Bijlage tot het verslag der handelingen van de eemppnt«^^
van Leeuwarden, W50. BIJMOB
tewerken in de ontwerp-Bezoldigingsverordening op f mn
wordt hieraan voor deze gemeente voldaan. iL'"~
Ten aanzien van de bezoldiging van de adjunct-directpm-
van Gemeentewerken behoort naar onze mening, overeenkomst?»
de strekking van het rapport-Ubink, een marge van onaeveS8
20% ten opzichte van het salaris van de directeur (dit is
gelijk aan de voorgeschreven marge tussen de secreteris en
de hoogste secretarieambtenaar) als redelijk te worden a«Lo
merkt en wij zijn dan ook van oordeel, dat de adjunct-diref"
teuren van Gemeentewerken en de Lichtbedrijven zouden kun^n
worden ondergebracht in de salarisschaal van de hoogste
secretarieambtenaar (administrateur), te weten schaal nn x/
(f. 580,-- tot f. 670,--). no04
Tenslotte mogen wij nog de aandacht van Uw Raad vragen vonr
de Kindertoelageregeling. vic.gcn voor
In verband n.l. met een plaats gevonden hebbende wiizigine
van de Rijks-kindertoelageregeling, waarbij o.a. de minimum-
toelage per kind is verhoogd van f. 12,50 ton f. 13 per
maand en het maximum van f. 17,10. tot f. 20,-- per maand
heeft het Centraal Bureau inzake gemeenschappelijke behande
ling van gemeentelijke personeelsaangelegenheden voor'de
aangesloten gemeenten een nieuwe ontwerp-verordening samenge
steld in overleg met de bij het Centraal Overleg betrokken
organisaties en gehoord de Nederlandse Bond van Gemeente
ambtenaren. Vaststelling van die verordening, welke U hierbij
in ontwerp wordt aangeboden, kan derhalve geschieden zonder
inschakeling van het plaatselijk Georganiseerd Overleg. Voor
een nadere toelichting van het ontwerp, dat aansluit bij de
nieuwe Rijksregeling, mogen wij u verwijzen naar het bij de
stukken gevoegd schrijven van het Centraal Bureau d.d.
31 Mei 1949^
Op grond van het vorenstaande geven wij Uw Raad dan ook
in overweging te besluiten over te gaan tot vaststelling
van de hieronder afgedrukte ontwerpen der Bezoldigings
verordening 1948 en Kindertoelageverordening.
Leeuwarden, 3 Mei 1950.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. VA1I DER KEULEN", Burgemeester.
T.BAKKER, Secretaris.
ONTWERP"
Verzonden 6 Mei 1950.
Bijlag8
tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad
•van
Leeuwarden, 1950.
BIJLAGE NO. 75.
ONTWERP I
VERORDENING tot regeling van de be
zoldiging van de ambtenaren in
dienst der gemeente Leeuwarden,
wier bezoldiging per maand of
na afloop van langere termijnen
wordt uitbetaald.
Artikel 1.
Begrips- Voor de toepassing van deze verordening wordt
^teïjvingen. verstaan onder;
--1°. ambtenaar: hij, die ten minste 18 jaar oud is
en door het daartoe bevoegde gezag is aange
steld om werkzaam te zijn in een ambt, voor
komende in een der bijlagen A en B van deze
verordening
2°. volwassenede ambtenaar, die de leeftijd
heeft bereikt van 21 jaren;
3°. salaris: hetzij het voor de ambtenaar geldende
bedrag van de op zijn ambt betrekking hebbende
salarisschaal
hetzij het voor hem ingevolge artikel 3,
sub a, geldende bedrag, eventueel verhoogd
ingevolge de terzake betrekkelijke bepalingen
van deze verordening;
dan wel het voor hem ingevolge artikel 3,
sub c, geldende bedrag;
4°. wedde: het salaris, vermeerderd met de op
grond van deze verordening verleende toelagen,
welke in aanmerking komen voor opneming in de
pensioensgrondslag van de ambtenaar;
5P. bezoldiging: het salaris, vermeerderd met alle
toelagen, waarop ingevolge deze verordening
en de kinderbijslagverordening aanspraak be
staat
6°. salaris-anciënniteit: de tijd, die in aanmer
king komt voor de vaststelling van het salaris
van een ambtenaar op een hoger bedrag dan het
voor een volwassene geldende minimum van de
schaal, welke op zijn ambt betrekking heeft.
Indeling der
ambten en
alarisschalen.
Artikel 2.
Bij de vaststelling van het salaris wordt,
behoudens met hetgeen overigens in deze verorde
ning is bepaald, rekening gehouden met de in de
bijlagen A en B dezer verordening voorkomende
ambten en salarisschalen.
Artikel 3«
Bezoldiging bi i Rij aanstelling van een ambtenaar wordt, he
istelling. houdens het bepaalde in de artikelen 9 en 12,
het salaris vastgesteld:
a. voor een niet-volwasseneop het minimum
bedrag der voor hem geldende salarisschaal,
voor elk jaar of gedeelte van een jaar, dat
hij jonger is dan 21 jaar, verminderd met
f. 10,-- per maand;
b. voor een volwassene: op het minimum-bedrag
der voor hem geldende salarisschaal;
c. voor een ambtenaar, die een ambt bekleedt,
waarvoor geen salarisschaal geldt: op het
voor het betreffende ambt aangegeven bedrag.