Volgno„20 Volgno„22 GASFABRIEK Ka.pitaalsinkomsten: ,500.000,— 3.254,86 Kapitaalsuitgaven Volgno.l7 Nadelig slot rekening vorig dienstjaar f0 77.117,87 Nadelig slot rekening kapitaaldienst 1948 f.109.293,32 aannemende, dat de op de begroting voor 1949 geraamde kapitaalsontvangsten en -uitgaven zullen worden ontvangen resp. besteed, zal cr voor dat jaar een voor delig saldo zijn van 32.175,45 Vermoedelijk nadelig saldo op 1 Jan.1950 f. 77«117>87 Volgno.l8 In rekening-courant gestorte golden f. 1.500.000, Staat tegenover volgno.10 der inkomsten. Volgno.l9 Uitgaven wegens verbetering, uitbreiding en vernieuwing van het bedrijf memorie Zie de toelichting onder volgno.ll der inkomsten. Volgno,20 Schuldaflossing aan de gemeente f. 58.862,86 Zie bijlage I. j).. .j j jfe Volgno14 Volgno.15 Volgno„16 Volgno„17 Volgno.18 Volgno.19 Volgno„21 In rekening-courant opgenomen gelden Staat tegenover volgno.19 der uitgaven, TJ- - f. 2.500.000,-- «_j Krachtens art„8 der Beheersverordening wordt kasgeld, voor zover het een door Burgemeester en Wethouders vast te stellen bedragover- treft, bij een daartoe aangewezen bankinstelling gestort, ten/ijl volgens art.9 het nodige kasgeld aldaar wordt opgenomen. Kapitaalsversrrekking cujor de gemeente Staat tegenover volgno„20 der uitgaven. De kapitaalsinvesteringen voor 195^ zullen bij begrotingswijziging op de begroting worden gebracht. Vergoeding voor verlengde huisaansluitingen f Terzake wordt f. 2„500,geraamd. Door afschrijving vrijgekomen middelen te bestem men voor schuldaflossing f Zie bijle,go I. Kapitaalsuitgaven Nadelig saldo rekening vorig dienstjaar f Nadelig slot rekening kapitaaldienst 1948 f„89.823,01 aannemende, dat de op de begroting voor 1949 geraamde kapitaalsontvangsten en -uitgaven zullen worden ontvangen resp. besteed, zo.l er voor dat jaar een voor delig saldo zijn van memorie 2.500, 90.451,13 71.980,55 7.842,46 Vermoedelijk nadelig saldo op 1 Jan.1950 f.71.980,55 In rekening-courant gestorte gelden f. 2 Staat tegenover volgno.14 der inkomsten. Uitgaven wegens verbetering, uitbreiding en vernieuwing- van het bedrijf memorie Zie de toelichting onder volgno.15 der inkomsten Schuldaflossing aan do gomeente Zie bijla,ge I. Aflossingsverschil loningen ~h r> "h ~i b 1 r.iyj T 42.133S15 - 19 - 0PUCIFICATIEREKENINGEI ELE C THICITEITBEDHIJF EN GASFABRIEK T oelichting In de toelichting op de gewijzigde begrotingsindeling voor 195° is als een dor voordelen van de moderne bedrijfsadministratie genoemd de mogelijk heid, de kostensoorten te rangschikken naar verschillende gezichtspunten. Voor 1950 zijn de bedrijfslasten gegroepeerd naar; I„Kostensoort 5 II „Kostenplaatsen 2 III.Kostondrager, IV en voor de Kapitaaldienst per kostensoort. In de hierachter opgenomen recapitulatiestaat zijn de groeperingen eveneens op dezelfde wijze aangeduid. I. Kostensoorten De bedrijfslasten vormen de kostensoorten, welke gerubriceerd zijn naar 8 groepen, nader gedetailleerd op de hierna volgende doorlopend genummerde specificatierekeningen. Kolom I van de recapitulatiestaat geeft de bedragen weer van de specificatierekeningen II. Kostenplaatsen Industriële ondernemingen zijn te onderscheiden in hoofdbedrijven en een aantal afzonderlijke bedrijven, die rechtstreeks of indirect diensten aan do productie verlenen of een de^l van de productie verzorgen. Deze diensten verlenende "bedrijven'1 worden kostenplaatsen of hulplcostenplaatsen genoemd Naar bepaalde maatstaven is berekend hoe groot het aandeel in de ver schillende kostensoorten van elke afzonderlijke kostenplaats vermoedelijk zal zijn. Voor de berekening van de personeelslasten, bestaande uit loon en sociale lasten b.v„, heeft de vermoedelijke personeelsbezetting der afdelingen als maatstaf gediend. De kapitaalslasten worden gevormd door afschrijving op en rente van het in de afdelingen geïnvesteerde kapitaal. Andere kosten zijn weer op grond van ervaringscijfers toegerekend. De hulpkostenplaats "Huisvestingskosten" neemt een bijzondere positie in. Daar iedere afdeling voor huisvesting over oen doel van de gebouwen be schikt, maken de huisvestingskosten deel uit van de lasten der kostenplaat sen. Daarom zijn deze kosten in verhouding tot de oppervlakte der in ge bruik genomen localiteiten omgeslagen, waardoor ze 2 x bij de kostenplaat sen te vinden zijn, n.l. eenmaal onder het hoofd "Huisvestingskosten" en eenmaal verdeeld over de andere kostenplaatsen. Huisvestingskosten is daardoor ten opzichte van de andere kostenplaatsen een kostensoort geworden. Dit is ook hot geval met een bedrag van f. 500,vr-n werkplaatsen, hetwelk is toegemeten aan de kostenplaats "toonkamer". Op de recapitulatiestaat zijn de kostenplaatsen in kolom II opgenomen en zijn respectievelijk genummerd van 9 t/m 17. III. Kostendragors De eindpunten van de koten van dienstverrichtingen door de kostenplaat sen worden "Kostondragers" genoemd. Dit zijn in het algemeen de afdelingen, waarin oen bepa,ald eindproduct tot stand komt, of afdelingen, die het con tact mot do buitenwereld onderhouden. De kostondragers hebben de betekenis van hoofdbedrijven, dio gebruik maken van de diensten van e^n aantal neven- bedrijven- "Kostenplaatsen". Deze laatste berekenen hun kosten door aan de kostendragors. De kostendragers zijn dus niet alleen eindpunten van de productie, maar ook van de kosten. Op de reca.pitulatiesta.at zijn deze doorberekende kosten verantwoord onder hot hoofd "Indirecte Kosten'. Do taak van do kostendragers bestaat niet alleen in het opslorpen van de- kosten der kostenplaatsen. Zij zijn ook zelf actief, d.w.z. maken ook zelf kosten. Deze zijn onder het hoofd "Directe Kosten" opgevoerd. Op de recapitulatiestaat geeft kolom III een overzicht van de kosten dragers, zoals deze op de begroting voorkomen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1950 | | pagina 177