Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad
van Leeuwarden, 194-1. BIJLAGE NO. 5.
BIJLAGE NO. 5.
Aan den Gemeenteraad.
Reeds sedert geruimen tijd is door hen, die bij de
uitvoering van de bouwverordening dezer gemeente betrokken
waren, de behoefte gevoeld aan wijziging en aanvulling van
den inhoud daarvan. Onderscheidene voorschriften bleken
allengs onvoldoende te zijn geworden, terwijl het vaststel
len van nieuwe bepalingen met betrekking tot verschillende
onderwerpen.noodzakelijk werd geacht.
Ook al was de bouwverordening, welke van 1905 dateert,
sindsdien herhaaldelijk aangevuld en op sommige punten ver
anderd, de noodzakelijkheid om haar te vervolledigen en om
de eischen, waaraan bij het bouwen moet worden voldaan,
meer te preciseeren, kortom, de wenschelijkheid van een al-
geheele vernieuwing der verordening, trad meer en meer op
den voorgrond.
De wijziging van de Woningwet van 1931 stelde deze ver
nieuwing feitelijk aan de orde, omdat daarbij werd bepaald,
dat de bestaande bouwverordeningen in overeenstemming met
die wetswijziging moesten worden gebracht. Ten gevolge van
de uitgebreidheid van het onderwefp kon zulks, hier en el
ders, echter niet geschieden binnen den termijn, daarvoor
bij artikel XXXVIII der wet van 9 Juli 1931, Staatsblad
266, gesteld, n.l. 19 Augustus 1933, en er zijn dan ook
eenige jaren daarna verloopen, vooraleer hot, bereids in
1933 door den toenmaligen Gemeentelijken Inspecteur voor
het Woningtoe zicht samengestelde, concept eener nieuwe
verordening zoover behandeld was, dat het door het College
van Burgemeester en Wethouders als definitief ontwerp kon
worden vastgesteld. Juist toen daaraan de laatste hand
werd gelegd, ontstonden er buitengewone toestanden, welke
het voltooien van die voorbereiding verder vertraagden,
zoodat het ontwerp eerst in het begin van 1939 om advies
naar de Commissie voor de Openbare Werken kon worden ge
zonden. Lag het in de bedoeling, zoo spoedig mogelijk
daarna de ontworpen verordening in handen van onze Commis
sie te geven, ten einde de redactie uiteindelijk vast te
stellen en een desbetreffend voorstel bij Uwen Raad .aan-
hangig te maken, de in Mei 1940 ingetreden omstandigheden
vormden opnieuw een beletsel om deze zaak af te doen.
Vandaar, dat wij eerst thans gelegenheid vinden om, daar
toe door Burgemeester en Wethouders uitgenoodigd, een
voorstel tot invoering van de nieuwe bouwverordening aan
U voor te leggen.
Bij het opmaken van het concept is,' mede ter wille van
de ook op dit gebied gewenschte uniformiteit, gebruik ge
maakt van den "Leidraad bij het samenstellen en herzien
van bouwverordeningen", geschreven door wijlen mrL. Lie-
taert Peerbolte en'ir. H. van der Kaa, terwijlechter tal
van bepalingen der hier bestaande bouwverordening, welker
handhaving ten volle gewettigd was, zijn behouden. Ook
zijn van enkele andere gemeenten de bouwverordeningen ge
raadpleegd.
Zoodoende is een ontwerp ontstaan, dat ook naar onze
meening voldoet aan de eischen, welke daaraan voor deze
gemeente gesteld mogen worden.
De redactie is, hoewel zij hier en daar onvermijdelijk
eenigszins uitvoerig moest zijn, zoo duidelijk mogelijk
gehouden en in de terminologieis zooveel mogelijk naar
eenheid gestreefd.
Het zou ons te ver voeren, hier een toelichting op alle
"ar-