Milage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden, 1950. BIJLf.GEN0.il. Aan de Gemeenteraad. Zoals Uw Raad "bekend is, verkeert de walmuur langs de Dokkumer Ee (Camstraburen-Dokkumertrekweg) in een zeer slechte toestand. Reeds in 1941 werd door de Directeur der Gemeentewerken een plan tot verbetering opgemaakt. De ingevolge dit plan te treffen voorzieningen werden in de bezettingstijd op de urgentielijst geplaatst, doch de afkondiging van het algemeen bouwvorbod was oorzaak, dat de uitvoering achterwege bleef. Na de bevrijding waren geen materialen beschikbaar om dit werk uit te voeren, terwijl het toegewezen bouwvolume voor waterbouwkundige werken diende te worden benut voor andere, nog urgenter geachte werken, als de aanleg van straten ten behoeve van nieuwe woningcomplexen, e.d. Hoewel wij derhalve overtuigd waren van het feit, dat bin nen afzienbare tijd tot herstel van de walmuur zou moeten worden overgegaan, hebben wij, bij de samenstelling van de ontwerp-begroting voor 1950,geplaatst voor de noodzakelijk heid om een keus te doen uit de op ons programma staande urgente werken, tenslotte gemeend, dat de uitvoering van dit zeer kostbare verbeteringswerk nog enig uitstel eiste. De toestand van de walmuur is echter gedurende de laatste weken dermate verslechterd, dat een grondige verbetering van de bestaande toestand zeer noodzakelijk is geworden. Gebleken is n. 1.dat de muur kortgeleden nog verder oostwaarts is verschoven en verzakt, hetgeen tot gevolg heeft gehad, dat een algehele instorting van de kade zeker niet denkbeeldig is geworden. In verband hiermede is het dan ook nodig geoor deeld om langs een gedeelte van de walmuur een afzetting te plaatsen. Daar de geschetste toestand thans echter zodanig is, dat de gevaren, welke hieraan verbonden zijn, op boven bedoelde wijze niet afdoende kunnen worden bestreden en andere onvoorziene moeilijkheden niet denkbeeldig geacht moeten wor den, achten wij het niet verantwoord de verbeteringswerkzaam heden thans nog langer uit te stellen. De kosten, welke met dit werk gemoeid zijn, worden door de Directeur der Gemeentewerken geraamd op f. 424.000,--, welk bedrag is gebaseerd op de kostenraming van het project 1941, gecorrigeerd voor wat betreft de prijzen en lonen. Wellicht zal het mogelijk zijn om in het ontwerp nog enkele vereenvoudigingen in constructie en uitvoering aan te brengen, waardoor enige verlaging van kosten kan worden verkregen.Wij stellen ons voor hiermede bij het aanbesteden van de werk zaamheden rekening te houden. Op grond van het vorenstaande geven wij U in overweging te besluiten: x. tot de verbetering van de walmuur langs de Dokkumer Ee (Camstraburen-Dokkumertrekweg) en daartoe II.over te gaan tot wijziging van de gemeente-begroting voor de dienst 1950, overeenkomstig het bij de stukken overge legde ontwerp. "ij merken hierbij op, dat de Financiële Commissie als- wede de Commissie voor Openbare Werken, zich met deze voor stellen kunnen verenigen. Leeuwarden, 24 Januari 1950. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, A.A.M.VAN DER KEULEN, Burgemeester. 25 Januari 1950. T.BAKKER, Secretaris. BIJLAGE NO. 11.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1950 | | pagina 324