Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenterad
van Leeuwarden, 1950. bttta^ ad'
BIJLAGE No. 69.
gesloten te-
tot straat, geheel de bestemming bouwterrein,
bouwing, klasse II, verkrijgt.
Tegen het Raadsbesluit d.d. 22 Februari 1939 tot vast
stelling van het stratenplan, waarbij de doortrekking
Van Beverwijckstraat voor een klein gedeelte over haar t?
rem was geprojecteerd, heeft adressante indertii^gepn
zwaren ingediend. Evenmin heeft zij thans, bij de" tervisie"
legging van het ontwerp-besluitgenoemd onder I waarbii
het perceel F 4505 voor woningbouw wordt bestemd' teeen dit
ontwerp-besluit in haar onderhavig schrijven bezwaren aar
gevoerd, terwijl haar bezwaren tegen het ontwerp-besluit
genoemd onder II, waarbij dc vereiste rooilijnen over haar
terrein worden vastgelegd, feitelijk inhouden het verzoek tot
toekennen van een schadevergoeding. Hieruit blijkt dus dat"
adressante, die in 1939 accoord ging met de geprojecteerde
straat over haar terrein, zich thans, behoudens de door haar
gevraagde schadeloosstelling, kan verenigen met de beide
onderhavige ontwerp-besluiten
Het verzoek aan Uw Raad behelst tenslotte dan ook alleen
het toekennen van een schadevergoeding, alvorens tot vast
stelling van het ontwerp-besluit onder II over te gaan zulks
op grond van de overwegingen, welke in voornoemd schrijver
worden aangegeven.
Tot inwilliging van het verzoek, als door adressante bedoeld
kan Uw Raad naar onze mening niet overgaan. Immers zal door
de enkele vaststelling van de voor- en achtergeveIrooiliinen
over de terreinen van adressante aan haar bedrijf, althans
voorshands, geen schade worden toegebracht. Bovendien zal
slechts schade kunnen worden toegekend op grond van de ''Veror
dening houdende algemene regelen ter bescherming van de "bi-
langen van derden in verband met rooilijnen, bouwverboden en
uitbreidingsplannen voor de gemeente Leeuwarden1' (Gemeente
blad nr. 8 van 1930) In artikel 1 van deze verordening wordt
onder rooilijn" verstaan een overeenkomstig artikel 7 (thans 11.
der Woningwet goedgekeurde rooilijn. Een zodanige rooilijn is
er nog niet, althans niet over het terrein van adressante, daar
de door haar bedoelde rooilijnen nog moeten worden vastgesteld
en goedgekeurd. De paarse rooilijn aan de Groningerstraatweg,
welke voor een klein gedeelte over haar terrein loopt, wordt
in dit geval, ook door adressante, buiten beschouwing gelaten.
Op grond van de bouwverordening bestond in de praktijk aldaar
reeds een rooilijn, zijnde de woning van de naastlegers.
Volgens artikel 2 van de Schadevergoeding 3verordening kan
een eigenaar zich, wanneer hij van oordeel is, dat hij door
toepassing van een rooilijn, een bouwverbod, of een uitbrei
dingsplan ernstige schade lijdt, tot de Gemeenteraad wenden
met verzoek die schade vast te stellen De schade toe stand ten
dus pas intreden, na goedkeuring van de beide ontwerp-beslui
ten, bij toepass ing van die besluiten.
Op formele gronden is het niet wel mogelijk om voor adres
santes perceel geen rooilijnen vast te stellen, aangezien
deze rooilijnen niet anders zijn, dan een uitvloeisel van de
sub I genoemde herziening van het betreffende uitbreidings
plan, waartegen adressante als zodanig geen bezwaar maakt. De
rooilijnen toch vormen de voltooiing van -dit uitbreidingsplan
en kunnen, op grond van de wettelijke voorschriften, niet
achterwege blijven.
Wij geven U dan ook in overweging te besluiten
a. tot herziening van bovengenoemd uitbreidingsplan en tot
vaststelling van een rooilijnenplan betreffende terreinen,
gelegen in de omgeving van de Groningerstraatweg en de
Pasteurweg, een en ander overeenkomstig de bij de hieron
der afgedrukte ontwerp-besluiten I en II behorende teke
ningen
"bM
giilage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad
van Leeuwarden, 1950. BIJLAGE NO. 69
b. het verzoek van de firma D. ARENDS ft ZOON, alhier, om,
alvorens over te gaan tot vaststelling van bovenbedoeld
rooilijnenplan, een voldoende schadeloosstelling toe te
kennen, af te wijzen en daartoe te nemen het hieronder
afgedrukte besluit (Ontwerp III).
Leeuwarden17 April 1950.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.F. VAN DER MEULEN, Burgemeester.
T.BAKKER, Secretaris.
ONTWERP"
Verzonden 19 April 1950.