is in de rekening verantwoord
behave een bedrag van ƒ2.50, oninbaar tengevolge het overlij
den van een der pachters.
Hoofdst. III. Art. 7. ƒ701.37. Opbrengst van krachtens pri-
vaatregt genoten wordende tollen
a. Van de vijf bevaren trekwegtollen, over 1867 verpacht
voor een gezamenlijk bedrag vanf 80.00.
b. Van het tolhek te Koetille, van 12 Mei 1866
tot 12 Mei 1869 verpacht; 2e contractjaar - 356.00.
c. Van het tolhek te Ritzumazijl, verpacht als
voren, 2e jaar- 350.00.
d. Van het tolhek te Kingmatille, verpacht als
bover., 2e jaar- 800.00.
1586.00.
200.00.
- 1386.00.
- 693.00.
8.37.
Gezamenlijke opbrengst
Van dit bedrag ontvangt de gemeente Harlingen,
ingevolge acte van 1685, vooruit de som van
Waarna tusschcn de gemeenten Leeuwarden en Har
lingen gelijkelijk wordt verdeeld het restant, bedra
gende
Hiervan competeert de gemeente Leeuwarden
Bovendien heeft dc gemeente Leeuwarden over
1867, van Harlingen terug ontvangen, wegensmeer
der betaalde grondbelasting van den raassalen trekweg
Te zamen uitmakende het in de rekening ver
antwoord bedrag ad701.37.
Al deze tollen wordon ingevorderd krachtens octrooibrieven
van 24 Julij 1640 en 16 April 1741,
Hoofdst. III. Art. 8. ƒ4010.84 Opbrengst van krachtens
privnatregt genoten wordende sluisgelden.
Dc opkomsten <ler sluis- en bruggelden te Irnsumcrzijl zijn
van 12 November 'j 866 tot 12 Mei 1 870 verpacht voor./3505.84
'sjaars, tengevolge waarvan te dier zake in do rekening is ver
antwoord de pachtsom verschenen 1 2 November 1867 ad ƒ3505.84.
De heffing daarvan geschiedt krachtens Leppebrief
van 2 September 1477, wat het sluisgcld aangaat
ingevolge ordonnantie en taux gearresteerd door den
Transportere 3505.84,
Transpsrt f 3505.84.
magistraat van Leeuwarden den 15 September 1741
en wat het bruggeld betreft overeenkomstig ordon
nantie en taux gearresteerd door de municipaliteit
van Leeuwarden en het district Idaarderadeel den 7
Julij 1795.
De opkomsten van de Nesserzijl zijn in 1867 op
nieuw verpacht en wel voor den tijd van driejaren,
in te gaan 12 Mei 1867, voor eene jaarlijksehe
pachtsom van 505, die over het le contractjaar in
de rekening is verantwoord- 505.00.
Daarvan vindt de heffing plaats overeenkomstig
des magistraals resolutiën van 4 April 1704 en 26
October 1803.
Totale ontvangst wegens sluisgelden 4010.84.
Bij de begrooting was geraamd - 3955.84.
Verschil in meerder f 55.00.
zijnde het gevolg van de hoogere pachtsom, bedongen bij de
nieuwe verpachting van de opkomsten der Nesserzijl.
Hoofdst. III. Art. 9. 502.563. Opbrengst var. grondpach-
ten en eeuwige renten.
Deze zijn conform de begrooting ontvangen en in de rekening
verantwoord.
Hoofdst. III. Art. 10. 3683.17. Intressen van uitgezette
kapitalen, als
van inschrijvingen op het grootboek der Ned. Werk. Schuld,
a 2 '/a%, nominaal 122,200.
Deswege is ontvangen de geraamde som ad 3055.00.
b. Renten van de stads bank van leening.
Blijkens overgelegde rekening-courant en be
trekkelijk borderel van verevening komt over 1867
ten voordeele der gemeente wegens renten van aan
de bank van leening verstrekte kapitalen - 628.17
Totaal
ƒ3683.17.
- 3555.00.
Op dit artikel was geraamd
Verschil in meerder 128.17.
zijnde hetgeen boven de raming wegens dc sub b vermelde
renten is ontvangen.
Ontvangsten van verschillenden aard en toevallige baten.
Hoofdst. IV. Art. 1. ƒ2505 00. Opbrengst var. de haard-
asch en vuilnis.
De pachtsom, verschenen 1 Mei 1868, is conform Vet betrek
kelijk contract, loopende van 1 Mei 1865 lot 1 Mei 1870 ont
vangen tot het op de begrooting gesteld bedrag.
Hoofdst. IV. Art. 2. ƒ496.96. Opbrengst van puin.
Deze door den Gemeente-architect ingevorderde gelden hebben
nagenoeg het op de begrooting uitgetrokken cijfer van ƒ500.00
bedragen.
Hcofdst IV. Art. 3. ƒ178.20. Teruggave van het Rijk wegéns
huisvesting, voeding en reisgeld van lotelingen en verlofgangers
der militie.
Deze door de gemeente bij voorschot betaalde gelden zijn van
's Rijkswege gerestitueerd.
Onder de uitgaven zijn ze in de rekening vermeld op Hoofdst,
VII, Af 1. Ill, Art. 3.
Hoofdst. IV. Art. 4. ƒ443.005. Boeten van politie.
Als zoodanig is ontvangen van
N. van Krugten 5.00.
Den Ontvanger der Registratie te Groningen - 3.80.
Leeuwarden - 373.615.
Holwerd - 2.85.
Transportere ƒ385.1