ONTWERP. OVEREENKOMST VAN CREDIETVERHOGING IN REKENING-COURANT. De GEMEENTE LEEUWARDENingevolge artikel 78 der Gemeentewet vertegenwoordigd door haar Burgemeester, de Heer Mr.A.A.M. van der Meulen, handelende ter uitvoering -van het besluit van'de Gemeenteraad d.d. no. goedgekeurd bij besluit van Gedeputeerde Staten van Friesland d.d. no. hierna te noemen de Gemeente, en de COÖPERATIEVE ZUIVEEBANK, gevestigd te Leeuwarden, ten deze vertegenwoordigd door haar Directeur, de Heer Dr. R. Kui> rr hierna te noemen de Bank, verklaren te zijn overeengekomen, dat door de Bank met in gang van heden ten behoeve van de Gemeente een crediet in rekening-courant wordt geopend tot een bedrag van ten hoogste f. 1.000.000,-- (Zegge: EEN MILLIOEN GULDEN), zijnde een ver hoging van het bij onderhandse acte d.d. 1 April 1942 door de Bank ten behoeve der Gemeente geopende crediet ad f. 500.000,--, welke verhoging door de Nederlandsche Bank is goedgekeurd bij beslissing d.d. Partijen verklaren verder te zijn overeengekomen, dat om trent deze credietverstrekking, het daarvan te maken gebruik en hetgeen verder daarmede verband mocht houden de navolgende voorwaarden en bedingen van toepassing zullen zijn: 1. De geldelijke betrekkingen ingevolge deze credietverstrek king voortvloeiende uit betalingen, wisseltrekkingen, over schrijvingen of uit welken hoofde ook worden door de Bank in rekening-courant geboekt. 2. De boekhouding van de Bank zal tegen de Gemeente strekken tot volledig bewijs van alle posten der rekening-courant en hare oorzaken, behoudens de bevoegdheid van de Gemeente door geschriften de onjuistheid van enige post aan te tonen. 3. De Bank doet aan de Gemeente na afloop van elke dag een afschrift van de rekening-courant en na afloop van elke 3 maanden een door de Gemeente te tekenen saldo-biljet toe komen. Deze stukken worden geacht onvoorwaardelijk te zijn goedgekeurd, wanneer binnen 14 dagen na de dag der toezen ding geen schriftelijke aanmerkingen, aangevende tegen welke post(en) bezwaar wordt gemaakt en welke die bezwaren zijn, door de Bank zijn ontvangen. 4o Van alle stortingen en betalingen worden wederzijds bewijs stukken verstrekt. De hierop betrekking hebbende machti gingen berusten ten kantore van de Bank. 5- De debet-rente zal bedragen ten hoogste een half procent boven het promessen-disconto van de Nederlandsche Bank, ter wijl voor credit-saldi 3/4$ zal worden vergoed. Wijzigingen in de ren te-standaardzowel voor debet- als credit-saldi, kunnen te allen tijde, na voorafgaande kennisgeving, door de Bank worden aangebracht, met dien verstande evenwel, dat de debet-rente nimmer boven de in de aanhef van dit artikel genoemde grens van boven het promessen-disconto van de Nederlandsche Bank kan stijgen. 6. De Gemeente heeft het recht deze crediet-overeenkomst te allen tijde te beè'indigen, de Bank slechts met een opzeg termijn van drie maanden. Aldus overeengekomen en getekend in tweevoud te Leeuwarden, de 1950. De Bank: De Gemeente: .-.Directeur. Burgemeester BIJLAGE NO. 25. Aan de Gemeenteraad. De Gedeputeerde Staten van Friesland hebben ons medegedeeld, dat het in hun voornemen ligt een regeling te treffen, waarbij de bepalingen van het Koninklijk Besluit van 20 Januari 1950 (Staatsblad no. K 15), betreffende toe kenning van een uitkering van 5% van de wedde of het loon aan het daarvoor in aanmerking komend Rijks-personeel, van overeenkomstige toepassing worden verklaard op de secretaris sen en ontvangers der gemeenten in deze provincie. Het genoemde College heeft ons in verband hiermede ver zocht de mening van Uw Raad terzake op korte termijn te wil len mededelen. Onder verwijzing naar hetgeen Burgemeester en Wethouders in Bijlage 21 aan Uw Raad voorstelden met betrekking tot het overige gemeente-personeelgeven wij Uw College in overwe ging Gedeputeerde Staten te berichten, dat de voorgenomen maatregel Uw instemming heeft. Leeuwarden, 13 Februari 1950. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, A.A.M. VAN DER MEULEN, Burgemeester. T.BAKKER, Secretaris. '-rzonden 15 Februari 1950.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1950 | | pagina 343