VIII, 5, 6. 392—405.
UITGAVEN.
392 Kosten van het plaatsen van advertentiën10,-
De kosten van advertentiën, het buitengewoon lager cnierwijs betreffende, worden uit
dezen post bestreden.
393 Kosten van het onderwijs aan spraakgebrekkige kinderen539,
De kosten (jaarwedde van de onderwijzeres) worden voor 1939 geraamd op 539,
De cursus werd ingesteld bij raadsbesluit d.d. 18 December 1929.
6. Openbaar voorbereidend lager onderwijs.
397 Jaarwedden en wedden der onderwijzers 20.857,-
De jaarwedden van het personeel zijn geregeld bij raadsbesluiten d.d. 7 April 1936,
gewijzigd bij raadsbesluiten van 14 Juli 1936, 14 October 1936, 26 Januari 1938 en
1 Juni 1938.
De post is als volgt samengesteld:
a. jaarwedden voor de hoofden, onderwijzeressen en kweekelingen
bewaarschool no. 12.516,
2- 3.650,—
3- 2.959,—
4- 2.930,—
5- 3.200,—
6- 3.062,—
18.317,—
b. oppassters aan de bewaarscholen nos. 1 t/rn 5: 5 X/458,- 2.290,
c. tijdelijke vervanging van personeel - 250,
Totaal20.857,—
398 Kosten van het instandhouden van schoolgebouwen 1.774,-
V.g. volgnos. 74 en 172 begrooting gemeentewerken.
De bewaarscholen nos. 2 (Zuidvliet) en no. 3 (Eestraat), waarvoor buitenverfwerk op
de begrooting gemeentewerken is geraamd, werden het laatst geverfd resp. in 1930 en 1931.
400 Onderhouden van schoolmeubelen 900,
V.g. volgnos. 75 en 173 begrooting gemeentewerken.
401 Aanschaffen en onderhouden van schoolboekenleermiddelen en schoolbehoeften855,
Voor leermiddelen etc. wordt geraamd 1,per leerling, voor 855 leerlingen.
402 Kosten van advertentiën 10,
Advertentiekosten betreffende het openbaar voorbereidend lager onderwijs worden uit
dezen post bestreden.
403 Verlichting, verwarming en schoonhouden van schoolgebouwen5.425,
V.g. volgnos. 76 en 174 begrooting gemeentewerken.
404 Kosten vallende op het onderzoek omtrent sollicitanten naar vaceerende betrekkingen10,
405
Toelage aan de commissie voor de gemeentelijke bezvaarscholen
Aan deze commissie wordt een toelage toegekend van ƒ35,'s jaars.
78
35,-
VIII, 6, 7. 406—412. UITGAVEN.
Teruggaaf van schoolgelden25,
Voor eventueel teruggaaf van reeds betaalde schoolgelden.
Bijdrage aan Hoofdstuk VIII, 6 van den kapitaaldienst 2.671,
In verband met het raadsbesluit van 7 Augustus 1934, no. 262 R/179, tot reorganisatie
der gemeentelijke bewaarscholen, hebben Burgemeester en Wethouders krachtens art. 9
der wachtgeldverordening (Gemeenteblad no. 33 van 1926) een regeling getroffen met
de eervol ontslagen onderwijzeressen H. Kuipersvan der Veer en H. van Stralen
Nieuwland tot vervanging van het wachtgeld door een afkoopsom. Ingevolge deze regeüng
is aan deze wachtgeldsters een afkoopsom uitgekeerd van resp. 5.800,en 6.000,
tezamen ƒ11.800,Dit bedrag is uit den dienst 1934 voorloopig bestreden uit den
kapitaaldienst, teneinde dit door jaarlijksche bijdragen van den gewonen dienst in 10 jaren,
telken jare ƒ1.180,te bestrijden (5e termijn).
Ingevolge raadsbesluit van 1 September 1936, no. 278 R/177, is met een vijftal onder
wijzeressen een regeling getroffen overeenkomstig art. 9 der wachtgeldverordening,
krachtens welke het haar bij ontslag toekomende wachtgeld wordt vervangen door een
afkoopsom. Uitgekeerd is aan: D. WierdaHarings 3.290,A. H. BronBultena
2.630,—, J. Bakker—Ligthart 2.630,—E. Cieraad—Ritsma 2.380,—, I. de Vries—
van den Berg 3.980,totaal 14.910,welk bedrag voorloopig uit den Kapitaaldienst
1936 is bestreden. Door jaarlijksche bijdragen van den gewonen dienst, te beginnen
in 1937, zal deze uitgaaf in 10 jaren worden gedelgd, derhalve 1.491,(3e termijn).
7. Bijzonder gewoon lager onderwijs.
Belooning als bedoeld in art. 33, tweede lid, der Lager-onderwijswet ig20, toe te kennen
aan onderwijzers, verbonden aan in de gemeente gevestigde bijzondere scholen, welke voor
Rijksvergoeding in aanmerking komen
Ingevolge artikel 33, 2e lid, der Lager-onderwijswet, is de raad gehouden tot toekenning
van gelijke belooningen aan de onderwijzers, verbonden aan de in de gemeente gevestigde
bijzondere scholen, als die verleend worden aan de onderwijzers van openbare scholen
voor het bezit of het gebruik maken van bevoegdheden, waarvoor geen wettelijke akten
van bekwaamheid verkrijgbaar zijn, alsmede op grond van hunne aanwijzing tot plaats
vervangend hoofd.
Nu deze belooningen voor het openbaar lager onderwijs niet meer worden toegekend,
behoeft op dezen post geen bedrag meer te worden uitgetrokken.
Uitkeering aan gemeenten ingevolge art. 86 der Lager-onderwijswet ig2o 750,
In verband met de uitgaven over 1936 en 1937 geraamd op 750,Een belangrijk deel
van deze vergoeding is aan de gemeente Leeuwarderadeel verschuldigd.
Vergoeding aan schoolbesturen als bedoeld in art. ioibis der Lager-onderwijswet ig20 f 8.778,70
Evenals vorige jaren zal de gemeente ook over 1939 aan de besturen der bijzondere lagere
scholen, aan welke vak-onderwijzers werkzaam zijn, daarvoor krachtens art. 101 bis een
vergoeding moeten toekennen.
In verband met de afschaffing van het vakonderwijs in de lichamelijke oefening aan de
scholen voor openbaar gewoon lager onderwijs per 1 Januari 1939 wordt met ingang van
dien datum alleen nog vakonderwijs gegeven (nuttige handwerken) aan de drie 7e en 8e
leerjaarscholen. Nu bij het bijzonder onderwijs geen centrale 7e en 8e leerjaarscholen zijn
zouden de besturen voor al hun scholen voor gewoon lager onderwijs aanspraak kunnen
maken op een maximum vergoeding gelijk aan het gemiddelde aantal leerlingen vermenig
vuldigd met het kostenbedrag per leerling aan de openbare lagere scholen, hetwelk is ge
raamd op 2,27 per leerling. Na overleg zijn de besturen bereid gebleken maximaal een
vergoeding te vragen, berekend naar het gemiddelde aantal leerlingen van het 7e en 8e
leerjaar van hun scholen, onder voorwaarde, dat op het personeel in de lichamelijke oefe
ning de gemeentelijke wachtgeldregeling van toepassing zal zijn (zie ook volgno. 238).
Geraamd wordt, dat in 1939 de volgende voorschotten aan de hierna genoemde school-
vereenigingen moeten worden uitgekeerd:
79