Bijlage "tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad
van Leeuwarden, 1950. BIJLAGE NO.184.
door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten opgemaakte re
dactie, leggen wij hierbij over.
Onder mededeling, dat de Financiële Commissie zich hier
mede kan verenigengeven wij Uw Vergadering in overweging
te besluiten:
1de gevraagde garantie te verlenen, overeenkomstig de in
bijgevoegd ontwerp-besluit vermelde voorwaarden;
2. de Minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting te verzoeken
het Rijk te doen deelnemen in een eventueel uit de voornoem
de garantie ontstaand verlies tot het, ingevolge art.27
lid 2, der Financieringsregeling Woningbouw 1948, hoogst'
toegelaten bedrag.
Leeuwarden, 5 October 1950.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. VAN DER MEULENBurgemeester,
M.D. DE JONG 1Secretaris
ONTWERP"
Verzonden 7 October 1950.
Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad
van Leeuwarden, 1950. BIJLaGE NO.184.
ONTWERP.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gezien een verzoekschrift van de heer L. Breuker
(hierna te noemen: de bouwspaarderwonende te Leeuwarden,
tot bekoming van een borgtocht der gemeente ter zake van
een door de N.V. Bouwkas "Rohyp"gevestigd te Utrecht,
kantoorhoudende te Amsterdam (hierna te noemen: de Bouw
kas) aan de bouwspaarder te verstrekken hypothecaire geld
lening, ten behoeve van de bouw van een woonhuis aan de Pot
gieterstraat te Leeuwarden, op het perceel, kadastraal be
kend gemeente Leeuwarden, Sectie D, nummer 4732;
Overwegende, dat vorenbedoelde bouw zal geschieden
met toepassing van de Financieringsregeling Woningbouw 1948
(hierna aan te duiden als F.W. 1948);
dat de stichtingskosten van vorenbedoelde woning,
waaronder in dit besluit worden verstaan de stichtingskosten,
zoals deze ingevolge artikel 11 van de F.W. 1948 door de
Minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting zijn vastge
steld, in totaal f.11 .807,- zullen bedragen.
dat het onrendabele gedeelte van de bouwkosten in
verband met het bepaalde in artikel 11 van de F.W. 1948 moet
worden gesteld op f.6.213,-;
dat in artikel 27 van deze regeling bepaald wordt,
dat het Rijk op het verzoek van het gemeentebestuur kan
deelnemen in een eventueel verlies, dat de gemeente zou
lijden door het garanderen van een ten behoeve van de bouw
door een derde te verstrekken geldlening, mits ten minste
15der stichtingskoëten door de eigenaar uit eigen midde
len wordt betaald, dan wel onder hypothecair verband achter
de door de gemeente verstrekte of gegarandeerde geldlening
wordt verkregen;
dat de bouwspaarder, voornoemd, bij de Bouwkas heeft
gespaard een bedrag van f.1 .131 ,-, zijnde meer dan 20$ van
het verschil tussen de stichtingskosten en het onrendabele
deel der bouwkosten, welk spaarkapitaal echter nog niet voor
uitkering in aanmerking komt
dat voormeld spaarkapitaal, zolang het nog niet
voor uitkering in aanmerking komt, zal strekken tot meerdere
zekerheid van de hierna bedoelde, onder verband van eerste
hypotheek te verstrekken,geldlening;
dat voormeld spaarkapitaal, wanneer het voor uit
kering in aanmerking komt, voorzover'het 20$ van het verschil
tussen de stichtingskoseen en het onrendabele deel der bouw
kosten, derhalve f.1.119,- niet te boven gaat, in mindering
moet worden gebracht op de hierna te noemen onder verband van
tweede hypotheek te verstrekken geldlening en voor het even
tuele restant op dat gedeelte van de hierna bedoelde geldlening
onder verband van eerste hypotheek, dat niet door de gemeente
is gegarandeerd;
dat de bouwkas terzake van de bedoelde bouw aan de
bouwspaarder een geldlening onder verband van eerste hypo
theek zal verlenen tot een bedrag van f.10.035,-, uitmakende
85$ van de stichtingskostenwaarvan een gedeelte, groot
f.5.594,-, verband houdt met de rendabele kosten van deze bouw
en het restant ad f.4.441 ,- deel uitmaakt van de onrendabele
kosten, alsmede een geldlening onder verband van tweede hypo
theek tot een bedrag van f.1 .772,-, zijnde het restant der
onrendabele bouwkosten;
"dat"