Bijlage tot het verslag der handelingen van de seme entera ari van Leeuwarden, 1950. BIJLAGE NO. 130. Artikel 36. 1. Aan de werknemer zal hij het eindigen der dienstbetrek king op diens verlangen een getuigschrift worden uitgereikt. 2. Het getuigschrift bevat een juiste opgave omtrent de aard van de verrichte arbeid en de duur der dienstbetrekking, als mede - doch alleen op b"> jzonder verzoek van de werknemer omtrent de wijze, waarop hij aan zijn verplichtingen heeft voldaan en de wijze,waarop de dienstbetrekking geëindigd is. Artikel 37- 1. Het loon van de werknemer wordt niet langer uitbetaald dan tot en met de dag van zijn overlijden. 2. Zo spoedig mogelijk na het overlijden van de werknemer wordt aan zijn weduwe een bedrag uitgekeerd, gelijkstaande met het 2/52 gedeelte van het loontotaal, dat de werknemer over het tijdvak van 3 jaren, voorafgaande aan de datum van zijn overlijden, in dienst der gemeente genoten heeft. Laat de overledene geen weduwe na, dan geschiedt de uitkering ten behoeve van de minderjarige wettige of erkende natuurlijke kinderen van de werknemer. Ontbreken ook zodanige kinderen, dan geschiedt de uitkering, indien de overledene kost winner was van ouders, broeders, zusters of meerderjarige kinderen, ten behoeve van deze betrekkingen. 3. Indien de overleden werknemer geen betrekkingen, als bedoeld in het tweede lid, nalaat, kan het daarbedoelde be drag door het bevoegd gezag geheel of ten dele worden-uitge keerd voor de betaling van de kosten der laatste ziekte en der begrafenis, zo de nalatenschap van de overledene voor de betaling dier kosten ontoereikend is. Artikel 38. 1. Gedurende de maand van het overlijden en de volgende 3 maanden behouden de achterblijvende gezinsleden het ge bruik der dienstwoning, waarin zij met de werknemer woonden. Daarvan kan echter worden afgeweken, als Burg. en Weth. dat in het belang van de dienst noodzakelijk achten. Als dan wordt naar billijkheid een schadevergoeding gegeven. 2. Bij vrijwillig verlaten van de dienstwoning binnen de termijn, gedurende welke de woning nog mag worden gebruikt, kunnen Burg.en Weth.te hunner beoordeling een vergoeding geven. Artikel 39. Indien door de werknemer voor het gebruik der dienstwoning een vergoeding verschuldigd was, voldoen de acltergebleven gezinsleden deze over de tijd, gedurende welke zij het ge bruik dier woning behouden. Artikel 40. 1. Bij beëindiging van de dienstbetrekking wordt het krachtens artikel 13 ingehoudene aan de werknemer of diens rechtverkrijgenden uitgekeerd, vermeerderd met de rente en eventueel met een bijslag, overeenkomstig het bepaalde in de volgende leden. 2. Aan het van de werknemer in de loop van een kalender jaar ingehouden bedrag wordt op 31 December van dat jaar, of - in geval van beëindiging der dienstbetrekking - op de datum, waarop het dienstverband eindigt,2 pet. toegevoegd als rentevergoeding. De aldus verkregen som wordt vermeerderd: met een bijslag van 100 pet.indien gedurende dat kalender jaar, respectievelijk het gedeelte daarvan, waarover de inhou ding loopt, de Invaliditeitswet op de werknemer niet van toe passing is geweest; ifmet" Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden, 1950. BIJLAGE NO. 130. met een bijslag van 50 pet.indien gedurende de periode van inhouding of een gedeelte daarvan de Invaliditeitswet op de werknemer van toepassing is geweest. 3. Het totaalbedrag, dat op 31 December van enig jaar ingevolge artikel 13 op het loon van de werknemer is inge houden, vermeerderd met de daaraan toegevoegde rente en bijslag, draagt over het volgende kalenderjaar een rente van 4 pet. In geval van beëindiging der dienstbetrekking in de loop van dat kalenderjaar, wordt deze rente berekend tot en met de maand, waarin de datum valt, waarop het dienst verband eindigt. 4. Op de in de vorige leden bedoelde bijslag bestaat geen aanspraak, indien de dienstbetrekking binnen een termijn van 5 jaren, hetzij door de werknemer, hetzij wegens een dringen de reden, als bedoeld in artikel 1639p van het Burgerlijk Wetboek, wordt beëindigd of indien de dienstbetrekking onmid dellijk wordt gevolgd door aanstelling als ambtenaar, tenzij in dit laatste geval blijkt, dat inkoop voor pensioen van op arbeidsovereenkomst doorgebrachte diensttijd niet kan plaats hebben of, indien inkoop plaats vindt, wegens de daarvoor verschuldigde bijdrage op belanghebbende wordt verhaald. 5. Indien hij, die tot ambtenaar is aangesteld, ontslagen wordt of overlijdt vóór de termijn,binnen welke inkoop van diensttijd mogelijk is, wordt de bijslag aan hem of aan zijn rechtverkrijgenden alsnog uitgekeerd. Par. 10. Van het georganiseerd overleg. Artikel 41. In de commissie voor georganiseerd overleg, bedoeld in artikel 114 van het Algemeen Ambtenarenreglement,wordt over leg gepleegd over voorstellen tot wijziging van deze verorde ning, alsmede over de op grond van deze verordening te tref fen algemene regelingen, voor zover daarin niet wordt voorzien door het Centraal Overleg ingevolge de gemeenschappelijke rege ling betreffende behandeling van gemeentelijke personeels aangelegenheden. HOOFDSTUK IV. Overgangs- en slotbepalingen. Artikel 42. Na gepleegd overleg in de commissie, genoemd in artikel 41, worden ter zake van de invoering dezer verordening de nodige overgangsmaatregelen getroffen. Artikel 43» Deze verordening kan worden aangehaald als "Arbeidsovereen- komstenver ordening1' Leeuwarden, De Raad voornoemd Voorzitter. Secretaris. Toelichting Het is noodzakelijk de bestaande regelingwelke gohoeD aan sluit bij het ontwerp van het Centraal Bureau inzake gemeen schappelijke behandeling van gemeentelijke personeelsaange legenheden, te handhaven en derhalve opnieuw vast te stellen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1950 | | pagina 501