Bijlage tot het verslag der handelingen van de ge roe enteraars van Leeuwarden, 1950. BIJLAGE NO 126. Artikel 6. Het onderwijs wordt gegeven op door Burgemeester en Wet houders vast te stellen dagen en uren. Artikel 7. De leerlingen zijn verplicht alle lessen geregeld bii te wonen. 0 Artikel 8. De leerlingen, wier ouders on- of minvermogend zijn ont vangen, desgewenstvan gemeentewegein bruikleen de benodig de boeken en leermiddelen, dan wel alleen de boeken en niet de leermiddelen. De verstrekking geschiedt overeenkomstig de regelen, te dien aanzien voor de leerlingen van de Rijks hogere burger scholen geldende. Artikel 9. Aan het hoofd van de cursus staat een directeur, die te vens met een deel van het onderwijs wórdt belast. De directeur wordt benoemd, geschorst en ontslagen door de Gemeenteraad; de leraren door Burgemeester en Wethouders De leraren gedragen zich in de zaken, de regeling van het onderwijs betreffende, naar de beslissing van de directeur, behoudens beroep in geval van geschil op de Wethouder van Onderwijs Artikel 10. Burgemeester en Wethouders wijzen, na ingewonnen advies van de directeur, vóór het begin van ieder cursusjaar, een der leraren aan, om de directeur bij ontstentenis of verhin dering te vervangen. Indien deze vervanging langer dan twee maanden heeft ge duurd, kan aan de plaatsvervangend directeur over het tijd vak der vervanging een toelage worden toegekend, berekend naar f. 200,- per jaar. Artikel 11 Het aan de directeur en de leraren op verzoek te verlenen ontslag gaat, behoudens bijzondere omstandigheden, niet eer der in dan twee maanden na de dag, waarop het verzoek om ont slag is ingekomen. Artikel 12. Bij afwezigheid wegens ontstentenis of verhindering van een der leerkrachten wordt zoveel mogelijk door de overige leerkrachten, volgens aanwijzing van de directeur, in de waarneming der lessen voorzien. Mocht deze voorziening langer dan één week duren, dan ge schiedt de voortzetting daarvan niet dan onder goedkeuring van de 'Wethouder van Onderwijs. Kan op de wijze, in de beide vorige alinea's bepaald, niet behoorlijk in het onderwijs worden voorzien, dan kunnen Burgemeester en Wethouders, in overleg met'de directeur, de waarneming van de lessen tijdelijk aan iemand buiten de le raren opdragen. "Artikel 13" ilage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden, 1950. BIJLAGE NO.126. Artikel 1 3 De directeur en leraren moeten voor een verlof tot afwe zigheid van langer dan twee dagen toestemming vragen aan Burgemeester en Wethouders Yoor een verlof tot afwezigheid van twee dagen of minder wordt voor de directeur de toestemming van de Wethouder van Onderwijs en voor de leraren die van de directeur vereist. Artikel 14* De beloning van de lelÉflren bedraagt f. 156,- per wekelijks lesuur; voor de leraren,, die onderwijs geven in een vak, waarvoor ze een middelbare bevoegdheid bezitten, wordt een bedrag van f. 185,- per wekelijks lesuur vergoed. De directeur ontvangt bovendien een toelage van f. 200,- per jaar Artikel 15 Het vaststellen van de bezoldiging van het in deze veror dening genoemde personeel en het bepalen van de dag, waarop hun benoeming ingaat, geschieden door Burgemeester en Wet houders Artikel 16. Bij afwezigheid^wegens ziekte of ongeval wordt aan een tijdelijke, voor één cursusjaar benoemde leraar de bezoldi ging slechts uitgekeerd tot het einde van het cursusjaar, waarvoor hij is aangesteld. De overige tijdelijke leraren ontvangen bij afwezigheid wegens ziekte of anderszins geen bezoldiging. Artikel 17. De directeur en leraren mogen geen privaatlessen geven aan leerlingen van de cursus, tenzij, in bijzondere gevallen, met toestemming van Burgemeester en Wethouders. Met privaat-onderwijs wordt gelijk gesteld het werken van leerlingen onder toezicht en ten huize van directeur of lera ren, bij wie zij niet inwonen. Artikel 1 8. De directeur maakt, i.n overleg met de leraren, jaarlijks het programma en de lesrooster voor de volgende cursus op en doet deze vóór 1 Juli aan Burgemeester en Wethouders toekomen. Deze stellen, de Schoolopziener gehoord, het programma en de lesrooster vast. Artike1 19. De regeling van het onderwijs geschiedt door de directeur, in overleg met de leraren. In geval van geschil beslist de Wethouder van Onderwijs. Artikel 20. Cm totde cursus te kunneh worden toegelaten moeten de leer lingen vóór 1 October van het jaar van toelating de leeftijd van 15 jaar hebben bereikt. Als leerlinge tot het eerste leerjaar worden toegelaten zij die een toelatingsexamen met goed gevolg hebben afgelegd. De eisen, waaraan een toelatingsexamen moet voldoen, worden door Burgemeester en Wethouders, op voorstel van de directeur, vastgesteld. "Zij"

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1950 | | pagina 489